Download Print deze pagina

Advertenties

DIGITALE CAMERA
Gebruikshandleiding
Nl

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Nikon D7000

  • Pagina 1 DIGITALE CAMERA Gebruikshandleiding...
  • Pagina 2 Waar kunt u het vinden Vind wat u zoekt in: ➜ Inhoudsopgave 0 iv–xi Zoek items op functie of menunaam. ➜ Vraag- en antwoordindex 0 ii–iii Weet u wat u wilt, maar weet u de naam van de functie niet? Zoek het op in de vraag- en antwoordindex.
  • Pagina 3 Vraag- en antwoordindex 0 iv Inhoudsopgave Inleiding 0 35 Basisstappen voor het maken en weergeven van foto’s 0 49 Livebeeld 0 57 Films opnemen en afspelen 0 67 Standen P, S, A en M Gebruikersinstellingen: Standen U1 en U2 0 75 0 77 Ontspanstand 0 85...
  • Pagina 4 Vraag- en antwoordindex Vind wat u zoekt met deze vraag- en antwoordindex. Foto’s maken Opnamestanden en kadreeropties Is er een snelle en eenvoudige manier om snapshotfoto’s te maken? 35–39 Hoe kan ik de instellingen snel aanpassen voor verschillende 40–45 onderwerpen? Kan ik een sluitertijd kiezen (stand S)? Kan ik een diafragma kiezen (stand A)? Hoe maak ik lange (“tijd”) opnames (stand M)?
  • Pagina 5 Foto’s retoucheren Hoe maak ik geretoucheerde kopieën van foto’s? 248–264 Hoe kan ik rode ogen verwijderen? Hoe maak ik JPEG-kopieën van RAW (NEF)-foto’s? Kan ik twee NEF (RAW)-foto’s over elkaar plaatsen om er één beeld van 256–257 te maken? Kan ik een kopie van een foto maken dat lijkt op een schilderij? Kan ik filmbeelden op de camera bijsnijden? 63–66 Menu’s en instellingen...
  • Pagina 6 Inhoudsopgave Vraag- en antwoordindex ....................... ii Voor uw veiligheid...........................xii Kennisgevingen ..........................xiv Inleiding Overzicht ...............................1 Kennismaking met de camera.......................2 De camerabody ..........................2 De standknop............................6 De keuzeknop ontspanstand ......................7 Het bedieningspaneel........................8 De zoeker .............................. 9 Het informatiescherm ........................10 De instelschijven ..........................13 De BM-11 beschermkap voor de monitor ................17 Cameramenu’s ..........................
  • Pagina 7 Creatieve fotografie (onderwerpstanden)................40 k Portret ............................41 l Landschap ..........................41 p Kinderen............................41 m Sport ............................41 n Close-up ............................42 o Nachtportret ..........................42 r Nachtlandschap........................42 s Party/binnen..........................42 t Strand/sneeuw........................43 u Zonsondergang........................43 v Schemering ..........................43 w Dierenportret ..........................43 x Kaarslicht ............................44 y Bloesem .............................44 z Herfstkleuren ...........................44 0 Voedsel ............................44 1 Silhouet............................45...
  • Pagina 8 Gebruikersinstellingen: Standen U1 en U2 Gebruikersinstellingen opslaan....................75 Gebruikersinstellingen oproepen....................76 Gebruikersinstellingen terugzetten..................76 Ontspanstand Een ontspanstand kiezen ......................77 Continustand (C ) ........................78 Zelfontspannerstand en afstandsbedieningstand ............. 80 Stand spiegel omhoog........................83 Opties voor beeldopname Beeldkwaliteit en -formaat ......................85 Beeldkwaliteit............................85 Beeldformaat.............................88 Twee geheugenkaarten gebruiken ..................
  • Pagina 9 Witbalans Fijnafstelling witbalans ....................... 119 Een kleurtemperatuur kiezen ....................122 Handmatige voorinstelling ....................... 123 Beeldverbetering Picture Controls ..........................131 Een Picture Control selecteren....................131 Picture Controls aanpassen....................... 133 Eigen Picture Controls maken....................136 Eigen Picture Controls delen ....................138 Actieve D-Lighting........................139 Kleurruimte .............................
  • Pagina 10 Verbindingen Verbinden met een computer....................179 Voordat u de camera aansluit ....................179 De camera aansluiten........................180 Draadloze of ethernet-netwerken ..................181 Foto’s afdrukken ..........................182 Verbinden met een printer......................182 Foto’s één voor één afdrukken ....................183 Meerdere foto’s afdrukken ......................185 Indexprints maken........................
  • Pagina 11 b: Lichtmeting/belichting......................211 b1: ISO-stapgrootte......................... 211 b2: Stapgrootte inst. belichting ..................211 b3: Eenv. belichtingscorrectie ..................... 212 b4: Centrumgericht meetveld..................... 213 b5: Fijnafst. voor opt. belichting..................213 c: Timers/AE-vergrendeling ...................... 213 c1: AE-vergrend. ontspanknop ................... 213 c2: Lichtmeter automatisch uit ................... 214 c3: Zelfontspanner........................
  • Pagina 12 B Het setup-menu: Basisinstellingen van de camera.................236 Geheugenkaart formatteren....................236 LCD-helderheid......................... 237 Videostand ..........................237 Flikkerreductie .......................... 237 Tijdzone en datum........................237 Taal (Language) ........................238 Beeldcommentaar ........................238 Automatische beeldrotatie ....................239 Stof referentiefoto ........................240 Batterij-informatie ........................242 Copyrightinformatie .......................
  • Pagina 13 Technische opmerkingen Compatibele objectieven......................269 Optionele flitsers (Speedlights) ....................275 Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS) ................276 Overige accessoires........................280 Een stroomaansluiting en lichtnetadapter bevestigen ..........282 Behandeling van uw camera ....................283 Opslag ............................... 283 Reinigen ............................283 Het laagdoorlaatfilter ........................284 “Nu reinigen”...
  • Pagina 14 Voor uw veiligheid Als u schade aan uw Nikon-product of letsel aan uzelf of anderen wilt voorkomen, dient u de volgende veiligheidsinstructies goed door te lezen voordat u dit product gaat gebruiken. Bewaar deze veiligheidsinstructies op een plaats waar iedereen die het product gebruikt ze kan lezen.
  • Pagina 15 Gebruik geschikte kabels Als u kabels op de in- en uitgangen aansluit, gebruik dan uitsluitend de meegeleverde kabels of kabels die Nikon voor het beoogde doel verkoopt. Zo weet u zeker dat u de voorschriften voor dit product naleeft. Cd-roms...
  • Pagina 16 Nikon. prijs als u eventuele fouten of • Nikon behoudt zich het recht voor de onvolkomenheden onder de aandacht wilt specificaties van de hardware en de brengen van de Nikon-vertegenwoordiger software die in deze handleidingen zijn in uw land/regio (adres apart vermeld).
  • Pagina 17 Kennisgevingen voor klanten in Europa WAARSCHUWING GEVAAR VOOR EXPLOSIE ALS BATTERIJ WORDT VERVANGEN VOOR EEN ONJUIST TYPE. VOER BATTERIJEN AF VOLGENS DE INSTRUCTIES. Dit pictogram geeft aan dat Dit symbool op de accu duidt aan elektrische en elektronische dat de accu afzonderlijk moet apparaten via gescheiden worden ingezameld.
  • Pagina 18 Mededeling betreffende het verbod op kopiëren en reproduceren Let erop dat alleen al het bezit van materiaal dat digitaal is gekopieerd of gereproduceerd door middel van een scanner, digitale camera of ander apparaat wettelijk strafbaar kan zijn. • Voorwerpen die volgens de wet niet mogen worden •...
  • Pagina 19 Nikon-garantie valt. Het gebruik van oplaadbare Li-ionbatterijen van andere fabrikanten, die niet zijn voorzien van het holografische zegel van Nikon (zie rechts), kan de normale werking van de camera verstoren of ertoe leiden dat de batterijen oververhit raken, vlam vatten, scheuren of gaan lekken.
  • Pagina 20 xviii...
  • Pagina 21 De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geautoriseerd servicecenter en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden).
  • Pagina 22 Kennismaking met de camera Neem even de tijd om vertrouwd te raken met de bedieningsonderdelen en aanduidingen van de camera. Leg eventueel een boekenlegger in dit hoofdstuk, zodat u het gemakkelijk kunt terugvinden terwijl u de rest van de handleiding leest. De camerabody Keuzeknop ontspanstand ........7, 77 E (belichtingscorrectie)-knop.........107...
  • Pagina 23 De camerabody (vervolg) Ingebouwde flitser............. 143 AF-standknop............50, 92, 95 M (flitsstand)-knop............143 Selectieknop voor scherpstelstand....91, 99 Y (flitscorrectie)-knop ..........148 Diafragmasimulator........... 310 D (bracketing)-knop........109, 164 Spiegel ..............83, 286 Infraroodontvanger (voorkant)........81 USB-aansluiting Bevestigingsmarkering ..........25 Verbinden met een computer ......180 Verbinden met een printer........
  • Pagina 24 De camerabody (vervolg) AF-hulpverlichting ............210 Contactdeksel voor optioneel MB-D11 Zelfontspannerlampje ..........81 battery pack ..............280 Lampje rode-ogenreductie........145 Deksel stroomaansluiting .........282 Secundaire instelschijf ........13, 233 CPU-contacten Fn knop ..............149, 230 Objectiefvatting ........... 25, 100 Voorbeeldknop scherptediepte .......72, 232 Statiefaansluiting Deksel van het batterijvak ..........24 Bodydop ..............
  • Pagina 25 De camerabody (vervolg) X (inzoomen op weergave)-knop......173 Zoekeroculair..............81 QUAL (beeldkwaliteit/-grootte)-knop ....86, 88 Rubberen oogschelp ............81 Reset met twee knoppen ......... 151 O (wissen)-knop Dioptrieregelaar ............34 Foto’s wissen...............47 Foto’s wissen tijdens weergave......175 A (AE-L/AF-L)-knop........97, 106, 232 Q (formatteren)-knop..........32 Luidspreker ..............62 K (weergave)-knop ..........46, 163 Hoofdinstelschijf...........13, 233...
  • Pagina 26 De standknop De camera biedt u de keuze uit de volgende Standknop opnamestanden: Standen P, S, A en M Selecteer deze standen om de camera volledig naar wens te kunnen instellen. • P—Automatisch programma (0 68) • S—Sluitertijdvoorkeuze (0 69) •...
  • Pagina 27 De keuzeknop ontspanstand Druk op de ontgrendelingsknop van de keuzeknop Ontgrendelingsknop voor ontspanstand om een ontspanstand te kiezen en draai de keuzeknop ontspanstand keuzeknop ontspanstand naar de gewenste instelling (0 77). Keuzeknop ontspanstand Stand Beschrijving Telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, Enkel beeld wordt één foto gemaakt.
  • Pagina 28 Het bedieningspaneel MB-D11 batterijaanduiding........221 Batterijaanduiding............35 Flitsstand...............144 Beeldformaat..............88 Beeldkwaliteit ..............85 Aanduiding fijnafstelling witbalans .......120 Witbalans ..............117 Aanduiding diafragmastop ......70, 270 Diafragma (f-waarde)..........70, 71 Diafragma (aantal stops)........70, 270 Stapgrootte bracketing ........110, 112 Aantal opnamen per interval ........156 Kleurtemperatuuraanduiding........122 Maximaal diafragma (objectieven zonder Sluitertijd..............
  • Pagina 29 De zoeker Raster (wordt weergegeven als Aan is geselecteerd Flitsgereedaanduiding........39, 219 voor persoonlijke instelling d2)......216 Aanduiding FV-vergrendeling ........ 149 Scherpstelpunten........... 38, 96 Aanduiding flitssynchronisatie ....... 222 AF-veldstand..............94 Aanduiding diafragmastop........70, 270 Scherpstelhaakjes AF-veld .........37, 165 Belichtingsaanduiding..........72 Waarschuwing batterij bijna leeg ....35, 216 Weergave belichtingscorrectie.......
