Advertenties
3
Selecteer de stapgrootte voor bracketing.
Druk op de D knop en draai aan de secundaire instelschijf om uit waarden tussen
0,3 LW en 2 LW te kiezen.
D knop
A
Zie ook
Zie persoonlijke instelling b2 (Stapgrootte inst. belichting, 0 211) voor informatie over
het kiezen van de stapgrootte. Zie persoonlijke instelling e6 (Bracketingvolgorde, 0 229)
voor informatie over het kiezen van de volgorde waarin bracketing wordt uitgevoerd.
4
Kadreer, stel scherp en maak de foto.
De camera verandert de belichting en/of flitssterkte beeld
voor beeld, overeenkomstig het geselecteerde
bracketingprogramma. Modificaties aan de belichting
worden toegevoegd aan de aanpassingen die zijn gemaakt met
belichtingscorrectie (0 107), waardoor het mogelijk is compensatiewaarden van
meer dan 5 LW te behalen.
Terwijl bracketing van kracht is, wordt een voortgangsaanduiding bracketing in het
bedieningspaneel weergegeven. Na elke opname verdwijnt een segment van de
Z
aanduiding: het y segment terwijl de onaangepast opname wordt gemaakt, het
z segment terwijl de opname met de negatieve stapgrootte wordt gemaakt en
het x segment terwijl de opname met de positieve stapgrootte wordt gemaakt.
Stapgrootte voor belichting:
0 LW (y)
Druk op de D knop om bracketing te annuleren en draai aan de hoofdinstelschijf totdat
de voortgangsaanduiding bracketing en het pictogram M niet langer worden
weergegeven.
110
Secundaire
Bedieningspaneel
instelschijf
Stapgrootte voor belichting:
–1 EV (z)
Stapgrootte
bracketing
Stapgrootte voor belichting:
+1 EV (x)
Advertenties
