Onderhoud en reparatie
9.3 Inspectie en onderhoud
9.3.7
Nasmering
Zie bij machines met nasmering de specificaties van de nasmeerintervallen, vethoeveelheid,
vetsoort en eventueel nog aanvullende gegevens het typeplaatje of het smeerplaatje
Vetsoorten voor standaardmotoren (IP55) UNIREX N3 - Fa. ESSO.
Opmerking
Het vermengen van verschillende vetsoorten is niet toegestaan.
Bij langere opslagtijd vermindert de vetgebruiksduur van het lager. Controleer bij opslag langer
dan 12 maanden de toestand van het vet. Indien door de controle ontoliën of vervuiling van
het vet wordt vastgesteld, moet voor de inbedrijfname direct worden nagesmeerd. Continu
gesmeerde lagering zie hoofdstuk Wentellager (Pagina 97).
Procedure
Bij het nasmeren van de walslagers gaat u als volgt te werk:
1. Reinig de smeernippels aan de DE- en de NDE-zijde.
2. Pers het voorgeschreven vet in de voorgeschreven hoeveelheid in (conform typeplaatje).
– Houd de specificaties op het type- en smeerplaatje aan.
– Het nasmeren moet bij een draaiende machine (max. 3600 min-1) worden uitgevoerd.
De lagertemperatuur kan eerst beduidend stijgen. Na het verdringen van het overtollige vet
uit het lager zal de temperatuur weer naar de normale waarde dalen.
De rotor kan vallen
Bij een verticale machinepositie kan de rotor bij werkzaamheden aan het geleidelager naar
buiten vallen. Dit kan zware tot dodelijke letsels of aanzienlijke materiële schade veroorzaken.
Ondersteun of ontlast de rotor bij werkenzaamheden in een verticale machinepositie.
9.3.8
Reiniging
Reinigen van de smeerkanalen en de oudvetruimten
Het verbruikte vet verzamelt zich buiten het lager in de oudvetruimte van het buitenste
lagerdeksel. Verwijder het oude vet bij het vervangen van het lager.
Om het vet in het smeerkanaal te kunnen verversen, moet het lagerbinnenwerk worden
gedemonteerd.
94
WAARSCHUWING
Rollenbaanmotoren 1PC1423 AH 112 ... 400
Bedieningshandleiding, 10/2018, A5E42179677A