bandenspanning dan nog niet be‐
reikt, dan is de band te ernstig be‐
schadigd. De hulp van een werk‐
plaats inroepen.
Overmatige bandenspanning ver‐
lagen met de knop boven de druk‐
meter.
Compressor niet langer dan
10 minuten achtereen laten wer‐
ken.
13. Maak de bandenreparatieset los.
Luchtslang van de compressor op
de vrije aansluiting van de fles af‐
dichtmiddel schroeven. Hierdoor
wordt voorkomen dat er afdicht‐
middel uit de fles stroomt. Ban‐
denreparatieset onder de voor‐
stoel opbergen.
14. Eventueel vrijgekomen afdicht‐
middel met een doek verwijderen.
15. Etiket met toelaatbare maximum‐
snelheid van de fles met afdicht‐
middel halen en in het zicht van de
bestuurder aanbrengen.
16. Onmiddellijk verder rijden zodat
het afdichtmiddel zich gelijkmatig
over de binnenkant van de band
kan verspreiden. Na ca. 10 km rij‐
den – uiterlijk na 10 minuten –
stoppen en de bandenspanning
met de compressor controleren.
Hiervoor de luchtslang van de
compressor rechtstreeks op
bandventiel en compressor
schroeven.
17. Bij een bandenspanning hoger
dan 3,1 bar (310 kPa/45 psi) de
bandenspanning op de voorge‐
schreven waarde brengen. Proce‐
Verzorging van de auto
dure herhalen totdat de banden‐
spanning niet meer afneemt.
Bij een bandenspanning lager
dan 3,1 bar (310 kPa/45 psi) niet
verder rijden met de auto. De hulp
van een werkplaats inroepen.
18. Bandenreparatieset onder de
voorstoel opbergen.
9 Waarschuwing
Voorkomen dat afdichtmiddel op
de huid, in de ogen of op kleding
terechtkomt. Bij inslikken onmid‐
dellijk medische hulp inroepen.
137