Eerste inbedrijfsname, inspectie en onderhoud
Stooklijnen instellen
Opmerking
Als in de verwarmingsinstallatie verwarmingscircuits
met mengklep aanwezig zijn, is de aanvoertempera-
tuur voor het verwarmingscircuit zonder mengklep een
ingesteld verschil (bij levering 8 K) hoger dan de aan-
voertemperatuur voor de verwarmingscircuits met
mengklep.
Het temperatuurverschil is via parameter "9F" in de
groep "Alg." instelbaar.
90
80
70
60
50
40
30
Afb. 39
Instelbereiken inclinatie:
Vloerverwarmingen: 0,2 tot 0,8
■
Lagetemperatuurverwarmingen: 0,8 tot 1,6
■
Gewenste kamertemperatuur instellen
Voor elk verwarmingscircuit apart in te stellen.
De stooklijn wordt langs de as van de gewenste
kamertemperatuur verschoven. Deze zorgt bij een
actieve CV-pomplogica voor een gewijzigd in- en uit-
schakelgedrag van de CV-pomp.
52
(vervolg)
Steilheid
10
5
0
-5 -10 -15 -20
Buitentemperatuur in °C
1,4
1,2
1,0
0,8
0,6
0,4
0,2
-25
-30
Gewenste normale kamertemperatuur
90
A
C
B
D
Afb. 40
Voorbeeld 1: Wijziging van de gewenste nor-
male ruimtetemperatuur van 20 naar 26 °C
Ketelwater- resp. aanvoertemperatuur in °C
A
Buitentemperatuur in °C
B
Gewenste kamertemperatuur in °C
C
CV-pomp "Uit"
D
CV-pomp "Aan"
E
Wijziging van de gewenste normale kamertemperatuur
Bedieningsaanwijzing
-20
E