1) Zitting
Deze stoel is uitsluitend bestemd
voor één bestuurder.
WAARSCHUWING
Laat niemand als passagier op
dit voertuig zitten.
Verwijderen van het zadel
Druk de vergrendeling van de stoel
naar voren om de stoel te verwijde-
ren. De vergrendeling zit onder de
achterrand van de stoel.
1. Zadelvergrendeling
Trek de zitting naar achteren. Licht
de zitting verder op tot u de beves-
tiging vooraan onder de zitting kunt
losmaken van de bevestigingsbalk,
en verwijder deze dan helemaal.
1. Bevestigingsbalk
Installeren van de zitting
Plaats de voorkant van de zitting
zo, dat de bevestiging vooraan on-
der de zitting in de bevestigingsbalk
valt. Druk de zitting daarna stevig
naar beneden tot ze vastklikt.
1. Bevestigingsbalk
OPMERKING: U zult duidelijk een
klik voelen. Controleer nogmaals
of de stoel stevig vastzit door eraan
te trekken.
WAARSCHUWING
Bevestig dat de bestuurders-
stoel goed op zijn plaats is ver-
grendeld door deze een aantal
keer achteruit en omhoog te
trekken.
2) Voetsteunen
Steunen voor de voeten bevinden
zich aan rechter- en linkerzijde van
de voetsteunen.
UITRUSTING
87