Voeding: Bij systemen die zijn voorzien van een backupvoeding kunt u een
van beide voedingen verwijderen en weer terugplaatsen zonder dat u de
werking van het systeem hoeft te onderbreken.
RA4000 Controller: Als de cache van de RA4000 Controller door dezelfde
cachegrootte in de bestaande RA4000 Controller wordt vervangen, kan de
controller worden verwijderd, de cache vervangen en de controller opnieuw
geïnstalleerd zonder dat daarvoor het systeem hoeft te worden uitgeschakeld.
Voor het wijzigen van de cachegrootte moet u het systeem wel uitschakelen.
Zie hoofdstuk 4, 'Problemen oplossen', voor specifieke beperkingen bij het
vervangen van hot-pluggable onderdelen.
Hot-pluggable schijven
De RA4100 ondersteunt 1-inch Compaq hot-pluggable Ultra2 schijfeenheden.
De RA4100 is geschikt voor schijfeenheden met een standaardhoogte van 1
inch. U moet de schijven op Compaq hot-pluggable schijfladen monteren.
SCSI-ID's worden automatisch toegewezen op basis van de locatie van de
schijfeenheid.
Maximale opslagcapaciteit
U kunt maximaal 12 schijfeenheden in de RA4100 installeren.
Toewijzing SCSI-ID's
Elk apparaat op een SCSI-bus moet een uniek identificatienummer van 0 tot 6
hebben. De SCSI-ID bepaalt de prioriteit van het apparaat als er wordt
geprobeerd de SCSI-bus te gebruiken. De hoogste prioriteit, SCSI-ID 7, is
gereserveerd voor de controller.
SCSI-ID's worden in het opslagsysteem automatisch toegewezen volgens de
schijfpositie die voor elke schijfeenheid wordt gebruikt. U hoeft de SCSI-ID's
niet handmatig toe te wijzen. De SCSI-ID van elke positie wordt op het
voorpaneel weergegeven.
Inleiding 1-7