  • Pagina 30 Het informatiescherm Druk op de R knop om sluitertijd, diafragma, het aantal resterende opnames, AF-veldstand en andere opname-informatie in de monitor weer te geven. R knop Belichtingsaanduiding..........72 Weergave belichtingscorrectie........107 Voortgangsaanduiding bracketing Belichtings- en flitsbracketing......109 Witbalansbracketing..........112 Aanduiding automatisch veld-AF......95 Aanduiding scherpstelpunten......
  • Pagina 31 Weergave MB-D11 batterijtype ......220 MB-D11 batterijaanduiding........221 Aanduiding GPS-verbinding........162 Lichtmeting ..............105 Toewijzing voorbeeldknop scherptediepte ..232 Kleurruimte ..............141 Aanduiding actieve D-Lighting ......139 Aanduiding hoge ISO-ruisonderdrukking.... 205 Beeldkwaliteit..............60 Autofocusstand..............91 Copyrightinformatie..........243 Aanduiding “Klok niet ingesteld”.....28, 237 Aanduiding “pieptoon”..........
  • Pagina 32 ❚❚ Instellingen veranderen in het informatiescherm Druk op de knop R om instellingen voor de onderstaande items in het informatiescherm te wijzigen. Markeer items met de multi- selector en druk op J om opties voor het gemarkeerde item te bekijken. R knop Filmkwaliteit..............
  • Pagina 33 De instelschijven De hoofdinstelschijf en secundaire instelschijf worden alleen of in combinatie met andere besturingen gebruikt om zo verschillende instellingen aan te passen. M/Y knop Flitsstand Flitscorrectie D knop AF-standknop Bracketing Autofocusstand AF-veldstand Secundaire instelschijf E knop Belichtingscorrectie Standknop Z knop Hoofdinstelschijf Lichtmeting WB/L knop...
  • Pagina 34 ❚❚ Onderwerpstand Kies een onderwerp (h; 0 41). h stand Hoofdinstelschijf Monitor ❚❚ Beeldkwaliteit en -formaat Stel de beeldkwaliteit in (0 86). QUAL knop Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel Kies een beeldformaat (0 88). QUAL knop Secundaire Bedieningspaneel instelschijf ❚❚ Autofocus Kies een autofocusstand (0 92). AF-standknop Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel...
  • Pagina 35 ❚❚ Belichting Kies een combinatie van diafragma en sluitertijd (stand P; 0 68). Stand P Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel Kies een sluitertijd (stand S of M; 0 69, 71). Stand S of M Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel Kies een diafragma (stand A of M; 0 70, 71).
  • Pagina 36 Selecteer stapgrootte bracketing (stand P, S, A of M; 0 110, 112). D knop Secundaire Bedieningspaneel instelschijf ❚❚ Witbalans Kies een optie voor witbalans (stand P, S, A of M; 0 117). WB knop Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel Fijnafstellen van de witbalans (0 120), instellen van de kleurtemperatuur (0 122) of het kiezen van een voorinstelling...
  • Pagina 37 De BM-11 beschermkap voor de monitor Een transparante kunststof beschermkap is bij de camera inbegrepen om de monitor schoon te houden en te beschermen wanneer deze niet in gebruik is. Om de beschermkap te bevestigen, dient u het uitstekende deel bovenaan de beschermkap in de overeenkomstige inkeping boven de monitor van de camera ( ) te steken en druk op de onderkant van de...
  • Pagina 38 Cameramenu’s De meeste opname-, weergave- en instelopties zijn toegankelijk via G knop de cameramenu’s. Druk op de G knop om de menu’s te bekijken. Tabs Kies uit de volgende menu’s: • : Weergave (0 195) • : Setup (0 236) •...
  • Pagina 39 Cameramenu’s gebruiken Met de multi-selector en de J knop kunt u door de cameramenu’s navigeren. Cursor omhoog J knop: gemarkeerd item selecteren Annuleren en terugkeren Gemarkeerd item selecteren of naar het vorige menu submenu weergeven Cursor omlaag Voer de onderstaande stappen uit om door de menu’s te navigeren. Geef de menu’s weer.
  • Pagina 40 Markeer een menu-item. Druk op 1 of 3 om een menu-item te markeren. Weergaveopties. Druk op 2 om opties voor het geselecteerde menu-item weer te geven. Markeer een optie. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren. Selecteer het gemarkeerde item. Druk op J om het gemarkeerde item te selecteren.
  • Pagina 41 Eerste stappen De batterij opladen De camera wordt gevoed door een EN-EL15 oplaadbare Li-ionbatterij (meegeleverd). Voor een maximale opnameduur dient u de batterij vóór gebruik op te laden in de meegeleverde MH-25 batterijlader. Het duurt circa 2 uur en 35 minuten om een lege batterij volledig op te laden.
  • Pagina 42 Plaats de batterij. Plaats de batterij in de batterijuitsparing zoals wordt getoond op de illustratie van de lader. Sluit de lader aan op een stopcontact. Batterij Opladen wordt Het CHARGE lampje knippert terwijl de batterij wordt voltooid opgeladen opgeladen. De batterij opladen Laad de batterij binnenshuis op bij een omgevingstemperatuur van 5–35 °C.
  • Pagina 43 Als het probleem zich blijft voordoen, stop dan onmiddellijk het gebruik en breng de lader naar uw leverancier of een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger. Het meegeleverde netsnoer en de lichtnetadapter zijn alleen voor gebruik met de MH-25.
  • Pagina 44 De batterij plaatsen Zet de camera uit. Batterijen plaatsen en verwijderen Zet de camera altijd uit voordat u de batterij plaatst of verwijdert. Open het deksel van het batterijvak. Ontgrendel (q) en open (w) het deksel van het batterijvak. Plaats de batterij. Plaats de batterij in de aangegeven richting (q) en gebruik de batterij om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden.
  • Pagina 45 Een objectief bevestigen Let goed op dat er geen stof in de camera komt wanneer u het objectief verwijdert. Het objectief dat in het algemeen in deze handleiding voor illustratieve doeleinden wordt gebruikt, is een AF-S DX NIKKOR 18-105mm f/3.5-5.6G ED VR. Bevestigingsmarkering Schaal brandpuntsafstand Markering brandpuntsafstand...
  • Pagina 46 (VR). Dat vermindert onscherpe beelden door een trillende camera, zelfs wanneer de camera wordt bewogen, waardoor sluitertijden circa 3 LW kunnen worden vertraagd bij een brandpuntsafstand van 55 mm (metingen van Nikon; de verschillen variëren naargelang de gebruiker en omstandigheden van de opname).
  • Pagina 47 Basisinstellingen Een taalselectievenster verschijnt wanneer u de camera voor het eerst inschakelt. Kies een taal en stel de datum en tijd in. U kunt geen foto’s nemen voordat u de datum en tijd hebt ingesteld. Zet de camera aan. Er verschijnt een taalselectievenster. Selecteer een taal.
  • Pagina 48 De klok instellen De instellingen voor taal en datum/tijd kunnen te allen tijde worden aangepast via de opties Taal (Language) (0 238) en Tijdzone en datum (0 237) in het setup-menu. De cameraklok kan ook met GPS-apparaten worden gesynchroniseerd (0 162). De klokbatterij De cameraklok wordt gevoed door een afzonderlijke voedingsbron die indien nodig wordt opgeladen als de hoofdbatterij is geplaatst of als de camera wordt gevoed door een optionele...
  • Pagina 49 Een geheugenkaart plaatsen De camera bewaart foto’s op Secure Digital (SD) geheugenkaarten (apart verkrijgbaar; 0 319). De camera heeft twee geheugenkaartsleuven (sleuf 1 en sleuf 2); indien u slechts één geheugenkaart gebruikt, plaats deze dan in sleuf 1 (0 30). Zet de camera uit.
  • Pagina 50 Geen geheugenkaart Als er geen geheugenkaart is geplaatst, tonen de weergaves in het bedieningspaneel en aan de onderkant van de zoeker S en een “geen geheugenkaart” pictogram wordt in het zoekerscherm weergegeven terwijl de batterij blijft opladen, zelfs wanneer de camera uit is. Geheugenkaarten verwijderen Controleer of het toegangslampje niet brandt, schakel de camera uit, open het deksel van de geheugenkaartsleuf, en druk op de kaart om ze uit te...
  • Pagina 51 Geheugenkaarten • Geheugenkaarten kunnen na gebruik zeer warm zijn. Ga daarom voorzichtig te werk wanneer u een geheugenkaart uit de camera verwijdert. • Verwijder de geheugenkaart of batterij niet uit de camera, zet de camera niet uit en koppel de lichtnetadapter niet los terwijl de geheugenkaart wordt geformatteerd of terwijl informatie wordt opgeslagen, verwijderd of naar een computer wordt gekopieerd.
  • Pagina 52 De geheugenkaart formatteren Geheugenkaarten moeten worden geformatteerd voor het eerste gebruik of nadat ze in andere apparaten zijn gebruikt of geformatteerd. Geheugenkaarten formatteren Als u een geheugenkaart formatteert, worden alle gegevens erop voorgoed gewist. Kopieer foto’s en andere gegevens die u wilt bewaren daarom naar een computer alvorens verder te gaan (0 179). Zet de camera aan.
  • Pagina 53 De beveiligingsschakelaar Geheugenkaarten zijn voorzien van een beveiligingsschakelaar die ongewenst overschrijven voorkomt. Wanneer deze schakelaar in de “vergrendelde” positie staat, kunt u geen foto’s opnemen of wissen en kunt u Beveiligingsschakelaar de geheugenkaart niet formatteren (er wordt een waarschuwing weergegeven als u de sluiter probeert te ontspannen).
  • Pagina 54 Zoekerbeeldscherpte aanpassen De camera is uitgerust met een dioptrieregelaar waarmee de camera aan het gezichtsvermogen van de gebruiker kan worden aangepast. Voordat u foto’s in de zoeker gaat kadreren, controleert u of de weergave van het zoekerbeeld scherp is. Verwijder de objectiefdop. Zet de camera aan.
  • Pagina 55 Basisstappen voor het maken en weergeven van foto’s “Richten-en-schieten”-fotografie (standen i en j) In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u foto’s kunt nemen in de stand i (Automatisch), een automatische “richten-en-schieten”-stand waarbij de camera de meeste instellingen bepaald op basis van de opnameomstandigheden, en waarbij de flitser automatisch flitst als het onderwerp donker is.
  • Pagina 56 Controleer het aantal resterende opnamen. Het bedieningspaneel en de zoeker tonen het aantal foto's dat kan worden gemaakt met de huidige instellingen (waarden boven 1.000 worden naar beneden afgerond naar het dichtstbijzijnde honderdtal, d.w.z. waarden tussen 1.200 en 1.299 worden aangeduid als 1,2 K). Als er twee geheugenkaarten zijn geplaatst, tonen de schermen de beschikbare ruimte op de kaart in sleuf 1 (0 30).
  • Pagina 57 Stap 3: Kadreer de foto Maak de camera gereed. Wanneer u foto’s in de zoeker kadreert, houdt u de handgreep in uw rechterhand en ondersteunt u de camerabody of het objectief met uw linkerhand. Houd ter ondersteuning uw ellebogen lichtjes tegen uw lichaam gedrukt en plaats één voet een halve pas naar voren om uw bovenlichaam stabiel te houden.
  • Pagina 58 Stap 4: Stel scherp Druk de ontspanknop half in. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. Het actieve scherpstelpunt wordt weergegeven. Als het onderwerp donker is, kan de flitser omhoog klappen en kan de AF-hulpverlichting gaan branden. Controleer de aanduidingen in de zoeker. Scherpstelpunt Wanneer de scherpstelbewerking is voltooid, verschijnt de scherpstelaanduiding (I) in de...
  • Pagina 59 De ontspanknop De camera heeft een tweetraps ontspanknop. De camera stelt scherp wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt. Als u de foto wilt maken, drukt u de ontspanknop helemaal in. Scherpstelling: druk de De foto maken: druk de ontspanknop half in ontspanknop volledig in Meter automatisch uit De zoeker en het bedieningspaneel voor de sluitertijd en weergaves voor diafragma schakelen uit...
