Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Roland Fantom Xa Gebruikershandleiding pagina 49

Inhoudsopgave

Advertenties

Parameter groep [F5 (CTRL)]
Matrix Control instellingen/Veelzijdige instellingen
[F1 (CTRL)]-[F4 (CTRL)]
De functie, die u de mogelijkheid geeft MIDI berichten te gebruiken om veranderingen in realtime in de Tone parameters aan te brengen, heet de
Matrix Control. Er kunnen maximaal vier Matrix Controls gebruikt worden in één enkele Patch.
Om de Matrix Control te gebruiken, dient u te specificeren welk MIDI bericht (CTRL Source parameter) gebruikt zal worden om te regelen welke
parameter (CTRL Destination parameter) gebruikt zal worden en de hoogte (CTRL Sens parameter) en de toon, waarop het effect wordt toegepast
(CTRL Switch parameter).
Parameter
Waarde
CTRL 1–4
OFF, CC01–31, 33–
Source
95, PITCH BEND,
AFTERTOUCH,
SYS CTRL1–4,
VELOCITY,
KEY FOLLOW,
TEMPO, LFO1,
LFO2, PITCH
ENV, TVF ENV,
TVA ENV
Velocity en Key follow corresponderen met Note berichten.
Hoewel er geen MIDI berichten voor LFO 1 via TVA envelope zijn, kunnen ze gebruikt worden als Matrix Control. In dit geval kunt u de
tooninstellingen in realtime veranderen door het spelen van Patches.
• Als u gewone controllers wilt gebruiken voor de gehele Fantom-Xa, dient u "SYS CTRL1"-"SYS CTRL4" te selecteren. MIDI berichten
gebruikt als System Control 1-4 zijn ingesteld met behulp van de System Ctrl 1-4 Source parameters (p.196).
Er zijn parameters die bepalen of Pitch Bend, Controller nummer 11 (Expression) en Controller nummer 64 (Hold 1) ontvangen worden of
niet (p.51). Wanneer deze instellingen op "ON" staan en de MIDI berichten ontvangen worden, dan zullen, wanneer enige verandering
aangebracht wordt in de instellingen van de gewenste parameter, de Pitch Bend, Expression en Hold 1 instellingen ook gelijktijdig
veranderen. Als u alleen de gewenste parameters wilt veranderen, dient u deze op "OFF" in te stellen.
• Er zijn parameters, die u de mogelijkheid geven om te specificeren of specifieke MIDI berichten voor elk kanaal ontvangen worden in een
Performance (p.79). Wanneer een Patch met Matrix Control instellingen is toegewezen aan een Part, dient u te bevestigen dat de MIDI
berichten gebruikt voor de Matrix Control ontvangen zullen worden. Als de Fantom-Xa zodanig is ingesteld dat ontvangst van MIDI
berichten niet mogelijk is, zal de Matrix Control niet functioneren.
Parameter
Waarde
CTRL 1–4
OFF, PITCH, CUTOFF, RESO-
Destination
NANCE, LEVEL, PAN, OUTPUT
1–4
LEVEL, CHORUS SEND,
REVERB SEND,
LFO1/2 PITCH DEPTH, LFO1/2
TVF DEPTH, LFO1/2 TVA
DEPTH, LFO1/2 PAN DEPTH,
LFO1/2 RATE,
PCH ENV A-TIME,
PCH ENV D-TIME,
PCH ENV R-TIME,
TVF ENV A-TIME,
TVF ENV D-TIME,
TVF ENV R-TIME,
TVA ENV A-TIME,
TVA ENV D-TIME,
TVA ENV R-TIME, TMT, FXM
DEPTH, MFX CTRL1–4, TIME
Uitleg
MIDI boodschappen in die gebruikt zijn om de Tone parameter m.b.v. de Matrix Control te veranderen.
OFF: Matrix Control zal niet gebruikt worden.
CC01-31, 33-95: Controller nummers 1-31, 33-95
PITCH BEND: Pitch Bend AFTERTOUCH: Aftertouch
SYS CTRL 1-4: MIDI berichten gebruikt als gewone matrix controls.
VELOCITY: Kracht waarmee u een toets indrukt KEY FOLLOW: Keyboard positie met C4 als 0
TEMPO: Het gespecificeerde tempo (sequencer tempo) van het tempo van een externe MIDI sequen-
cer.
LFO1: LFO1 LFO2: LFO2
PITCH ENV: Pitch envelope TVF ENV: TVF envelope TVA ENV: TVA envelope
Uitleg
Toon parameter, die bestuurd moet worden, wanneer de Matrix Control gebruikt wordt.
Er kunnen maximaal vier parameters voor iedere Matrix Control gespecificeerd wor-
den en gelijktijdig bestuurd worden.
* In deze handleiding worden parameters, die door de Matrix Control bestuurd kunnen worden
aangemerkt met een " ★ ".
Een Patch creëren
49

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave