Foutmeldingen
Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de waarschuwingsaanduidingen en
foutmeldingen in de zoeker, in het bedieningspaneel en op de monitor.
Aanduiding
Bedienings-
Zoeker
paneel
B
(knippert)
H
d
H
d
(knippert)
(knippert)
B
—
(knippert)
F
D
—
(knippert)
i
(knippert)
q
Probleem
Diafragmaring van objectief is
niet ingesteld op kleinste
diafragma.
Batterij bijna leeg.
• Batterij is leeggelopen.
• Batterij kan niet worden
gebruikt.
• De camera of het optionele
MB-D11 battery pack bevat
een volledig lege oplaadbare
Li-ionbatterij of een batterij
van een andere fabrikant.
Cameraklok is niet ingesteld.
Geen objectief bevestigd of
objectief zonder CPU bevestigd
zonder dat maximaal diafragma
is opgegeven. Diafragma wordt
weergegeven in aantal stops tot
maximaal diafragma.
Camera kan niet scherpstellen
met autofocus.
• Geen objectief bevest.
• Niet-CPU-objectief bevestigd. • Selecteer stand A of M.
Onderwerp te helder; foto wordt
overbelicht.
Oplossing
Stel de diafragmaring in op
kleinste diafragma (hoogste f-
waarde).
Houd een volledig opgeladen
reservebatterij bij de hand.
• Laad de batterij op of
vervang de batterij.
• Neem contact op met een
door Nikon geautoriseerd
servicecenter.
• Vervang de batterij als deze
niet van Nikon is of laad de
oplaadbare Li-ionbatterij op
als deze bijna leeggelopen
is.
Stel cameraklok in.
Diafragmawaarde wordt
weergegeven als maximaal
diafragma is opgegeven.
Verander de compositie of stel
handmatig scherp.
• Bevestig niet-IX NIKKOR
objectief. Verwijder en
herbevestig het objectief als
er een CPU-objectief is
bevestigd.
• Gebruik een lagere ISO-
gevoeligheid
• In opnamestand:
P Gebruik optioneel
grijsfilter (ND)
S Kies kortere sluitertijd
A Kies een kleiner diafragma
(hogere f-waarde)
0
26
21
xvii, 21,
24
27, 237
159
93, 99
25, 269
270
101
280
69
70
n
305