❚❚ "Reinigen bij aan-/uitzetten"
Kies uit de volgende opties:
Optie
Reinigen bij
De beeldsensor wordt automatisch gereinigd telkens wanneer de camera
5
aanzetten
wordt aangezet.
Reinigen bij
De beeldsensor wordt automatisch gereinigd telkens wanneer de camera
6
wordt uitgezet.
uitzetten
Reinigen bij aan-
De beeldsensor wordt automatisch gereinigd wanneer de camera wordt aan-
7
of uitgezet.
en uitzetten
8 Reiniging uit
De beeldsensor wordt niet automatisch gereinigd.
1
Selecteer Reinigen bij aan-/uitzetten.
Geef het menu Beeldsensor reinigen weer, zoals
wordt beschreven in stap 2 op de vorige pagina.
Markeer Reinigen bij aan-/uitzetten en druk op 2.
2
Selecteer een optie.
Markeer een optie en druk op J.
D
Reiniging van de beeldsensor
Bij bediening van de camera wordt het reinigen van de beeldsensor onderbroken. Wanneer de
flitser is ingeschakeld, wordt de beeldsensor mogelijk niet gereinigd bij het aanzetten van de
camera.
Reiniging gebeurt door het laten trillen van het laagdoorlaatfilter. Als stof niet volledig kan
worden verwijderd via de opties in het menu Beeldsensor reinigen, reinigt u de beeldsensor
handmatig (0 286) of neemt u contact op met een door Nikon geautoriseerd servicecenter.
Als de beeldsensor enkele keren achter elkaar wordt gereinigd, kan de reinigingsfunctie tijdelijk
worden geblokkeerd om de interne schakelingen van de camera te beschermen. Na een korte
pauze kan de beeldsensor weer worden gereinigd.
Beschrijving
n
285