  • Pagina 60 Creatieve fotografie (onderwerpstanden) De camera biedt verschillende onderwerpstanden. Wanneer u een onderwerpstand selecteert, worden de instellingen automatisch voor het geselecteerde onderwerp geoptimaliseerd. Hierdoor wordt creatieve fotografie zo eenvoudig als het kiezen van een stand, het kadreren van een foto en het nemen van een foto zoals wordt beschreven op de pagina’s 35–39.
  • Pagina 61 ❚❚ Onderwerpstanden Portret Kinderen Voor portretten met zachte, natuurlijke Om snapshotfoto’s van kinderen te nemen. huidtonen. Als het onderwerp zich ver van De details van de kleding en de de achtergrond bevindt of wanneer u een achtergrond worden levendig teleobjectief gebruikt, worden de weergegeven terwijl de huidtinten zacht achtergronddetails verzacht om de en natuurlijk blijven.
  • Pagina 62 Close-up Nachtlandschap Voor close-ups van bloemen, insecten en Om ruis en onnatuurlijke kleuren te andere kleine voorwerpen (u kunt een verminderen bij het fotograferen van macro-objectief gebruiken om van heel nachtlandschappen, inclusief straat- en dichtbij scherp te stellen). Gebruik van een neonverlichting.
  • Pagina 63 Strand/sneeuw Schemering Leg de helderheid vast van water, sneeuw Deze stand legt de kleuren vast bij weinig of zand, badend in zonlicht. De natuurlijk licht vlak voor zonsopgang of na ingebouwde flitser en AF-hulpverlichting zonsondergang. De ingebouwde flitser en worden uitgeschakeld. AF-hulpverlichting worden uitgeschakeld.
  • Pagina 64 Kaarslicht Herfstkleuren Voor foto’s bij kaarslicht. De ingebouwde Om de rijke rode en gele kleuren van flitser wordt uitgeschakeld. Het gebruik herfstbladeren vast te leggen. De van een statief wordt aanbevolen om ingebouwde flitser wordt uitgeschakeld. onscherpte bij slechte verlichting te Het gebruik van een statief wordt voorkomen.
  • Pagina 65 Silhouet Low-key Voor een silhouetonderwerp tegen een fel Voor donkere, stemmige beelden met in verlichte achtergrond. De ingebouwde het oog springende hoge lichten. De flitser wordt uitgeschakeld. Het gebruik ingebouwde flitser wordt uitgeschakeld. van een statief wordt aanbevolen om Het gebruik van een statief wordt onscherpte bij slechte verlichting te aanbevolen om onscherpte bij slechte voorkomen.
  • Pagina 66 Andere foto’s kunnen worden weergegeven door op 4 of 2 te drukken. Druk op 1 en 3 om extra informatie over de geselecteerde foto weer te geven (0 165). 1 / 12 N I KON D7000 F5 . 6 1 125 35mm AUTO...
  • Pagina 67 Ongewenste foto’s wissen Als u de foto wilt wissen die op de monitor wordt weergegeven, drukt u op de O knop. Houd er rekening mee dat eenmaal gewiste foto’s niet meer kunnen worden hersteld. Geef de foto weer. Geef de foto weer die u wilt wissen, zoals wordt beschreven op de vorige pagina.
  • Pagina 69 Livebeeld Foto’s kadreren op de monitor Voer de onderstaande stappen uit om foto’s te maken in de stand livebeeld. Draai aan de livebeeldschakelaar. De spiegel wordt opgeklapt en het beeld dat zichtbaar is door het objectief, wordt weergegeven op de cameramonitor. Het onderwerp is niet langer zichtbaar in de zoeker.
  • Pagina 70 Selecteer een scherpstelstand. Selectieknop voor scherpstelstand Draai de selectieknop voor de scherpstelstand naar AF om een autofocusstand te kiezen en druk vervolgens op de AF-standknop en draai aan de hoofdinstelschijf totdat de gewenste stand in de monitor wordt weergegeven. Stand Beschrijving Hoofdinstelschijf Enkelvoudige servo-AF: Voor niet bewegende...
  • Pagina 71 Kies het scherpstelpunt. !(Gezichtsprioriteit-AF): Een dubbele gele rand wordt weergegeven wanneer de camera een Scherpstelpunt portretonderwerp voor de camera detecteert (wanneer de camera meerdere gezichten – maximaal 35 - detecteert, stelt de camera scherp op het onderwerp dat het dichtst bij is. Druk op de multi-selector omhoog, omlaag, links of rechts om een ander onderwerp te selecteren).
  • Pagina 72 Scherpstelling. Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. !(gezichtsprioriteit-AF): Terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt, stelt de camera scherp op het gezicht in de dubbele gele rand. Als de camera het onderwerp niet meer kan detecteren (bijvoorbeeld omdat het onderwerp wegkijkt), worden er geen randen meer weergegeven.
  • Pagina 73 Sluit de stand voor livebeeld af. Draai aan de livebeeldschakelaar om de stand voor livebeeld af te sluiten. Livebeeldschakelaar Weergaveopties livebeeld/filmopname Druk op de R knop om door de weergaveopties te bladeren zoals hieronder wordt weergegeven. Fotoaanduidingen tonen Filmaanduidingen tonen Alle aanduidingen verbergen Virtuele horizon Rasterweergave...
  • Pagina 74 HDMI Als de camera is aangesloten op een HDMI-videoapparaat, wordt de cameramonitor uitgeschakeld en wordt het beeld dat door het objectief te zien is op het videoapparaat weergegeven (zie rechts). Als het apparaat HDMI-CEC ondersteunt, selecteert u Uit voor de optie HDMI >...
  • Pagina 75 Handmatige scherpstelling Om scherp te stellen in de stand voor handmatige scherpstelling (0 99), draait u aan de scherpstelring van het objectief tot het onderwerp scherp is. × Als u het beeld op de monitor tot 7,7 wilt vergroten om de scherpstelling te controleren, drukt u op de knop X.
  • Pagina 77 Films opnemen en afspelen Films opnemen Films kunnen in de stand voor livebeeld worden opgenomen. Indien gewenst, kies een Picture Control (0 131) en kleurruimte (0 141) voordat u opneemt. Draai aan de livebeeldschakelaar. De spiegel wordt opgeklapt en het beeld dat zichtbaar is door het objectief, wordt weergegeven op de monitor in plaats van de zoeker.
  • Pagina 78 Scherpstelling. Kadreer het begin van de opname en stel scherp zoals beschreven in de stappen 4 en 5 van “Livebeeld” (0 51–52). Merk op dat het aantal te detecteren onderwerpen in gezichtsprioriteit-AF afneemt tijdens een filmopname. Start de opname. Druk op de filmopnameknop om de opname te beginnen (de camera kan zowel video als geluid opnemen;...
  • Pagina 79 Films opnemen Knipperen, banden of vertekeningen kunnen in de monitor en in het eindresultaat onder fluorescerende lampen of lampen met kwikdamp of natrium zichtbaar zijn, of wanneer de camera horizontaal wordt bewogen of een voorwerp met hoge snelheid door het beeld beweegt (door de optie Flikkerreductie overeenkomstig de lokale netvoeding te kiezen kan het knipperen en de aanwezigheid van banden verminderd worden;...
  • Pagina 80 ❚❚ Filminstellingen Gebruik de optie Filminstellingen in het opnamemenu om filmkwaliteit, geluid, bestemming en opties voor handmatige filminstellingen te selecteren. • Filmkwaliteit: Kies uit beeldformaten q 1920 × 1080, a 1280 × 720 en b 640 × 424 en uit ★ hoge en normale kwaliteit. De beeldsnelheid is afhankelijk van de optie die momenteel is geselecteerd voor Videostand in het setup-menu (0 237): NTSC Beeldformaat...
  • Pagina 81 Selecteer Filminstellingen. G knop Druk op de G knop om de menu’s weer te geven. Markeer Filminstellingen in het opnamemenu en druk op 2. Kies filmopties. Markeer het gewenste item en druk op 2 en markeer vervolgens een optie en druk op J.
  • Pagina 82 Films bekijken In schermvullende weergave (0 163) worden films aangeduid met een 1. Druk op J om weergave te starten. 1 pictogram Lengte Huidige positie/totale lengte Volume Gids U kunt de volgende bewerkingen uitvoeren: Functie Knop Beschrijving Pauze Afspelen pauzeren. Het afspelen hervatten wanneer de film wordt gepauzeerd of Afspelen tijdens achteruit/vooruit.
  • Pagina 83 Films bewerken Snijd filmopnamen bij om bewerkte filmkopieën te maken of sla de geselecteerde beelden als JPEG-foto’s op. Optie Beschrijving Kies beginpunt Maak een kopie waarvan de filmopnamen aan het begin zijn verwijderd. Kies eindpunt Maak een kopie waarvan de filmopnamen aan het einde zijn verwijderd. Bewaar geselecteerd Een geselecteerd beeld als een JPEG-foto opslaan.
  • Pagina 84 Geef het retoucheermenu weer. Druk op L om het retoucheermenu weer te geven. L knop Kies een optie. Markeer Kies beginpunt in het menu film bewerken om een kopie te maken van beeldmateriaal dat het huidige beeld en alle volgende beelden bevat en druk op J. Selecteer Kies eindpunt om een kopie te maken van het huidige beeld en alle daaropvolgende beelden.
  • Pagina 85 Films bijsnijden Films moeten ten minste twee seconden lang zijn. Als er in de huidige weergavepositie geen kopie kan worden gemaakt, wordt de huidige positie in rood in stap 5 weergegeven en wordt er geen kopie gemaakt. De kopie wordt niet opgeslagen als er niet voldoende ruimte beschikbaar is op de geheugenkaart.
  • Pagina 86 Geselecteerde beelden opslaan Om een geselecteerd beeld als een JPEG-foto op te slaan: Bekijk de film en kies een beeld. Speel de film af zoals beschreven op pagina 62. Pauzeer de film bij het beeld dat u wenst te kopiëren. Geef het retoucheermenu weer.
  • Pagina 87 Standen P, S, A en M De standen P, S, A en M beschikken over verschillende controleniveaus voor sluitertijd en diafragma: Stand Beschrijving Automatisch programma (0 68): De camera stelt de sluitertijd en het diafragma in voor een optimale belichting. Aanbevolen voor snapshotfoto’s en situaties waarin er weinig tijd is voor het aanpassen van de camera- instellingen.
  • Pagina 88 Stand P (Automatisch programma) In deze stand past de camera de sluitertijd en het diafragma automatisch aan voor een optimale belichting in de meeste situaties. Deze stand wordt aanbevolen voor snapshotfoto’s en andere situaties waarin u de sluitertijd en het diafragma door de camera wilt laten bepalen.
  • Pagina 89 Stand S (Sluitertijdvoorkeuze) In de stand sluitertijdvoorkeuze kunt u zelf een sluitertijd kiezen, waarna de camera automatisch het diafragma kiest dat de optimale belichting oplevert. Een lange sluitertijd suggereert beweging door bewegende voorwerpen onscherp weer te geven. Een korte sluitertijd legt de beweging scherp vast. Korte sluitertijd ( sec.) Lange sluitertijd (...
  • Pagina 90 Stand A (Diafragmavoorkeuze) In de stand automatische diafragmavoorkeuze kunt u zelf het diafragma kiezen, waarna de camera automatisch de sluitertijd kiest die de optimale belichting oplevert. Een groot diafragma (lage f-waarden) vermindert de scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp onscherp zijn. Een klein diafragma (hoge f-waarden) verhoogt de scherptediepte, zodat voorwerpen achter en voor het hoofdonderwerp scherp zijn.
  • Pagina 91 Stand M (Handmatig) In de stand M stelt u zowel de sluitertijd als het diafragma in. Foto’s maken in de stand M: Draai de standknop naar M. Standknop Selecteer het diafragma en de sluitertijd. Draai aan de hoofdinstelschijf en kies een sluitertijd terwijl de belichtingsmeters ingeschakeld zijn en draai aan de secundaire instelschijf om het diafragma in te stellen.
