RIJDEN MET UW VOERTUIG
Uitrusting
Kijk ook naar de weersomstandigheden om te beslissen welke kledij u aantrekt.
Kleed u op de laagste voorspelde temperatuur. Thermisch ondergoed op de huid
zorgt ook voor een goede isolatie. Belangrijk is dat de bestuurder altijd een aange-
paste beschermende rijkledij en uitrusting draagt, onder meer een goedgekeurde
helm, oogbescherming, laarzen, handschoenen, een hemd met lange mouwen en
een lange broek. Deze kledij zal u beschermen tegen een aantal kleinere risico's
die u onderweg kunt tegenkomen. De bestuurder mag nooit losse kledij dragen,
zoals een sjaal, die in het voertuig, boomtakken en struiken verstrikt kan raken.
Afhankelijk van het weer hebt mogelijk u een antimistbril of zonnebril nodig. Er
zijn lenzen en brillen in verschillende kleuren verkrijgbaar, waarmee variaties in het
terrein beter te onderscheiden zijn. Draag uw zonnebril enkel overdag.
Een passagier vervoeren
1 1 -UP-modellen
Dit voertuig is specifiek ontwikkeld voor het vervoer van slechts ÉÉN (1) bestuur-
der. Installeer geen passagiersstoel en laat nooit een passagier plaatsnemen op de
bagagerekken.
________
_______
VEILIGHEIDS-INFORMATIE
47