Deurafdichting aanbrengen
De naad X moet zich onder in het midden bevinden.
▸ Met de montage van de afdichting aan een van
de bovenste hoeken beginnen.
▸ De beugel zodanig invoeren dat deze in de bui-
tenste plaat hangt.
▸ Zodra de bovenzijde is gemonteerd, de twee
onderste beugels aanbrengen.
▸ De afdichting langs de rechte lijnen boven, on-
der, links en rechts licht tegen het toestel druk-
ken.
Controleren of de deurafdichting op de juiste wijze is aangebracht
Alle vier beugels moeten aan de plaat zijn bevestigd.
▸ De afdichting indien nodig weer verwijderen en de hoekhaak opnieuw invoeren.
▸ De afdichting langs de rechte lijnen boven, onder, links en rechts licht tegen het toe-
stel drukken.
8.9
Halogeenlamp vervangen
WAARSCHUWING voor een elektrische schok!
De stroomvoorziening onderbreken alvorens de halogeenlamp te vervangen.
Verbrandingsgevaar door hete oppervlakken!
De halogeenlamp en het toestel laten afkoelen alvorens de halogeenlamp te ver-
vangen.
De halogeenlamp niet met blote handen aanraken. Hiervoor een dunne, droge en
vetvrije doek gebruiken.
Plafondverlichting
▸ Het lampglas 1 voorzichtig linksom eruit draai-
en en verwijderen.
▸ De defecte halogeenlamp eruit trekken.
▸ Voorzichtig een nieuwe halogeenlamp inzetten,
type halogeen G9/25 W/230 V.
▸ Het lampglas rechtsom draaiend bevestigen.
▸ De stroomvoorziening weer inschakelen.
8 Verzorging en onderhoud
1.
3.
X
1
2.
4.
55