  • Pagina 92 Scherptedieptevoorbeeld Houd de voorbeeldknop scherptediepte ingedrukt om de effecten van diafragma vooraf te bekijken. Het objectief stopt bij de diafragmawaarde die is geselecteerd door de camera (standen P en S) of bij de waarde die is gekozen door de gebruiker (standen A en M), zodat u de scherptediepte vooraf in de zoeker kunt bekijken.
  • Pagina 93 ❚❚ Lange tijdopnamen (alleen stand M) Selecteer de volgende sluitertijden voor lange 35 sec. tijdopnamen van bewegende lichten, de sterren, belichting bij nachtlandschappen of vuurwerk. diafragma f/25 • Bulb (A): De sluiter blijft open zolang de ontspanknop wordt ingedrukt. Het gebruik van een statief en een optionele MC-DC2 afstandsbedieningskabel wordt aanbevolen om onscherpte te voorkomen (0 281).
  • Pagina 94 Open de sluiter. Bulb: Druk na het scherpstellen de ontspanknop op de camera of optionele MC-DC2 afstandsbedieningkabel volledig in. Houd de ontspanknop ingedrukt tot de belichting compleet is. Tijd: Druk de ML-L3 ontspanknop volledig in om de opname te starten. Sluit de sluiter.
  • Pagina 95 Gebruikersinstellingen: Standen U1 en U2 Regelmatig gebruikte instellingen aan de U1 en U2 posities op de standknop toewijzen. Gebruikersinstellingen opslaan Selecteer een stand. Standknop Draai de standknop naar de gewenste stand. Pas de instellingen aan. Stel de gewenste aanpassingen in voor flexibel programma (stand P), sluitertijd (standen S en M), diafragma (standen A en M), belichting en flitscorrectie, scherpstelpunt, lichtmeting, AF en AF-veldstanden (alleen zoekerfotografie), bracketing en instellingen in de menu’s opname (0 202) en persoonlijke...
  • Pagina 96 Gebruikersinstellingen opslaan. Markeer Instellingen opslaan en druk op J om de instellingen die zijn geselecteerd in stap 1 en 2 toe te wijzen aan de standknoppositie die is geselecteerd in stap 4. Gebruikersinstellingen oproepen Draai de standknop naar U1 om de instellingen die Standknop zijn toegewezen aan U1 op te roepen of naar U2 om de instellingen die zijn toegewezen aan U2 op te...
  • Pagina 97 Ontspanstand Een ontspanstand kiezen Druk op de ontgrendelingsknop van de keuzeknop ontspanstand om een ontspanstand te kiezen en draai de keuzeknop ontspanstand naar de gewenste instelling. Keuzeknop ontspanstand Stand Beschrijving Enkel beeld: De camera maakt één foto telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. Continu lage snelheid: Zolang u de ontspanknop ingedrukt houdt, maakt de camera foto’s met een snelheid van ongeveer 1-5 beelden per seconde.
  • Pagina 98 Continustand (C Om foto’s in de standen C (continu hoge snelheid) en C (continu lage snelheid) te maken: Selecteer de stand C of C Druk op de ontgrendelingsknop van de keuzeknop ontspanstand en draai de keuzeknop ontspanstand naar C of C Keuzeknop ontspanstand Kadreer, stel scherp en maak de foto.
  • Pagina 99 Het buffergeheugen De camera is voorzien van een buffergeheugen voor tijdelijke opslag, zodat u kunt blijven fotograferen terwijl de foto’s op de geheugenkaart worden opgeslagen. Er kunnen maximaal 100 foto’s na elkaar worden gemaakt. Merk op dat de beeldsnelheid echter afneemt wanneer de buffer vol is.
  • Pagina 100 Zelfontspannerstand en afstandsbedieningstand De zelfontspanner en optionele ML-L3 afstandsbediening (0 281) kunnen worden gebruikt om cameratrilling te verminderen of om zelfportretten te maken. Plaats de camera op een statief. Plaats de camera op een statief of op een stabiele, vlakke ondergrond. Selecteer een ontspanstand.
  • Pagina 101 Kadreer de foto. Dek de zoeker af Bij het maken van foto’s zonder uw oog DK-21 rubberen tegen de zoeker te plaatsen, dient u de oogschelp DK-5 oculairdop DK-21 rubberen oogschelp (q) te verwijderen en plaats het meegeleverde DK-5 oculairkapje, zoals weergegeven (w). Zo voorkomt u dat licht dat via de zoeker binnenvalt van invloed is op de opname.
  • Pagina 102 Voordat u de afstandsbediening gebruikt Verwijder voordat u de afstandsbediening voor het eerst gebruikt de plastic isolatiestrook van de batterij. Gebruik van de ingebouwde flitser Alvorens een foto te maken met de flitser in de standen P, S, A, M of 0, drukt u de M knop in om de flitser omhoog te brengen en wacht u totdat de M aanduiding in de zoeker wordt weergegeven (0 143).
  • Pagina 103 Stand spiegel omhoog Gebruik deze stand om onscherpte te minimaliseren veroorzaakt door camerabewegingen wanneer de spiegel wordt opgeklapt. Gebruik van een statief wordt aanbevolen. Selecteer de stand spiegel omhoog. Druk op de ontgrendelingsknop van de keuzeknop ontspanstand en draai de keuzeknop ontspanstand naar M Keuzeknop ontspanstand Klap de spiegel omhoog.
  • Pagina 105 Opties voor beeldopname Beeldkwaliteit en -formaat De beeldkwaliteit en het beeldformaat bepalen hoeveel ruimte op de geheugenkaart elke foto inneemt. Grotere foto’s met een hogere kwaliteit kunnen op een groter formaat worden afgedrukt, maar nemen ook meer geheugenruimte in, zodat u dus ook minder van dergelijke beelden op de geheugenkaart kunt opslaan (0 320).
  • Pagina 106 Druk op de QUAL knop om de beeldkwaliteit in te stellen en draai aan de hoofdinstelschijf totdat de gewenste instelling in het bedieningspaneel wordt weergegeven. Het opnamemenu QUAL knop Hoofdinstelschijf Beeldkwaliteit kan tevens worden aangepast met behulp van de optie Beeldkwaliteit in het opnamemenu 0 202).
  • Pagina 107 De volgende opties zijn toegankelijk vanuit het opnamemenu. Druk op de G knop om de menu’s weer te geven, markeer de gewenste optie en druk op 2. ❚❚JPEG-compressie Kies het compressietype voor JPEG-beelden. Optie Beschrijving Beelden worden gecomprimeerd om relatief gelijke bestandsgroottes te O Vaste grootte produceren.
  • Pagina 108 Beeldformaat Het beeldformaat wordt gemeten in pixels. Kies uit de volgende opties: Beeldformaat Formaat (pixels) Afdrukformaat (cm) 4.928 × 3.264 41,7 × 27,6 # Groot $ Middel 3.696× 2.448 31,3 × 20,7 % Klein 2.464 × 1.632 20,9 × 13,8 * Globaal formaat bij een afdruk van 300 dpi.
  • Pagina 109 Twee geheugenkaarten gebruiken Wanneer er twee geheugenkaarten in de camera zijn geplaatst, kunt u het item Functie van kaart in sleuf 2 in het opnamemenu gebruiken om de functie van de kaart in sleuf 2 te kiezen. Kies uit Overloop (de kaart in sleuf 2 wordt alleen gebruikt wanneer de kaart in sleuf 1 vol is), Back-up (elke foto wordt tweemaal opgenomen, eenmaal naar de kaart in sleuf 1 en nogmaals naar de kaart in sleuf 2) en RAW–sleuf 1—JPEG-sleuf 2 (zoals voor Back-up, behalve dat de NEF/RAW kopieën van foto’s die zijn opgenomen met...
  • Pagina 111 Scherpstelling Deze sectie beschrijft de beschikbare scherpstelopties voor foto’s die in de zoeker worden gekadreerd. Scherpstelling kan automatisch (zie hieronder) of handmatig worden aangepast (0 99). De gebruiker kan ook het scherpstelpunt voor automatisch of handmatig scherpstellen (0 96) selecteren of scherpstellen met behulp van de scherpstelvergrendeling om de compositie van een foto na het scherpstellen te wijzigen (0 97).
  • Pagina 112 Druk op de AF-standknop om een autofocusstand te kiezen en draai aan de hoofdinstelschijf totdat de gewenste instelling in de zoeker of het bedieningspaneel wordt weergegeven. AF-standknop Hoofdinstelschijf Bedieningspaneel Zoeker...
  • Pagina 113 Anticiperende scherpstelling In de stand AF-C of wanneer continu servo-autofocus is geselecteerd in de stand AF-A, stelt de camera anticiperende scherpstelling in werking als het onderwerp in de richting of uit de richting van de camera beweegt terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. Hierdoor kan de camera de scherpstelling opsporen terwijl deze probeert in te schatten waar het onderwerp zich zal bevinden wanneer de sluiter wordt ontspannen.
  • Pagina 114 AF-veldstand Hier kunt u selecteren hoe het scherpstelpunt voor autofocus wordt geselecteerd. • Enkelpunts-AF: Selecteer het scherpstelpunt zoals beschreven op pagina 96. De camera stelt alleen scherp op het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt. Gebruik voor niet bewegende onderwerpen. • Dynamisch veld-AF: Selecteer het scherpstelpunt zoals beschreven op pagina 96. In de scherpstelstanden AF-A en AF-C stelt de camera scherp op basis van informatie uit de omringende scherpstelpunten als het onderwerp het geselecteerde scherpstelpunt kortstondig verlaat.
  • Pagina 115 • Automatisch veld-AF: De camera detecteert automatisch het onderwerp en selecteert het scherpstelpunt. Als er een G- of D- type objectief wordt gebruikt, kan de camera menselijke onderwerpen van de achtergrond onderscheiden om onderwerpen beter te kunnen detecteren. De actieve scherpstelpunten worden kort gemarkeerd nadat de camera scherpstelt.
  • Pagina 116 Selectie van scherpstelpunt De camera laat u kiezen uit 39 scherpstelpunten die u kunt gebruiken bij het bepalen van de compositie van de foto terwijl het hoofdonderwerp zich op een willekeurige plaats in het beeld bevindt. Draai de vergrendeling van de scherpstelselectieknop naar ●.
  • Pagina 117 Scherpstelvergrendeling U kunt de scherpstelvergrendeling gebruiken om de in beeld gebrachte onderwerpen te wijzigen nadat u hebt scherpgesteld. Op deze manier kunt u scherpstellen op een onderwerp dat zich in de uiteindelijke compositie niet in een scherpstelpunt bevindt. Als de camera niet kan scherpstellen met autofocus (0 93) kunt u ook scherpstellen op een ander onderwerp op dezelfde afstand om vervolgens scherpstelvergrendeling te gebruiken om de compositie van de foto aan te passen.
  • Pagina 118 Pas de compositie aan en maak de foto. De scherpstelling blijft tussen de opnamen vergrendeld wanneer u de ontspanknop half ingedrukt houdt (AF-S) of de knop AE-L/AF-L ingedrukt houdt. Zodoende kunt u verschillende foto's na elkaar maken met dezelfde scherpstelinstelling. Verander de afstand tussen de camera en het onderwerp niet wanneer de scherpstelling is vergrendeld.
  • Pagina 119 Handmatige scherpstelling Handmatige scherpstelling is beschikbaar voor objectieven die geen autofocus (niet-AF NIKKOR objectieven) ondersteunen of wanneer de autofocus niet het gewenste resultaat produceert (0 93). • AF-S objectieven: Stel de schakelaar voor scherpstelstand van het objectief in op M. AF-S-objectieven Gebruikers van AF-S-objectieven (inclusief de AF-S DX NIKKOR 18-105 mm f/3.5-5.6G ED VR objectief die voor illustratieve doeleinden in deze handleiding wordt gebruikt;...
