Inhoudsopgave
Advertenties
Een mode selecteren
Er zijn aparte playmodes voor performances/voices en
een sequence playmode. Gebruik, om elk van deze modes
binnen te gaan, de juiste MODE knop.
De sequence playmode bevat een mixingmode. Druk, ter-
wijl u de sequence playmode selecteert, op de [F6]-knop,
om de mixingmode te activeren.
Druk op de [MASTER]-knop om de mastermode binnen
te gaan. Afhankelijk van het masterprogramma, zal de
indicator van de VOICE/PERFORMANCE/SEQ PLAY
oplichten.
Er zijn ook aparte edit- en jobmodes voor performances,
voices, masters en mixopstellingen. Druk, terwijl u in de
edit- of jobmode bent, eenvoudig op de [EDIT]- of [JOB]-
knop om de respectievelijke mode binnen te gaan.
Op vergelijkbare wijze kunt u de storemode binnengaan
door in de voice-, performance- of mastermode op de
[STORE]-knop te drukken, waardoor u performances,
voices of masters kunt opslaan.
Behalve de bovengenoemde modes, is er ook een utility-
mode, waarmee u globale instellingen voor het instrument
en de cardmode, die cardgerelateerde instellingen bevat,
kunt maken.
n U dient er rekening mee te houden dat de bepaalde
OPM.
displays en parameters in de utilitymode kunnen
verschillen en afhankelijk zijn van welke hoofdmode
actief was, voordat de submode opgeroepen werd.
n Denk eraan dat de mixinstellingen met de "Put"-functie
OPM.
worden bewaard (en niet met "Store") (blz. 79).
Druk, om de huidige mode te verlaten en naar een andere
mode te gaan, op de respectievelijke knop voor die mode,
of de [EXIT] knop.
Functies van de NUMMER [1] - [16]-knoppen
Het gebruik van deze knoppen verschilt en is afhan-
kelijk van de aan/uit status van de [TRACK
SELECT] en [MUTE] knoppen.
Als [TRACK
SELECT] aan is
Voice playmode
Instelling van het
zendkanaal van het
toetsenbord
Voice editmode
Elementselectie (1 - 4) en element mute-
instelling (9 - 12)
Performance
Instelling van het
playmode
zendkanaal van het
toetsenbord
Performance
Performance part-
editmode
selectie (1 - 4)
Master playmode Zoneselectie
(1 - 4)
Master editmode Zoneselectie
(1 - 4)
Sequence
Mixing partselectie Mixingpart mute-
playmode
mixingmode
30
Basisbediening
Als zowel
Als [MUTE]
[TRACK SELECT]
aan is
als [MUTE] aan is
—
Voiceselectie
volgens de groepen
A - H
—
Performancepart
Performance- of voice-
mute-instelling
selectie (als de cursor
(1 - 4)
op de voicenaam staat),
volgens de groepen
A - H
—
Masterselectie, volgens
de groepen
A - H
Zonemute-
—
instelling (1 - 4)
—
instelling
Display-indicaties
Hier leggen we uit hoe de display-aanwijzingen moeten
worden gelezen.
Voice playmode
1
2
3
6
Voice playmode (Quick Edit)
@
1
9
)
Voice editmode
@
!
)
1
9
8
7
Performance playmode
1
2
3
6
7
Performance playmode (Quick Edit)
@
1
9
)
Performance editmode
)
@
!
1
9
8
7
4
5
2
3
4
9
)
2
3
4
)
9
4
5
2
3
4
9
)
2
3
4
)
9
Advertenties
Inhoudsopgave
