Common Edit en individuele
elementen bewerken
Elementen (of toetsen) aan-/uitscha-
kelen (mute)
Een voice kan uit maximaal vier elementen bestaan
(blz. 26). Maak gebruik van de common editmode om
de gemeenschappelijk instellingen van alle vier de ele-
menten aan te passen.
Druk, om de gemeenschappelijke parameters van alle
vier de elementen te bewerken, op de [DRUM KITS]-
knop (deze dient hier als de "COMMON"-knop).
DRUM KITS
FAVORITES
COMMON
Selecteer, om de parameters van de individuele ele-
menten te bewerken, het gewenste element met de
corresponderende NUMMER-knop ([1] - [4]).
1
2
3
ELEMENT / PERF.PART / ZONE
9
10
11
U kunt andere elementen (die u niet wilt bewerken
en niet wilt horen) muten met de NUMMER [9] -
[12]-knoppen (alleen normale voice). Het feit dat ze
gemute zijn wordt aangeven door brandende knop-
pen; de indicator van de knop die correspondeert
met het gemute element gaat branden.
Een element op solo zetten
1
2
3
4
5
ELEMENT / PERF.PART / ZONE
9
10
11
12
13
Houd de [MUTE]-knop ingedrukt en druk tegelijker-
tijd op één van de NUMMER knoppen [9] tot en met
[12] om de corresponderende track op solo te zetten.
Als u een element heeft geselecteerd om solo te gaan,
dan gaat het lampje van de [MUTE]-knop knipperen,
om aan te geven dat de solofunctie actief is. Als de solo-
functie actief is, dan kunt u het solo-element eenvoudig
wijzigen door de corresponderende NUMMER-knop
[9] tot [12] in te drukken.
Om de solofunctie te verlaten moet u nog een keer
op de [MUTE]-knop drukken.
4
Elementselectie
12
Element mute-instelling
TRACK
6
7
8
SELECT
14
15
16
MUTE
SOLO
Wisselen tussen schermen en
instellingen invoeren
1 Selecteer het menu waarbinnen u wilt bewerken
door op de [F1] - [F6] en [SF1] - [SF5] knoppen te
drukken.
2 Selecteer de gewenste parameter met de
EF] knoppen.
[
3 Gebruik de [INC/YES] en [DEC/NO] knoppen
om de parameterwaarde in te stellen.
n Zie, voor details over de bewerkingsindicator, blz. 39.
OPM.
De comparefunctie
Gebruik dit om te luisteren naar het verschil tussen
de bewerkte voice-/performance-instellingen en
dezelfde originele voice-/performance-instellingen.
1 Druk op de [COMPARE (EDIT)]-knop in de
editmode. De EDIT LED zal gaan knipperen en de
originele instellingen worden tijdelijk hersteld
voor vergelijkingsdoeleinden.
(De
-indicator wordt boven in de display
getoond op de plaats van de
n Als de comparefunctie aanstaat, dan kunnen de
OPM.
[DEC/NO]- en [INC/YES]-knoppen niet voor
bewerking worden gebruikt.
2 Druk nogmaals op de [EDIT]-knop om de
comparefunctie uit te schakelen en uw recente
bewerkte instellingen terug te zetten.
n De comparefunctie is ook beschikbaar in de
OPM.
performance editmode.
-indicator.)
61
Voice Edit