  • Pagina 120 ❚❚ De elektronische afstandsmeter Als het objectief een maximaal diafragma van f/5.6 of groter (lagere f/-waarde) heeft, kunt u de scherpstelaanduiding in het zoekerbeeld gebruiken om te controleren of het onderwerp in het geselecteerde scherpstelpunt scherp is. (Het scherpstelpunt kan worden geselecteerd uit de 39 beschikbare punten).
  • Pagina 121 ISO-gevoeligheid “ISO-gevoeligheid” is het digitale equivalent van filmgevoeligheid. Kies uit instellingen die variëren van een waarde die ongeveer equivalent is aan ISO 100 tot één die ongeveer equivalent is aan ISO 6400 in stappen equivalent aan LW. Voor speciale situaties kan de ISO-gevoeligheid worden verhoogd tot boven ISO 6400 met ongeveer 0,3 LW (Hi 0,3, equivalent aan ISO 8000) tot ongeveer 2 LW (Hi 2, equivalent aan ISO 25600).
  • Pagina 122 Automatisch Als de standknop naar P, S, A of M wordt gezet nadat de ISO-gevoeligheid in een andere stand op Automatisch is gezet, dan wordt de ISO-gevoeligheid die het laatst is geselecteerd in de stand P, S, A of M, gewoon weer hersteld. Hi 0,3–Hi 2 Bij foto’s die met deze instellingen zijn gemaakt, is de kans op ruis (willekeurig verspreide heldere pixels, waas of lijnen) groter.
  • Pagina 123 Instelling automatische ISO-gevoeligheid (Alleen de standen P, S, A en M) Als Aan voor ISO-gevoeligheid instellen > Autom inst ISO-gevoeligheid in het opnamemenu is geselecteerd, wordt de ISO-gevoeligheid automatisch aangepast als geen optimale belichting tot stand kan worden gebracht met de waarde die de gebruiker heeft geselecteerd (de ISO-gevoeligheid wordt aangepast wanneer de flitser wordt gebruikt).
  • Pagina 124 Druk op J om af te sluiten wanneer de instellingen voltooid zijn. Wanneer Aan is geselecteerd, verschijnt de weergave rechts in de zoeker en het bedieningspaneel. Als de gevoeligheid is gewijzigd ten opzichte van de waarde die is geselecteerd door de gebruiker, knipperen deze aanduidingen en de gewijzigde waarde wordt in het informatiescherm getoond.
  • Pagina 125 Belichtingsbracketing Lichtmeting (Alleen de standen P, S, A en M) Kies hoe de camera de belichting instelt in de standen P, S, A en M (in andere standen selecteert de camera automatisch de meetmethode). Optie Beschrijving Matrix: Produceert natuurlijke resultaten in de meeste situaties. De camera meet een breed gebied van het beeld en stelt de belichting volgens de verdeling van toonwaarden, kleur en compositie in met G- of D-type objectieven (0 269) en afstandsinformatie (3D- kleurenmatrixmeting II;...
  • Pagina 126 Vergrendeling automatische belichting Gebruik vergrendeling automatische belichting als u de compositie van een foto wilt wijzigen nadat u de belichting hebt gemeten. Stel lichtmeting op Z of b (0 105). Kies Z om het meeste gewicht aan een gebied in het midden toe te wijzen, of b om de belichting voor een cirkel van 3,5 mm in te stellen die is gecentreerd op het actieve scherpstelpunt.
  • Pagina 127 Belichtingscorrectie (Alleen de standen P, S, A en M) Via belichtingscorrectie kan de door de camera geselecteerde belichtingswaarde gewijzigd worden om foto’s lichter of donkerder te maken. Deze functie werkt het beste in combinatie met centrumgerichte meting of spotmeting (0 105). Kies uit waarden tussen –5 LW (onderbelichting) en +5 LW (overbelichting) in stappen van LW.
  • Pagina 128 Stand M In de stand M heeft de belichtingscorrectie enkel gevolgen voor de belichtingsaanduiding; sluitertijd en diafragma veranderen niet. Het gebruik van een flitser Bij het gebruik van een flitser heeft belichtingscorrectie zowel invloed op de achtergrondbelichting als de flitssterkte. Zie ook Zie persoonlijke instelling b2 (Stapgrootte inst.
  • Pagina 129 Bracketing (Alleen de standen P, S, A en M) Bracketing varieert automatisch de belichting, flitssterkte, Actieve D-Lighting (ADL) of witbalans enigszins bij elke opname door de huidige waarde stapsgewijs te veranderen. (Maak deze keuze in situaties waarbij het moeilijk is de belichting, flitssterkte of witbalans of actieve D-Lighting in te stellen en er geen tijd is de resultaten van iedere foto te controleren of de instellingen van iedere foto aan te passen of te experimenteren met verschillende instellingen voor hetzelfde onderwerp.
  • Pagina 130 Selecteer de stapgrootte voor bracketing. Druk op de D knop en draai aan de secundaire instelschijf om uit waarden tussen 0,3 LW en 2 LW te kiezen. Stapgrootte bracketing D knop Secundaire Bedieningspaneel instelschijf Zie ook Zie persoonlijke instelling b2 (Stapgrootte inst. belichting, 0 211) voor informatie over het kiezen van de stapgrootte.
  • Pagina 131 Belichting en flitsbracketing In de ontspanstanden continu lage snelheid en continu hoge snelheid (0 78), pauzeert de opname nadat het aantal opnames zoals gespecificeerd in het bracketingprogramma zijn gemaakt. De volgende keer dat u de ontspanknop indrukt wordt de opname hervat. In de zelfontspannerstand maakt de camera het aantal foto’s dat is geselecteerd in stap 2 op pagina 109, telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt, ongeacht de optie geselecteerd voor persoonlijke instelling c3 (Zelfontspanner) >...
  • Pagina 132 ❚❚ Witbalansbracketing De camera maakt meerdere kopieën van elke foto, elk met een andere witbalans. Zie pagina 117 voor informatie over witbalans. Selecteer witbalansbracketing. Kies Witbalansbracketing voor persoonlijke instelling e5 Inst. voor autom. bracketing. Selecteer het aantal opnamen. Druk op de D knop en draai aan de hoofdinstelschijf om het aantal opnamen in de bracketingvolgorde te kiezen en de volgorde waarin ze zullen worden gemaakt.
  • Pagina 133 Kadreer, stel scherp en maak de foto. Elke opname wordt verwerkt om het aantal kopieën te maken zoals gespecificeerd in het bracketingprogramma en elke kopie heeft een andere witbalans. Modificaties aan de witbalans worden toegevoegd aan de aanpassingen van de witbalans die zijn gemaakt met de fijnafstelling witbalans.
  • Pagina 134 ❚❚ ADL-bracketing De camera verandert actieve D-Lighting over een serie belichtingen. Zie pagina 139 voor meer informatie over actieve D-Lighting. Selecteer ADL-bracketing. Kies ADL-bracketing voor persoonlijke instelling e5 Inst. voor autom. bracketing. Kies het aantal opnamen. Houd de D knop ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf om het aantal opnamen in de bracketingreeks te kiezen.
  • Pagina 135 Kadreer, stel scherp en maak de foto. De camera verandert actieve D-Lighting beeld voor beeld, overeenkomstig het geselecteerde bracketingprogramma. Terwijl bracketing van kracht is, wordt een voortgangsaanduiding bracketing in het bedieningspaneel weergegeven. Na elke opname verdwijnt een segment van de aanduiding: het y segment wanneer de eerste opname wordt gemaakt, het 0 segment wanneer de tweede opname wordt gemaakt en het 1 segment wanneer de derde opname (indien van toepassing) wordt gemaakt.
  • Pagina 137 Witbalans (Alleen standen P, S, A en M) Witbalans zorgt ervoor dat de kleuren niet worden beïnvloedt door de kleur van de lichtbron. Automatische witbalans wordt aanbevolen voor de meeste lichtbronnen. In de standen P, S, A en M kunnen, indien noodzakelijk, andere waarden worden geselecteerd, overeenkomstig het type bron: Optie Kleurtemperatuur...
  • Pagina 138 Het opnamemenu Witbalans kan tevens met behulp van de optie Witbalans in het opnamemenu (0 202) worden aangepast, welke ook voor het fijnafstellen van de witbalans (0 119) of het meten van een vooraf ingestelde waarde voor de witbalans (0 123) kan worden gebruikt. De optie Automatisch in het menu Witbalans biedt u de keuze uit Normaal en Kleuren warm licht behouden, welke de warme kleuren behoudt die worden geproduceerd door gloeilampverlichting, terwijl...
  • Pagina 139 Fijnafstelling witbalans De instelling van de witbalans kan verder worden verfijnd om variaties in de kleur van de lichtbron te corrigeren of om een foto opzettelijk een kleurzweem te geven. Witbalans wordt verder verfijnd met behulp van de optie Witbalans in het opnamemenu of druk op de Witbalans knop en draai aan de secundaire instelschijf.
  • Pagina 140 Druk op J. Druk op J om de instellingen op te slaan en keer terug naar het opnamemenu. Er wordt een sterretje (“*”) weergegeven in het bedieningspaneel wanneer fijnafstelling van kracht is. ❚❚ De witbalansknop Bij instellingen anders dan K (Kies kleurtemperatuur) en L (Handmatige voorinstelling), kan de WB knop worden gebruikt voor het fijnafstellen van de witbalans op de amber...
  • Pagina 141 Fijnafstelling witbalans De kleuren op de assen voor fijnafstelling zijn relatief, niet absoluut. Als u de cursor bijvoorbeeld in de richting van B (blauw) verplaatst wanneer een “warme” instelling als J (Gloeilamplicht) is geselecteerd voor witbalans, worden foto’s iets “kouder” maar niet blauw. Fijnafstelling kleurtemperatuur Wanneer Kies kleurtemperatuur Is geselecteerd, kunt u de kleurtemperatuur bekijken tijdens het fijnafstellen van de...
  • Pagina 142 Een kleurtemperatuur kiezen Wanneer K (Kies kleurtemperatuur) is geselecteerd voor witbalans drukt u op de WB knop om de kleurtemperatuur te selecteren en draait u vervolgens aan de secundaire instelschijf. De kleurtemperatuur wordt in het bedieningspaneel weergegeven. WB knop Secundaire instelschijf Bedieningspaneel Kies kleurtemperatuur Merk op dat de gewenste resultaten niet worden verkregen met flitser of tl-verlichting.
  • Pagina 143 Handmatige voorinstelling U kunt handmatige voorinstelling gebruiken om aangepaste witbalansinstellingen op te slaan en te gebruiken voor opnamen bij verschillende soorten licht of om lichtbronnen met een duidelijke kleurzweem te corrigeren. Er zijn twee methoden voor het instellen van de vooringestelde witbalans: Methode Beschrijving Een neutraal grijs of wit voorwerp wordt in het licht geplaatst dat voor de...
  • Pagina 144 ❚❚ Een waarde meten voor vooringestelde witbalans Belicht een referentievoorwerp. Plaats een neutraal wit of grijs voorwerp in het licht dat voor de uiteindelijke foto wordt gebruikt. In studio-instellingen kan een standaard grijskaart als referentievoorwerp worden gebruikt. Merk op dat bij het meten van witbalans de belichting automatisch wordt verhoogd met 1 LW.
  • Pagina 145 Controleer de resultaten. Als de camera een waarde voor witbalans kon meten, knippert C ongeveer zes seconden in het bedieningspaneel, terwijl de zoeker een knipperende a toont. Bedieningspaneel Zoeker Als het te donker of te licht is, kan de camera de witbalans mogelijk niet meten.
  • Pagina 146 ❚❚ Witbalans van d-0 naar voorinstellingen d-1 – d-4 kopiëren Volg de onderstaande stappen om een gemeten waarde voor witbalans van d-0 naar andere voorinstellingen (d-1 – d-4) te kopiëren. Selecteer L (Handmatige G knop voorinstelling). Druk op de G knop en selecteer Witbalans in het opnamemenu.
  • Pagina 147 Kies Selecteer foto. Markeer Selecteer foto en druk op 2. Markeer een bronfoto. Markeer de bronfoto. Houd de knop X ingedrukt om de X knop gemarkeerde foto schermvullend weer te geven. Houd D ingedrukt en druk op 1om de foto’s op andere locaties te bekijken.
