•
Detectiefunctie voor laag debiet: De pomp
controleert het debiet regelmatig door
gedurende korte tijd het toerental te reduceren.
Als er geen of slechts een kleine verandering
in druk is, betekent dit dat er laag debiet is. Het
toerental wordt verhoogd tot de uitschakeldruk
(actueel setpoint + 0,5 x ΔH) is bereikt en de
pomp uitschakelt. Wanneer de druk is gedaald
tot de inschakeldruk (actueel setpoint - 0,5 ×
ΔH), dan zal de pomp opnieuw inschakelen.
•
Als het debiet hoger is dan het ingestelde
minimale debiet, gaat de pomp terug naar
continu bedrijf bij constante druk.
•
Als het debiet nog steeds lager is dan het
ingestelde minimale debiet (Q
pomp door in start / stop-bedrijf tot het debiet
hoger is dan het ingestelde minimale debiet (Q
). Wanneer het debiet hoger is dan het
min
ingestelde minimale debiet (Q
pomp terug naar continu bedrijf.
2. Een debietschakelaar die is aangesloten op één
van de digitale ingangen.
•
Debietschakelaar: Wanneer de digitale ingang
meer dan 5 seconden is geactiveerd vanwege
laag debiet, wordt het toerental verhoogd tot
de uitschakeldruk (werkelijke setpoint + 0,5 x
ΔH) is bereikt, waarna de pomp stopt.
Wanneer de druk is gedaald tot inschakeldruk,
wordt de pomp opnieuw ingeschakeld. Als er
nog steeds geen debiet is, bereikt de pomp
snel de uitschakeldruk en wordt uitgeschakeld.
Als er debiet is, blijft de pomp in bedrijf in
overeenstemming met het setpoint.
Bedrijfscondities voor de uitschakelfunctie bij
laag debiet
U kunt alleen de uitschakelfunctie gebruiken als het
systeem is uitgerust met een druksensor, een
terugslagklep en een expansievat.
Installeer de terugslagklep altijd vóór de
druksensor.
Zie de onderstaande afbeeldingen.
2
1
Positie van de terugslagklep en druksensor in
systeem met zuighoogtewerking.
70
), gaat de
min
), gaat de
min
4
3
Pos. Beschrijving
1
Terugslagklep
2
Pomp
3
Druksensor
4
Membraanvat
2
1
Positie van de terugslagklep en druksensor in een
systeem met een positieve voordruk
Pos. Beschrijving
1
Pomp
2
Terugslagklep
3
Druksensor
4
Membraanvat
Minimaal debiet instellen
Stel het minimale debiet (Q
instelling bepaalt bij welk debiet het systeem moet
overschakelen van continu bedrijf bij constante druk
naar start/stop-bedrijf. Het instelbereik ligt tussen 5%
en 30% van het nominale debiet.
Fabrieksinstelling
Zie paragraaf 'Fabrieksinstellingen'
Volume van expansievat
Voor de uitschakelfunctie is een expansievat met een
bepaalde minimale grootte nodig. Stel de grootte van
het geïnstalleerde vat in dit display in.
Om het aantal in-/uitschakelingen per uur te
verminderen of om de ΔH te verminderen, kan een
grotere tank worden geïnstalleerd.
Installeer het vat onmiddellijk na de pomp. De
voordruk moet 0,7 x actueel setpoint bedragen.
Aanbevolen grootte van expansievat:
4
3
PT
) in dit display in. Deze
min