V V E E I I L L I I G G H H E E I I D D S S V V O O O O R R S S C C H H R R I I F F T T E E N N
K K o o o o l l m m o o n n o o x x i i d d e e v v e e r r g g i i f f t t i i g g i i n n g g v v e e r r m m i i j j d d e e n n
Uitlaatgassen van motors bevatten steeds koolmonoxide, een dodelijk
gas. Inademing van koolmonoxide kan leiden tot hoofdpijn, duizelig-
heid, slaperigheid, misselijkheid, verwarring en zelfs de dood.
Koolmonoxide is een kleurloos, geurloos, smaakloos gas dat aanwe-
zig kan zijn zelfs als u het niet ziet of geen uitlaatgas ruikt. Dodelijke
concentraties koolmonoxide worden snel bereikt en kunnen u zo snel
bevangen dat u zichzelf niet meer in veiligheid kunt brengen. Ook kun-
nen dodelijke concentraties koolmonoxide uren- of dagenlang in afge-
sloten of slecht verluchte ruimtes blijven hangen. Als u één van de
symptomen van koolmonoxidevergiftiging voelt opkomen, verlaat de
ruimte dan onmiddellijk, zorg voor verse lucht en vraag medische
behandeling.
Om ernstig letsel of dood door koolmonoxide te verhinderen of te
voorkomen:
– Het voertuig nooit in slecht verluchte of gedeeltelijk afgesloten
ruimtes zoals garages, carports of schuren laten draaien. Zelfs in-
dien u de uitlaatgassen met ventilators of open vensters en deuren
tracht te verluchten, kan de koolmonoxideconcentratie toch ge-
vaarlijk snel oplopen.
– Laat het voertuig nooit draaien op plekken buitenshuis waar de uit-
laatgassen langs openingen, zoals vensters en deuren, een ge-
bouw kunnen binnendringen.
B B r r a a n n d d s s t t o o f f b b r r a a n n d d e e n n e e n n a a n n d d e e r r e e g g e e v v a a r r e e n n v v e e r r m m i i j j d d e e n n
Benzine is uiterst brandbaar en zeer explosief. Benzinedampen kun-
nen zich verspreiden en op meters afstand van de motor door een
vonk of vlam worden aangestoken. Volg deze aanwijzingen om het ri-
sico op brand of explosie te verlagen:
– Sla brandstof uitsluitend op in goedgekeurde, rode benzinebidons.
– Gebruik alleen de BRP LinQ bidon om brandstof op het voertuig te
vervoeren.
– Deze bidon moet stevig in het opbergvak vooraan worden vastge-
zet met behulp van het LinQ-systeem. Gebruik van andere op de
markt verkochte rode benzinebidons wordt afgeraden.
– Vervoer op de bagagerekken geen benzinebidon(s) of gevaarlijke
vloeistoffen.
– Vul nooit de benzinebidon in of op het voertuig. Een ontlading van
statische elektriciteit kan ervoor zorgen dat de brandstof ontvlamt.
– Volg nauwgezet de instructies in het hoofdstuk over Brandstof om
de brandstoftank te vullen.
– De motor nooit starten of bedienen zonder dat de benzinedop er
goed opzit.
Benzine is giftig en kan letsel of de dood veroorzaken.
– Hevel nooit benzine over met de mond.
14
Veiligheidsinformatie