  • Pagina 148 ❚❚ Een voorinstelling witbalans selecteren Om witbalans voor een vooringestelde waarde in te stellen: Selecteer L (Handmatige voorinstelling). Markeer Handmatige voorinstelling in het witbalansmenu en druk op 2. Selecteer een voorinstelling. W knop Markeer de gewenste voorinstelling en druk op W. Druk op J om de gemarkeerde instelling te selecteren en het menu fijnafstelling (0 119) weer te geven zonder de volgende stap te voltooien.
  • Pagina 149 ❚❚ Commentaar toevoegen Volg de onderstaande stappen om een commentaar van maximaal 36 tekens in te voeren voor een voorinstelling witbalans. Selecteer L (Handmatige voorinstelling). Markeer Handmatige voorinstelling in het witbalansmenu en druk op 2. Selecteer een voorinstelling. W knop Markeer de gewenste voorinstelling en druk op W.
  • Pagina 151 Beeldverbetering Picture Controls (Alleen standen P, S, A en M) Dankzij het unieke Picture Control systeem van Nikon kunt u beeldbewerkinginstellingen inclusief verscherping, contrast, helderheid, verzadiging en tint delen met compatibele apparaten en software. Een Picture Control selecteren De camera beschikt over verschillende vooringestelde Picture Controls. In de standen P, S, A en M kunt u een Picture Control kiezen die past bij het onderwerp of het soort opname (in andere standen selecteert de camera automatisch een Picture Control).
  • Pagina 152 (0 138). Optionele Picture Controls Additionele optionele Picture Controls zijn mogelijk als download beschikbaar op Nikon websites. De Picture Control aanduiding Wanneer de R knop wordt ingedrukt, wordt de huidige Picture Control in het informatiescherm weergegeven.
  • Pagina 153 Picture Controls aanpassen Bestaande vooringestelde of eigen Picture Controls (0 136) kunnen worden aangepast aan het onderwerp of aan de creatieve wensen van de gebruiker. Kies een evenwichtige combinatie van instellingen via de optie Snel aanpassen of pas de individuele instellingen handmatig aan.
  • Pagina 154 ❚❚ Instellingen voor Picture Controls Optie Beschrijving Kies een optie tussen –2 en +2 om het effect van de geselecteerde Picture Control te verminderen of te versterken (hierdoor worden alle handmatige Snel aanpassen aanpassingen ongedaan gemaakt). Het kiezen van bijvoorbeeld positieve waarden voor Levendig maakt foto’s levendiger.
  • Pagina 155 Het Picture Control-raster Als u in stap 2 (0 133) op de W knop drukt, wordt een Picture Control- raster weergegeven waarin het contrast en de verzadiging voor de geselecteerde Picture Control worden weergegeven in vergelijking met de andere Picture Controls. (Contrast wordt alleen weergegeven wanneer Monochroom is geselecteerd).
  • Pagina 156 Eigen Picture Controls maken De met de camera meegeleverde Picture Controls kunnen worden aangepast en als eigen Picture Controls worden opgeslagen. Selecteer Picture Control beheren. G knop Druk op de G knop om de menu’s weer te geven. Markeer Picture Control beheren in het opnamemenu en druk op 2.
  • Pagina 157 Geef een naam op voor de Picture Control. Toetsenbordveld Het tekstinvoervenster, zoals rechts afgebeeld, wordt weergegeven. Standaard Naamveld wordt voor nieuwe Picture Controls een tweecijferig nummer toegevoegd (automatisch toegewezen) aan de naam van de bestaande Picture Control. U verplaatst de cursor in het naamveld door de knop W ingedrukt te houden en op 4 of 2 te drukken.
  • Pagina 158 Eigen Picture Controls delen Eigen Picture Controls gemaakt met de Picture Control Utility van ViewNX 2 of optionele software zoals Capture NX 2 kunnen naar een geheugenkaart worden gekopieerd en in de camera worden geladen. Omgekeerd kunnen de eigen Picture Controls gemaakt met de camera naar de geheugenkaart worden gekopieerd om in compatibele camera’s en software te gebruiken en kunnen deze worden verwijderd wanneer ze niet langer nodig zijn.
  • Pagina 159 Actieve D-Lighting (Alleen standen P, S, A en M) Met actieve D-Lighting blijven details in hoge lichten en schaduwen behouden voor foto’s met een natuurlijk contrast. Gebruik deze functie voor onderwerpen met een hoog contrast. Bijvoorbeeld wanneer u vanuit een deur of raam een fel verlicht buitentafereel fotografeert, of wanneer u op een zonnige dag foto’s maakt van onderwerpen in de schaduw.
  • Pagina 160 Actieve D-Lighting Er kan ruis (willekeurig verspreide heldere pixels, waas of lijnen) op foto’s verschijnen die met Actieve D-Lighting zijn gemaakt. Er kunnen onregelmatige schaduwen in combinatie met bepaalde onderwerpen zichtbaar zijn. Actieve D-Lighting kan niet worden gebruikt bij ISO- gevoeligheden van Hi 0,3 of hoger.
  • Pagina 161 Kleurruimte De kleurruimte bepaalt het kleurbereik dat beschikbaar is voor kleurreproductie. Kies een kleurkeuze overeenkomstig de manier waarop foto’s worden verwerkt bij het verlaten van de camera. Optie Beschrijving W sRGB Kies voor foto’s die zonder verdere bewerking worden afgedrukt of gebruikt. De kleurruimte kan een groter gamma aan kleuren dan sRGB laten zien, X Adobe RGB waardoor het de voorkeur heeft voor afbeeldingen die uitgebreid worden...
  • Pagina 162 Raadpleeg de documentatie bij de toepassing of het apparaat voor meer informatie. Nikon-software Wanneer u in ViewNX 2 (meegeleverd) of Capture NX 2 (los verkrijgbaar) foto’s opent die met de camera zijn gemaakt, wordt automatisch de juiste kleurruimte geselecteerd.
  • Pagina 163 Fotograferen met de flitser Gebruik van de ingebouwde flitser De ingebouwde flitser heeft een hulpnummer (GN) 12 (m, ISO 100, 20 °C) en biedt dekking voor de beeldhoek van een 16 mm objectief. Het is niet alleen bedoeld voor onvoldoende natuurlijk licht maar ook voor het opvullen van schaduw en onderwerpen met tegenlicht of om een oogreflectie aan de ogen van het onderwerp toe te voegen.
  • Pagina 164 Flitsstand De beschikbare flitsstanden zijn afhankelijk van de opnamestand: i, k, p, n, s, w Automatisch+lange Automatisch sluitertijd+rode- Invulflits ogenreductie Automatisch+rode- Automatisch+lange ogenreductie sluitertijd S, M P, A Invulflits Invulflits Rode-ogenreductie Rode-ogenreductie Lange sluitertijd+rode-ogenreductie Synchronisatie op het tweede gordijn Lange sluitertijd Tweede gordijn+lange sluitertijd * S wordt weergegeven wanneer de instelling is voltooid.
  • Pagina 165 Flitsstanden De flitsstanden op de vorige pagina kunnen één of meer van de volgende instellingen combineren. Dat wordt aangeduid met het pictogram voor de flitsstand: • AUTO (automatisch flitsen): Wanneer het donker is, of bij tegenlicht, komt de flitser automatisch naar buiten wanneer de ontspanknop half wordt ingedrukt en flitst hij wanneer nodig.
  • Pagina 166 Flitserregelingsstand De camera ondersteunt de volgende i-TTL flitsregelingstanden: • i-TTL-uitgebalanceerde invulflits voor digitale reflexcamera’s: Flitser verzendt series van bijna onzichtbare voorflitsen (monitor flits vooraf) onmiddellijk voorafgaand aan de hoofdflitser. Voorflitsen gereflecteerd door objecten in alle gebieden van het beeld worden opgepakt door de 2.016-pixel RGB-sensor en worden geanalyseerd in combinatie met reeksinformatie van het matrixmetingsysteem om flitsuitvoer voor natuurlijke balans tussen hoofdonderwerp en omringende achtergrondverlichting in te stellen.
  • Pagina 167 Diafragma, gevoeligheid en flitsbereik Het flitsbereik is afhankelijk van de ISO-gevoeligheid en het diafragma. Diafragma bij ISO-equivalent Bereik 1600 3200 6400 0,7–8,5 0,6–6,0 0,6–4,2 0,6–3,0 — 0,6–2,1 — — 0,6–1,5 — — — 0,6–1,1 — — — — 0,6–0,8 De ingebouwde flitser heeft een minimumbereik van 0,6 m. In de stand P wordt het maximale diafragma (laagste f-waarde) bepaald door de ISO- gevoeligheid, zoals hieronder wordt weergegeven: Maximaal diafragma bij ISO-equivalent van:...
  • Pagina 168 Flitscorrectie (Alleen de standen P, S, A en M) Gebruik flitscorrectie om de geadviseerde flitssterkte van de camera aan te passen met –3 LW tot +1 LW in stapgroottes van LW, waardoor de helderheid van het hoofdonderwerp ten opzichte van de achtergrond verandert. U kunt de flitssterkte verhogen om het hoofdonderwerp lichter te maken of verlagen om ongewenste hoge lichten of reflecties te voorkomen.
  • Pagina 169 FV-vergrendeling Deze functie wordt gebruikt om de flitsuitvoer te vergrendelen, waardoor u de compositie van de foto’s kunt veranderen zonder de flitssterkte te veranderen en u verzekerd bent van de juiste flitsuitvoer ten opzichte van het onderwerp, zelfs wanneer het onderwerp niet in het midden van het beeld is gepositioneerd. Flitsuitvoer wordt automatisch aangepast voor elke wijziging in ISO-gevoeligheid en diafragma.
  • Pagina 170 Pas de compositie van de foto aan. Maak de foto. Druk de ontspanknop helemaal in om de foto te maken. Indien gewenst kunnen extra foto's worden gemaakt zonder de FV-vergrendeling vrij te geven. FV-vergrendeling vrijgeven. Druk op de Fn knop om de FV-vergrendeling vrij te geven. Controleer dat het pictogram FV-vergrendeling (e) niet langer wordt weergegeven in de zoeker.
  • Pagina 171 Andere opnameopties Standaardinstellingen herstellen U kunt de standaardwaarden van de hieronder E knop vermelde camera-instellingen herstellen door de knoppen QUAL en E meer dan twee seconden tegelijk ingedrukt te houden. (Deze knoppen worden aangegeven met een groene stip). Het bedieningspaneel wordt kort uitgeschakeld terwijl de instellingen worden teruggezet.
  • Pagina 172 Meervoudige belichting (Alleen de standen P, S, A en M) Volg de onderstaande stappen om een serie van twee of drie belichtingen in een enkele foto op te nemen. Meervoudige belichting kan bij elke beeldkwaliteitinstelling worden opgenomen en maakt gebruik van de RAW-gegevens van de beeldsensor van de camera om kleuren te produceren die zichtbaar superieur zijn ten opzichte van software gegenereerde beeld-op-beeld fotografie.
  • Pagina 173 Kies de hoeveelheid versterking. Markeer Automatische versterking en druk op 2. De volgende opties worden weergegeven. Markeer een optie en druk op J. • Aan: Versterking wordt aangepast overeenkomstig het aantal werkelijk opgenomen belichtingen (versterking voor elke belichting is ingesteld op voor 2 belichtingen, voor 3 belichtingen, enz.).
  • Pagina 174 ❚❚ Meervoudige belichtingen onderbreken Bij het selecteren van Meervoudige belichting in het opnamemenu terwijl een meervoudige belichting wordt opgenomen, geeft de opties rechts weer. Markeer Annuleren en druk op J om een meervoudige belichting te onderbreken voordat het gespecificeerde aantal belichtingen is gemaakt. Als de opname eindigt voordat het gespecificeerde aantal belichting is gemaakt, wordt een meervoudige belichting aangemaakt van de belichtingen die tot op dat punt zijn opgenomen.
