De Pads gebruiken
De Pads van de Fantom-Xa functioneren op dezelfde manier als het
keyboard en kunnen ook gebruikt worden om RPS en ritme
patronen te spelen.
De Hold functie gebruiken
om een geluid vast te
houden
U kunt de Hold functie gebruiken om het geluid voort te laten
duren, zelfs nadat u uw vinger van de pad heeft gehaald. Dit is han-
dig wanneer u een geluid, zoals een geloopte (herhalende) frase, con-
tinu wilt laten spelen.
Andere geluiden spelen, terwijl
een geluid vastgehouden wordt
1.
Houd een Pad [1]-[9] ingedrukt en druk op [HOLD].
[HOLD] en de Pad zullen gaan knipperen.
Hold zal aangaan en de toon zal continu te horen zijn, zelfs als u
uw vinger van de Pad haalt. Wanneer u in deze toestand op een
andere Pad drukt, zal de sample die daaraan toegewezen is,
slechts zolang als u op de Pad drukt, te horen zijn.
2.
Wanneer u nogmaals op de knipperende Pad of [HOLD], zal
het geluid stoppen.
Twee of meer samples vasthouden
1.
Druk op [HOLD], zodat de Pad gaat branden.
2.
Druk op een Pad.
De toon, waarvan de Pad knippert, zal continu klinken. Als u
op een andere Pad drukt in deze toestand, zal de sample die
daaraan toegewezen is, ook continu te horen zijn.
3.
Het geluid zal stoppen, wanneer u op een knipperende Pad
drukt. Wanneer u op [HOLD] drukt, zullen van alle samples
de geluiden stoppen.
De Hold functie zal in de volgende gevallen niet werken:
• Wanneer RPS aanstaat (p.154)
• Wanneer de Tone Env parameter (p.58) ingesteld staat op
"NO-SUS"
• Wanneer de One Shot parameter (p.58) aanstaat
Instellingen maken voor de
Pads (Pad Setting)
Hier kunt u verschillende instellingen maken om de Pads te
bespelen, zoals het noot nummer dat iedere Pad naar de
geluidsgenerator sectie zal sturen.
1.
Houd [SHIFT] ingedrukt en druk op een Pad [1]-[9].
Het PAD SETTING venster verschijnt.
fig.PadSetting
2.
Druk op de Pad, waarvoor u instellingen wilt maken.
3.
Druk op [CURSOR] om de parameter te selecteren.
4.
Gebruik de Waarde draaischijf of [INC] [DEC] om Pad
instellingen te maken.
Parameter
Waarde
Pad Part
1–16
(Displayed in
Performance
mode)
(Patch/Rhythm
USER, PR-A–F
Set Group)
(PRST), GM,
CARD, EXP
(Patch/Rhythm
—
Set Number)
Pad Number
PAD 1–PAD 9
Note
C - –G9
Velocity
COMMON,
1–127
Pad Common
1–127
Velo
* Als u de Ritme set instellingen voor de Pad part wilt gebruiken, dient
u op [F4 (RHYTHM)] te drukken om een vinkje ( ✔ ) toe te voegen.
Uitleg
De Part die gespeeld zal
worden m.b.v. een Pad.
Deze parameter is alleen
beschikbaar in Perfor-
mance modus.
Specificeert de Patch of
ritme set groep.
Selecteert de Patch of het
ritme set nummer.
Selecteert de Pad waarvoor
u instellingen wilt maken.
Noot nummer overgebracht
door de geselecteerde Pad.
Kracht van het geluid, wan-
neer u op de Pad slaat.
COMMON: De Pad Com-
mon Velo (de over het ge-
heel genomen aanslag
gevoeligheid instelling
voor alle Pads) zal ge-
bruikt worden.
1-127: De geluidsgenerator
zal met die Velocity waarde
gespeeld worden.
Voor alle negen Pads, speci-
ficeert dit de Velocity
(kracht) die geproduceerd
wordt, wanneer u op een
Pad drukt.
Als de Pad Velocity in-
stelling (van elke Pad)
wordt ingesteld op iets
anders dan COMMON,
zullen deze instellingen
gebruikt worden.
117