Storingen oplossen
Storingsmeldingen
Storingscode
Gedrag van de installatie
op het display
4C
Mengklep gaat dicht.
4D
Mengklep gaat dicht.
50
Geen warmwaterbereiding
door de verwarmingsketel
51
Geen warmwaterbereiding
door de verwarmingsketel
58
Geen warmwaterbereiding
door de verwarmingsketel
59
Geen warmwaterbereiding
door de verwarmingsketel
70
Brander geblokkeerd
71
Brander geblokkeerd
73
Brander geblokkeerd
74
Brander blokkeert of is in sto-
ring
75
Brander blokkeert of is in sto-
ring
76
Brander blokkeert of is in sto-
ring
100
(vervolg)
Storingsoorzaak
Onderbreking aanvoer-
temperatuursensor ver-
warmingscircuit 3 (met
mengklep)
Toekenning van de uitbrei-
ding mengklep verwar-
mingscircuit 3 verkeerd in-
gesteld
Kortsluiting boilertempera-
tuursensor of comfortsen-
sor
Kortsluiting uitlaattempe-
ratuursensor
Onderbreking boilertem-
peratuursensor of comfort-
sensor
Onderbreking uitlaattem-
peratuursensor
Gasdrukbewaker voor-
komt branderstart.
Netspanning te laag
Terugmeldingang van de
interne uitbreiding H1
voorkomt branderstart.
Massasluiting tempera-
tuurbegrenzer
Massasluiting interne uit-
breiding H1/H2
Massasluiting gasdrukbe-
waker
Maatregel
Aanvoertemperatuursensor contro-
leren (zie pagina 120).
Draaischakelaar S1 controleren en
instellen (zie pagina 119).
Boilertemperatuursensor controle-
ren (zie pagina 115) of comfort-
sensor controleren (zie pagi-
na 117).
Uitlaattemperatuursensor controle-
ren (zie pagina 117)
Boilertemperatuursensor controle-
ren (zie pagina 115) of comfort-
sensor controleren (zie pagi-
na 117).
Uitlaattemperatuursensor controle-
ren (zie pagina 117).
Gastoevoer (gasdruk) controle-
■
ren.
Indien voorhanden: Correcte
■
werking van gasdrukbewaker
controleren.
Evt. stekker 111 van de regeling
aftrekken en controleren of de
brander start.
Stroomvoorziening controleren.
Interne uitbreiding H1 en daaraan
aangesloten toestellen op correcte
aansluiting en werking controleren
(intern: Stekker 53/96 spannings-
onderbreking)
Temperatuurbegrenzer, verbin-
dingskabels en stekkeraansluiting
op verbinding (contact) met geaar-
de onderdelen controleren. Evt.
contact verwijderen.
Ontgrendelingstoets R indrukken.
Interne uitbreiding H1/H2, verbin-
dingskabels en stekkeraansluiting
op verbinding (contact) met geaar-
de onderdelen controleren. Evt.
contact verwijderen.
Ontgrendelingstoets R indrukken.
Gasdrukbewaker, verbindingska-
bels en stekkeraansluiting op ver-
binding (contact) met geaarde on-
derdelen controleren. Evt. contact
verwijderen.
Ontgrendelingstoets R indrukken.