  • Pagina 175 Intervalfotografie De camera beschikt over een functie om automatisch foto’s te maken met een vooringestelde interval. Voordat u gaat fotograferen Selecteer niet de zelfontspanner (E) of afstandbedieningsstand (4) bij gebruik van intervalfotografie. Voordat u de intervalopname start, kunt u een testopname maken met de geselecteerde instellingen en het resultaat op de monitor bekijken.
  • Pagina 176 Kies het aantal intervallen en het aantal opnamen per interval. Druk op 4 of 2 om het aantal intervallen of aantal opnamen te markeren. Druk op 1 of 3 om te wijzigen. Druk op 2 om door te gaan. Aantal Aantal Totaal intervallen...
  • Pagina 177 Geheugen is vol Als de geheugenkaart vol is, blijft de intervaltimer actief maar worden er geen foto's gemaakt. Hervat de opname (0 158) na het verwijderen van bepaalde foto’s of schakel de camera uit en plaats een andere geheugenkaart. Dek de zoeker af Verwijder de rubberen oogdop en dek de zoeker af met de meegeleverde DK-5 zoekeroculairdop voordat u opnamen maakt.
  • Pagina 178 ❚❚ Intervalfotografie pauzeren Intervalfotografie kan worden gepauzeerd door: • Start > Pauze in het intervalmenu te markeren en op J te drukken • De camera uit en vervolgens weer in te schakelen (indien gewenst kan de geheugenkaart worden vervangen terwijl de camera uitgeschakeld is) •...
  • Pagina 179 Objectieven zonder CPU Door de objectiefgegevens te specificeren (brandpuntsafstand en maximaal diafragma) kan de gebruiker toegang verkrijgen tot verschillende functies van het CPU-objectief bij het gebruik van objectieven zonder CPU (0 270). Als de brandpuntsafstand van het objectief bekend is: •...
  • Pagina 180 Voer de brandpuntsafstand en het diafragma in. Markeer Brandpuntsafstand (mm) of Maximaal diafragma en druk op 4 of 2 om het gemarkeerde item te bewerken. Brandpuntsafstand kan worden geselecteerd uit waarden tussen 6 en 4.000 mm en maximaal diafragma uit waarden tussen f/1.2 en f/22.
  • Pagina 181 Om objectiefgegevens tijdens het gebruik van objectieven zonder CPU op te roepen: Nummerselectie van objectieven zonder CPU aan een camerabesturing toewijzen. Selecteer Nummer niet-CPU-lens kiezen voor persoonlijke instelling f3 (Fn-knop toewijzen, 0 230) of persoonlijke instelling f4 (Voorbeeldknop toewijzen, 0 232). Gebruik de geselecteerde besturing om het objectiefnummer te kiezen.
  • Pagina 182 Het GP-1 GPS-apparaat Het GP-1 GPS-apparaat (apart verkrijgbaar) kan op de accessoireaansluiting (0 281) van de camera worden aangesloten door gebruik te maken van de meegeleverde kabel. Zo kunt u informatie over de huidige positie van de camera vastleggen wanneer u foto’s maakt.
  • Pagina 183 Meer informatie over weergave Schermvullende weergave Druk voor weergeven van foto’s op de K knop. De K knop laatst gemaakte foto wordt op de monitor weergegeven. Multi-selector Secundaire instelschijf O knop K knop G knop L knop W knop X knop J knop Hoofdinstelschijf Draai portret...
  • Pagina 184 Functie Knop Beschrijving Druk op 2 om foto’s te bekijken in de volgorde waarin ze zijn Andere foto’s gemaakt, of op 4 om foto’s in omgekeerde volgorde te weergeven bekijken. Foto-informatie Druk op 1 of 3 om informatie over de huidige foto te bekijken bekijken (0 165).
  • Pagina 185 Opnamegegevens op pagina 4 worden alleen weergegeven als copyrightinformatie op de foto's werd opgenomen, zoals beschreven op pagina 243). GPS-gegevens worden alleen weergegeven wanneer de foto werd genomen terwijl een GPS-apparaat was aangesloten. 1 / 12 N I KON D7000 1/ 12 LATITUDE . : 35 º...
  • Pagina 186 ❚❚ Hoge lichten Beveiligingsstatus............174 Retouche-aanduiding ..........248 100 - 1 Hoge lichten in beeld Mapnummer—beeldnummer....... 218 Huidig kanaal Markeer weergaveaanduiding Hoge lich. Kies R , G , B 1 Wordt alleen weergegeven als Hoge lichten is geselecteerd voor Weergavestand (0 197). 2 Knipperende velden geven de hoge lichten voor het huidige kanaal aan.
  • Pagina 187 Zoomweergave Druk op X om op de foto in te zoomen wanneer het histogram wordt weergegeven. Gebruik de X en W knoppen om in- en uit te zoomen en verschuif het beeld met de multi-selector. Het histogram wordt geactualiseerd en toont alleen de gegevens over het gedeelte van het beeld dat op de monitor zichtbaar is.
  • Pagina 188 TTL, + 3. 0 TTL , + 3 . 0 VR-objectief (vibratiereductie) .......26 ––– ––– Flitstype..............143, 275 Commanderstand............225 N I KON D7000 100 -- 1 Flitsstand................ 144 Flitsersturing..............223 Beveiligingsstatus............174 Flitscorrectie ..............148 Retouche-aanduiding ..........248 Cameranaam Lichtmeting..............105 Mapnummer—beeldnummer.......
  • Pagina 189 COMMENT RI NG HAS COME . 3636 Beeldcommentaar............238 Cameranaam Mapnummer—beeldnummer....... 218 N I KON D7000 100 -- 1 * Wordt alleen weergegeven wanneer Informatie is geselecteerd voor Weergavestand (0 197). ❚❚ Opnamegegevens pagina 4 Beveiligingsstatus............174 Retouche-aanduiding ..........248 Naam van de fotograaf..........
  • Pagina 190 ❚❚ Overzichtgegevens Histogram waarin de verdeling van de tonen in het beeld worden weergegeven (0 167) 1 / 12 N I KON D7000 ISO-gevoeligheid ............101 Brandpuntsafstand ...........159, 274 Aanduiding GPS-gegevens ........162 Aanduiding beeldcommentaar ......238 1 8000 , F4 . 8 35mm Flitsstand................
  • Pagina 191 Miniatuurweergave Druk op de W knop wanneer u “overzichten” van vier, negen of 72 foto’s wilt weergeven. Kalenderweer- Schermvullende gave weergave Miniatuurweergave Functie Knop Beschrijving Druk op W om het aantal weergegeven afbeeldingen Meer foto’s weergeven te verhogen. Druk op X om het aantal weergegeven foto’s te Minder foto’s weergeven verlagen.
  • Pagina 192 Kalenderweergave Druk op de W knop wanneer er 72 foto’s worden weergegeven om alleen foto’s te bekijken die op een geselecteerde datum zijn gemaakt. Schermvullende Kalenderweer- weergave gave Miniatuurweergave Druk op de W knop om heen en weer te schakelen Lijst met miniaturen tussen de kalender en de lijst met miniaturen van de geselecteerde datum.
  • Pagina 193 Foto’s van dichtbij bekijken: zoomweergave Druk op de X knop om in te zoomen op de foto die schermvullend wordt weergegeven of die is gemarkeerd in de miniatuur- of kalenderweergave. Wanneer er is ingezoomd, kunt u het volgende doen: Functie Knop Beschrijving Druk op X om in te zoomen tot een...
  • Pagina 194 Foto’s tegen wissen beveiligen In de schermvullende zoom-, miniatuur- of kalenderweergave kan de L knop worden gebruikt om foto’s te beveiligen om zo te voorkomen dat u ze per ongeluk wist. Beveiligde bestanden kunnen niet worden gewist met de O knop of de optie Wissen in het weergavemenu.
  • Pagina 195 Foto’s wissen Druk op de O knop, om een foto in schermvullende weergave of de gemarkeerde foto in de lijst met miniaturen te wissen. Gebruik de optie Wissen in het weergavemenu om meerdere geselecteerde foto’s, alle gemaakte foto’s op een geselecteerde datum of alle foto’s in de weergavemap te wissen.
  • Pagina 196 Het weergavemenu De optie Wissen in het weergavemenu bevat de volgende opties. Afhankelijk van het aantal foto’s kan het enige tijd duren voordat de foto’s zijn gewist. Optie Beschrijving Q Selectie Geselecteerde foto’s wissen. Datum Alle foto’s wissen die op een geselecteerde datum zijn gemaakt (0 177). selecteren Alle foto’s wissen in de map die momenteel voor weergave is geselecteerd.
  • Pagina 197 Druk op J om de bewerking te voltooien. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; markeer Ja en druk op J. ❚❚ Datum selecteren: foto’s wissen die op een geselecteerde datum zijn gemaakt Kies Datum selecteren. Markeer Datum selecteren en druk op 2 in het menu wissen.
  • Pagina 199 Zet de camera niet uit en koppel de USB-kabel niet los terwijl beelden worden overgezet. Windows Wilt u de Nikon website bezoeken nadat u ViewNX 2 hebt geïnstalleerd, selecteer dan Alle programma’s > Link to Nikon in het startmenu van Windows (internetverbinding vereist).
  • Pagina 200 Nikon Transfer 2, start dan ViewNX 2 of Nikon Transfer 2 en selecteer ViewNX 2 Help in het menu Help). Overspelen starten Zet de camera uit en koppel de USB-kabel los wanneer de overdracht is voltooid. Nikon Transfer 2 wordt automatisch afgesloten nadat het overzetten is voltooid.
  • Pagina 201 Draadloze of ethernet-netwerken Indien de optionele WT-4 draadloze zender (0 280) is bevestigd, kunnen foto’s draadloos overgezet of afgedrukt worden of ethernet-netwerken en de camera kunnen vanaf netwerkcomputers met Camera Control Pro 2 worden bediend (apart verkrijgbaar). De WT-4 kan in de volgende standen worden gebruikt: Stand Functie Overdrachtstand...
  • Pagina 202 Foto’s afdrukken Volg onderstaande aanwijzingen om de geselecteerde JPEG-foto’s af te drukken met een PictBridge printer die via een USB-verbinding is aangesloten. Foto’s maken Foto's selecteren voor het afdrukken met behulp van Afdrukset (DPOF) (0 189) Camera aansluiten op de printer (zie onder) Foto’s één voor één Meerdere foto’s afdrukken Indexprints maken (0 188)
  • Pagina 203 Zet de camera aan. Op de monitor verschijnt een welkomstscherm, gevolgd door het PictBridge- weergavescherm. Foto’s één voor één afdrukken Selecteer een foto. Druk op 4 of 2 om andere foto’s te bekijken, of druk op 1 of 3 om foto-informatie te bekijken (0 165).
  • Pagina 204 Pas de afdrukopties aan. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk op 2 om te selecteren. Optie Beschrijving Het menu voor de paginagrootte wordt weergegeven (opties die niet door de huidige printer worden ondersteund, worden niet weergegeven). Druk op 1 of 3 om de paginagrootte te kiezen.
  • Pagina 205 Start met printen. Selecteer Afdrukken starten en druk op J om het afdrukken te starten. Als u wilt annuleren voordat alle afdrukken zijn voltooid, drukt u op J. NEF (RAW) NEF (RAW)-foto’s (0 85) kunnen niet worden afgedrukt via een directe USB-verbinding. JPEG- kopieën van NEF (RAW)-foto’s kunnen met de optie NEF (RAW)-verwerking in het retoucheermenu (0 258) worden gemaakt.
  • Pagina 206 Selecteer de foto’s of kies een datum. Als u Selectie afdrukken of Afdrukken (DPOF) in stap 2 kiest, gebruik dan de multi-selector om door de foto’s op de geheugenkaart te bladeren. Houd de D knop ingedrukt, druk op 1 en selecteer de gewenste kaart en map om foto’s op andere locaties te bekijken, zoals beschreven op pagina 164.
