Effecten gebruiken
In de eindfase van de programmering, kunt u de effectparameters instellen om het karakter van het geluid verder te wijzigen.
Effectstructuur
Het effectgedeelte van de S90 beschikt over de volgende
effecteenheden.
Systeemeffecten (reverb, chorus, variatie)
Systeemeffecten worden in alle gevallen toegepast op het
totaalgeluid — een voice, een performance met vele parts
en instellingen, een song, enzovoorts. Met systeemeffec-
ten wordt het geluid van alle parts naar het effect verzon-
den, overeenkomstig het voor de verschillende parts inge-
stelde Effect Send Level. Het bewerkte geluid ("wet" ge-
noemd) wordt naar het mengpaneel teruggestuurd, over-
eenkomstig het ingestelde Return Level, waarna het wordt
gemengd met het onbewerkte "dry" geluid en wordt uit-
gevoerd. Op deze manier kunt u een optimale balans
tussen het effectgeluid en het originele geluid van de parts
creëren.
Reverb
Het reverbeffect voegt een warme sfeer toe aan het geluid,
door middel van het nabootsen van complexe reflecties,
zoals die optreden in concertgebouwen of kleine clubs. Er
zijn in totaal 12 verschillende reverbtypes beschikbaar.
Chorus
De choruseffecten creëren middels modulatie een rijk en-
semblegeluid — alsof één part door meerdere instrumen-
ten tegelijk wordt voortgebracht. Er zijn in totaal 25 ver-
schillende chorustypes beschikbaar.
Variation
De variationeffecten bieden een groot aantal geluidstrans-
formaties en versterkingsfuncties. Er zijn in totaal 25
verschillende variationtypes beschikbaar. Variationeffec-
ten zijn niet beschikbaar in de voicemode.
Insertioneffecten (1, 2)
Insertioneffecten kunnen afzonderlijk op verschillende
parts worden toegepast. De insertioneffecten worden
voornamelijk gebruikt om enkele parts afzonderlijk van
effect te voorzien. De sterkte van het effect kan worden
ingesteld met de dry/wet-balans. Aangezien een inser-
tioneffect alleen toegepast kan worden op één bepaalde
part, kan dit effect worden gebruikt bij geluiden die in-
grijpend gewijzigd moeten worden. U kunt de balans ook
zo instellen dat alleen het effectgeluid hoorbaar is, door
100% wet te selecteren. De S90 is uitgerust met twee
insertioneffectsystemen — één met een totaal van 104
interne effecttypes en het andere met 25.
Plug-in insertioneffecten
Dit is een speciaal effectsysteem dat alleen beschikbaar is
als er een effect plug-inboard (blz. 22) is geïnstalleerd.
Plug-inboardeffecten zijn niet beschikbaar in de voicemo-
de.
Master Equalizer
In het algemeen worden equalizers gebruikt om het geluid
dat geproduceerd wordt door versterkers en luidsprekers
te corrigeren, en het geluid aan te passen aan het bewuste
karakter van de ruimte. Om dit te bewerkstelligen wordt
het geluid verdeeld over verschillende frequentiebanden,
waarna de correcties aangebracht kunnen worden door
het niveau van de verschillende banden te verhogen of te
verlagen.
Bovendien kan het aanpassen van het geluid aan de hand
van het soort muziek—het meer detail geven aan klas-
sieke muziek, het "knapperiger" maken van popmuziek,
het vergroten van de dynamiek in rockmuziek — ook
helpen bij het naar boven halen van de speciale karak-
teristieken van de muziek, hetgeen uw spel aangenamer
doet klinken.
De S90 is uitgerust met een hoge kwaliteits vijfbands digitale
equalizer. Met de vier CS-schuiven kunt u het niveau van de
vier (van de vijf) banden individueel afstellen.
Effectinstellingsvoorbeelden
Hier laten we een voorbeeld zien van het bewerken
van effectinstellingen in de voice editmode (blz. 60).
In dit voorbeeld zullen we de insertion1-instelling
van de voice Or: BreathPipe (PRE1: E13) wijzigen
van Thru naar FLANGER
(een straaljagerachtig effect).
1 Selecteer het voicenummer van de voice die u
wilt bewerken (Hier Or: BreathPipe=PRE1:
E13), en ga vervolgens naar de voice editmode
(blz. 36 en 60).
2 Druk op de [COMMON]-knop om de common
editdisplay te selecteren (blz. 61).
3 Druk op de [F6]→[SF1]-knoppen om de
CONNECT-display op te roepen.
4 Gebruik de [
EF] knop om het INS1
(INS1 type) scherm te selecteren.
67
Effecten gebruiken