Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Yamaha S90 Handleiding pagina 56

Inhoudsopgave

Advertenties

Control Sets en externe MIDI besturing
In een control set worden de regelaars toegewezen aan
interne parameters van de synthesizer. Sommige rege-
laars, die eigenlijk bedoeld zijn voor één bepaald doel,
versturen echter bij het gebruik voorgedefinieerde
MIDI-besturingswijzigingsboodschappen, ongeacht de
control set toewijzingen in de synthesizer.
Zo zijn bijvoorbeeld het pitchbendwiel, het modulatie-
wiel en de toetsenbordaftertouch oorspronkelijk be-
doeld om de pitch bend-, modulatie- en aftertouchpara-
meters te besturen. Vandaar dat bij het gebruik van
deze regelaars er altijd pitch bend-, modulatie- en after-
touchinformatie via de MIDI OUT-aansluiting wordt
verzonden.
Stel dat de panparameter is toegewezen aan het pitch-
bendwiel in een control set. Bij het bewegen van het
pitchbendwiel pant de interne toongenerator van de
synthesizer het geluid; echter, de oorspronkelijke voor-
gedefinieerde pitchbendboodschappen worden even-
goed tegelijkertijd via de MIDI OUT-aansluiting ver-
zonden.
\
MIDI
Pitchbend-
wiel
Toongenerator
Pitch
LFO1
De regelaars kunnen ook MIDI-besturingswijzigings-
boodschappen verzenden om de parameters van exter-
ne MIDI-apparaten te besturen. Deze toewijzingen
kunnen worden ingesteld in de utilitymode.
n Aangezien het pitchbendwiel, het modulatiewiel en
OPM.
de toetsenbordaftertouch zijn voorgedefinieerd om
specifieke MIDI besturingsnummers aan te spreken,
kunnen aan deze betreffende regelaars geen afwijken-
de MIDI besturingswijzigingsnummers worden toege-
wezen.
U kunt een regelaar ook zo instellen dat het één soort bestu-
ringswijzigingsboodschap naar de interne toongenerator van
de synthesizer verstuurt en een andere soort verzendt via de
MIDI OUT aansluiting.
In een control set kunt u bijvoorbeeld resonantie toewijzen
aan de CS-schuif 1. Vervolgens kunt u in de utilitymode be-
sturingsnummer 1 (modulatie) aan dezelfde regelaar toewij-
zen. Als u nu de regelaar gebruikt, dan wordt de resonantie-
instelling van het geluid van de interne toongenerator gewij-
zigd; echter, de modulatie-informatie zal tegelijkertijd naar
het externe MIDI apparaat dat op de MIDI OUT-aansluiting
is aangesloten verzonden worden.
56
Regelaars (controllers) gebruiken
OUT
IN
MIDI besturing
Control Set
PAN
Belangrijkste regelaarnummers en hun functie
MW/AC1/FC (variabele besturing)
7 Volume
10 Pan
11 Expressie
71 Harmonische inhoud (resonantie)
72 Releasetijd
73 Attacktijd
74 Helderheid
75 Decaytijd
91 Reverb zendniveau
93 Chorus zendniveau
FS (aan/uit schakelaar)
64 Vasthouden 1 (Sustain)
65 Portamentoschakelaar
66 Sostenuto
96 Arpeggioschakelaar
97 Arpeggio vasthouden
98 Afspelen/stoppen
99 Programmawijziging INC
100 Programmawijziging DEC
101 Octaaf resetten
Zie blz. 119

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave