● Controle van de draairichting in ongekoppelde toestand.
● vermijd starre koppelingen.
● herstel beschadigingen van de lak onmiddellijk en deskundig.
5.3.1
Maatregelen voor het uitlijnen en bevestigen
De volgende maatregelen zijn nodig om de onnauwkeurige radiale uitlijning van de beide
koppelingshelften te compenseren en om de elektrische machine tegenover de
arbeidsmachine horizontaal te justeren:
● Verticale positionering
Plaats voor de verticale positionering dunne platen onder de machinepoten om spanning
op de machines te voorkomen. Om het aantal bijlagen te beperken, gebruikt u weinig
gestapelde bijlagen.
● Horizontale positionering
Voor de horizontale positionering verschuift u de machine zijwaarts op de fundering. Zorg
ervoor, dat hierbij de axiale uitlijning (hoekfout) in acht wordt genomen.
● Let bij de positionering ook op een gelijkmatig rondlopende axiale spleet op de koppeling.
● Looprust
Voorwaarden voor een rustige, trillingsarme loop zijn:
– Stabiele trillingsvrije vormgeving van de fundering.
– Nauwkeurig uitlijnen van de koppeling
– Een goed gebalanceerd aandrijfelement (koppeling, riemschijf, ventilator, ...)
Neem de max. toegestane trillingswaarden tijdens bedrijf volgens ISO 10816-3 in acht.
Vermijd in het hele toerentalbereik niet toegestane trillingen als gevolg van bijv. onbalans
(aandrijfelement), externe trillingsbronnen of resonanties.
Het kan anders nodig zijn om de machine met het aandrijfelement of
systeemresonantieverschuiving volledig uit te balanceren.
● Voetbevestiging / flensbevestiging
– Maak voor de voet- en flensbevestiging van de machine op de fundering resp. op de
– Bevestig de machine aan alle daartoe voorziene voet- of flensboringen. De keuze van
– Gebruik bij IM B14-flenzen de juiste schroeflengte.
– Zorg ervoor, dat de schroefkoppen volledig aanliggen. Gebruik aanvullende vlakke
Rollenbaanmotoren 1PC1423 AH 112 ... 400
Bedieningshandleiding, 10/2018, A5E42179677A
machineflens gebruik van de voorgeschreven schroefdraadgrootte in EN 50347.
de bevestigingselementen is afhankelijk van het fundament en valt onder de
verantwoordelijkheid van de exploitant van de installatie. Respecteer de vereiste
stevigheidsklassen voor schroefverbindingen en materialen voor
bevestigingselementen.
schijven (ISO 7093), met name bij ovale gaten voor de voetsteunen.
Montage
5.3 Uitlijnen en bevestigen
49