Als u niet-kritieke gegevens opslaat en als ruimte en prestaties beide
belangrijk zijn, is RAID 0 het meest geschikt. RAID 0 biedt echter geen
gegevensbeveiliging en u moet gebruikmaken van backups als er
hardwarefouten optreden.
Distributed Data Guarding (RAID 5)
Bij Distributed Data Guarding, ook wel RAID 5 genoemd, worden
pariteitsgegevens opgeslagen op alle schijfeenheden in de array. Doordat
de pariteit over alle schijfeenheden wordt verdeeld, kunnen er meer
leesbewerkingen tegelijk worden uitgevoerd en zijn de prestaties beter dan bij
Data Guarding (RAID 4). Als een schijfeenheid defect raakt, gebruikt de
controller de pariteitsgegevens en de gegevens op de overige schijfeenheden
om de gegevens van de defecte schijfeenheid opnieuw op te bouwen. Op deze
manier kan het systeem met iets verminderde prestaties in bedrijf blijven totdat
de defecte schijf is vervangen.
Voor Distributed Data Guarding hebt u een array met minimaal 3 fysieke
schijfeenheden nodig; er zijn maximaal 12 schijfeenheden toegestaan. In een
array met drie fysieke schijfeenheden gebruikt Distributed Data Guarding
daarom maar 33 procent van de totale opslagcapaciteit van de logische
schijfeenheden voor fouttolerantie, terwijl een configuratie van 12
schijfeenheden slechts 7 procent gebruikt.
GEGEVENS
GEGEVENS
P
P
DAZ-10-4.EPS
Afbeelding E-5. Bij Distributed Data Guarding worden de pariteitsgegevens
[P] over de fysieke schijfeenheden verdeeld
GEGEVENS
P
P
P
P
Vaste-schijfarrays E-7
GEGEVENS
P
P
P
P = Pariteit