  • Pagina 207 Geef de afdrukopties weer. Druk op J om de afdrukopties voor PictBridge weer te geven. Pas de afdrukopties aan. Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk op 2 om te selecteren. Optie Beschrijving Het menu voor de paginagrootte wordt weergegeven (0 184; opties die niet door de huidige printer worden ondersteund, worden niet weergegeven).
  • Pagina 208 Indexprints maken Selecteer Indexprint in stap 2 van “Meerdere foto’s afdrukken” (0 185) om een indexprint van alle JPEG-foto’s op de geheugenkaart te maken. Als de geheugenkaart meer dan 256 foto’s bevat, worden alleen de eerste 256 foto’s afgedrukt. Selecteer Indexprint. Wanneer Indexprint in het PictBridge-menu (0 185) wordt geselecteerd, worden de foto's op de geheugenkaart weergegeven zoals de afbeelding...
  • Pagina 209 Een DPOF afdrukopdracht maken: Afdrukset Met de optie Afdrukset (DPOF) in het weergavemenu kunt u digitale afdrukopdrachten samenstellen voor PictBridge-compatibele printers en apparaten die DPOF ondersteunen. Kies Selecteren/instellen bij menuoptie G knop Afdrukset (DPOF) in het weergavemenu. Druk op de G knop en selecteer Afdrukset (DPOF) in het weergavemenu.
  • Pagina 210 Afdrukopties selecteren. Markeer de gewenste opties en druk op 2 om deze in of uit te schakelen (als u de afdrukopdracht wilt voltooien zonder deze informatie in de opdracht op te nemen, gaat u verder met stap 5). • Opname-info afdrukken: Sluitertijd en diafragma worden op alle foto’s in de afdrukopdracht afgedrukt.
  • Pagina 211 Foto’s op een televisie bekijken De meegeleverde EG-D2 A/V-kabel kan worden gebruikt om de camera aan te sluiten op een televisietoestel of videorecorder om beelden weer te geven of op te nemen. Met een type C (High-Definition Multimedia Interface (HDMI) kabel met pinaansluiting (van een willekeurig merk;...
  • Pagina 212 Videostand Als er geen beeld verschijnt, controleer dan eerst of de camera goed is aangesloten en of de instelling van Videostand (0 237) overeenkomt met de door het televisietoestel gebruikte videonorm. Weergave op televisie Voor langdurige weergave wordt het gebruik van een EH-5a lichtnetadapter en een EP-5B stroomaansluiting (apart verkrijgbaar) aanbevolen.
  • Pagina 213 High-definition apparaten De camera kan worden verbonden met HDMI-apparaten via een type C HDMI-kabel met ministekker (van een willekeurig merk, apart verkrijgbaar). Zet de camera uit. Zet de camera altijd uit voordat u een HDMI-kabel aansluit of loskoppelt. Sluit de HDMI-kabel aan zoals hieronder wordt weergegeven. Verbinden met high-definition Verbinden met apparaat (kies kabel met...
  • Pagina 214 ❚❚ HDMI-opties Met de optie HDMI in het setup-menu kan de uitvoerresolutie worden ingesteld en kan de camera worden ingesteld voor afstandsbediening vanaf een apparaat dat HDMI-CEC ondersteunt (High-Definition Multimedia Interface–Consumer Electronics Control, een norm waarmee HDMI-apparatuur kan worden gebruikt om de randapparatuur die erop is aangesloten, te bedienen).
  • Pagina 215 Weergavemap G knop ➜ D weergavemenu Kies een map voor weergave (0 163): Optie Beschrijving Alle foto’s in mappen die met de D7000 zijn gemaakt, zijn zichtbaar tijdens de D7000 weergave. Alle Foto’s in alle mappen zijn zichtbaar tijdens weergave.
  • Pagina 216 ➜ Beeld verbergen G knop D weergavemenu Foto’s verbergen of weergeven. Verborgen foto’s zijn alleen zichtbaar in het menu Beeld verbergen en kunnen alleen worden verwijderd door de geheugenkaart te formatteren. Optie Beschrijving Selecteren/ Geselecteerde foto’s verbergen of weergeven. instellen Selecteer deze optie om een lijst met data weer te geven.
  • Pagina 217 G knop ➜ D weergavemenu Weergavestand Kies de beschikbare informatie die wordt weergegeven in het scherm met foto-informatie (0 165). Druk op 1 of 3 om een optie te markeren en druk vervolgens op 2 om de optie voor het scherm met foto-informatie te selecteren.
  • Pagina 218 Selecteer de bronmap. Markeer de map met de beelden die gekopieerd moeten worden en druk op 2. Maak de beginselectie. Voordat u verder gaat met het selecteren of deselecteren van afzonderlijke beelden, kunt u alle beelden of alle beveiligde beelden in de map markeren om te kopiëren met behulp van Alle beelden selecteren of Beveiligde beelden selecteren.
  • Pagina 219 Selecteer een doelmap. Om een mapnummer in te vullen, kies Map selecteren op nummer, vul het nummer in (0 203) en druk op J. Als er nog geen map met het geselecteerde nummer bestaat, wordt er een nieuwe map aangemaakt. Om uit een lijst met bestaande mappen te kiezen, kies Map selecteren in lijst, markeer een map en druk op J.
  • Pagina 220 G knop ➜ D weergavemenu Beeld terugspelen Kies of foto’s direct na de opname automatisch op de monitor worden getoond. Wanneer Uit is geselecteerd, kunnen foto’s alleen worden weergegeven door op de K knop te drukken. ➜ Na verwijderen G knop D weergavemenu Kies de foto die wordt weergegeven nadat u een foto hebt verwijderd.
  • Pagina 221 ➜ Diashow G knop D weergavemenu Maak een diashow van de foto’s in de huidige weergavemap (0 195). Verborgen beelden (0 196) worden niet weergegeven. Optie Beschrijving Start Start de diashow. Kies hoe lang elke foto tijdens de diashow wordt weergegeven. Tussenpauze U start de diashow door Start te markeren en druk op J.
  • Pagina 222 C Het opnamemenu: opnameopties Druk op G en selecteer tab C (opnamemenu) om het opnamemenu weer te geven. G knop Het opnamemenu bevat de volgende opties: Optie Optie Opnamemenu terugzetten Autom. vertekeningscorrectie Opslagmap Kleurruimte Naamgeving bestanden Actieve D-Lighting Functie van kaart in sleuf 2 Ruisonderdr.
  • Pagina 223 G knop ➜ C opnamemenu Opslagmap Selecteer de map waarin de volgende beelden worden opgeslagen. ❚❚ Mappen op mapnummer selecteren Kies Map selecteren op nummer. Markeer Map selecteren op nummer en druk op 2. Het dialoogvenster dat u hier rechts ziet, wordt weergegeven.
  • Pagina 224 ❚❚ Mappen uit een lijst selecteren Kies Map selecteren in lijst. Markeer Map selecteren in lijst en druk op 2. Markeer een map. Druk op 1 of 3 om een map te markeren. Selecteer de gemarkeerde map. Druk op J om de gemarkeerde map te selecteren en terug te keren naar het opnamemenu.
  • Pagina 225 Autom. vertekeningscorrectie G knop ➜ C opnamemenu Selecteer Aan om tonvormige vertekening bij opnames met een groothoekobjectief te verminderen en kussenvormige vertekening bij opnames met lange objectieven te verminderen (het kan voorkomen dat de zichtbare hoeken in de zoeker uit de uiteindelijke foto worden gesneden en de benodigde tijd voor het verwerken van de foto’s hoger wordt voordat het opnemen begint).
  • Pagina 226 A Persoonlijke instellingen: Fijnafstellen camera-instellingen Druk op G en selecteer het tabblad A (Persoonlijk instellingenmenu) om het persoonlijke instellingenmenu weer te geven. G knop Groepen persoonlijke Gebruik persoonlijke instellingen om de camera- instellingen instellingen aan persoonlijke voorkeuren aan te passen. Hoofdmenu A:Herstel pers.
  • Pagina 227 De volgende persoonlijke instellingen zijn beschikbaar: Persoonlijke instelling Persoonlijke instelling A Herstel pers. instellingen d Opnemen/weergeven a Autofocus d6 Opnamesnelheid a1 Selectie AF-C-prioriteit d7 Max. aant. continu-opnamen a2 Selectie AF-S-prioriteit d8 Opeenvolgende nummering a3 Focus-tracking met Lock-On d9 Informatieweergave a4 Verlichting scherpstelpunt d10 LCD-verlichting a5 Doorloop scherpstelpunt d11 Spiegelvoorontspanning...
  • Pagina 228 a: Autofocus G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu a1: Selectie AF-C-prioriteit Wanneer AF-C is geselecteerd voor zoekerfotografie (0 91), bepaalt deze optie of foto’s kunnen worden gemaakt telkens wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt (rprioriteit ontspannen) of alleen wanneer de camera scherpstelt (prioriteit scherpstellen). Hoofdinstelschijf standknop Optie...
  • Pagina 229 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu a3: Focus-tracking met Lock-On Deze optie bepaalt hoe de automatische scherpstelling reageert op plotselinge grote veranderingen in de afstand tot het onderwerp wanneer AF-C is geselecteerd of als continu servo-autofocus is geselecteerd wanneer de camera zich in de stand AF-A voor zoekerfotografie (0 91) bevindt.
  • Pagina 230 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu a6: Aantal scherpstelpunten Kies het aantal scherpstelpunten dat beschikbaar is bij handmatige selectie van het scherpstelpunt. Optie Beschrijving Kies uit de 39 scherpstelpunten die rechts worden # 39 punten weergegeven. Kies uit de 11 scherpstelpunten die rechts worden A 11 punten weergegeven.
  • Pagina 231 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu a8: AF voor livebeeld/film Kies hoe de camera scherpstelt wanneer autofocus in livebeeld is geselecteerd of tijdens de opname van een film. • Autofocusstand: Selecteer de scherpstelstand die wordt gebruikt voor autofocus in livebeeld en filmopname (0 50). Kies uit Enkelvoudige servo-AF en Fulltime servo-AF.
  • Pagina 232 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu b3: Eenv. belichtingscorrectie Deze optie bepaalt of de knop E moet worden gebruikt om de belichtingscorrectie in te stellen (0 107). Als Aan (automatisch herstellen) of Aan is geselecteerd, knippert de 0 in het midden van de belichtingsaanduiding, zelfs als de belichtingscorrectie is ingesteld op ±0.
  • Pagina 233 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu b4: Centrumgericht meetveld Bij het berekenen van de belichting wordt bij centrumgerichte meting Optie M φ 6 mm het grootste gewicht toegekend aan een cirkel in het midden van het L φ 8 mm beeld.
  • Pagina 234 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu c2: Lichtmeter automatisch uit Kies hoe lang de camera de belichting blijft meten wanneer er geen handelingen worden uitgevoerd. De sluitertijd- en diafragmaweergaven in het lcd-venster en in de zoeker worden automatisch uitgeschakeld wanneer de lichtmeters worden uitgeschakeld.
  • Pagina 235 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu c4: Monitor uit Kies hoe lang de monitor ingeschakeld blijft wanneer er geen handelingen worden uitgevoerd tijdens weergave (Weergave; standaard tot 10 sec.) en beeld terugspelen (Beeld terugspelen; standaard tot 4 sec.) wanneer menu’s (Menu’s; standaard tot 20 sec.) of informatie (Informatieweergave;...
  • Pagina 236 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d2: Rasterweergave in zoeker Kies Aan om op verzoek rasterlijnen ter referentie in de zoeker weer te geven bij het maken van de compositie (0 9). G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d3: ISO tonen en aanpassen Als ISO-gevoeligheid of ISO/eenvoudige ISO is geselecteerd, tonen de zoeker en het bedieningspaneel ISO-gevoeligheid in plaats van het aantal resterende opnamen.
  • Pagina 237 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d6: Opnamesnelheid Kies de maximale beeldsnelheid in de stand C (continu lage snelheid). (Bij intervalfotografie bepaalt deze instelling ook de beeldsnelheid in de enkelbeeld ontspanstand). Bij lange sluitertijden kan de beeldsnelheid afnemen tot onder de geselecteerde waarde.
  • Pagina 238 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d8: Opeenvolgende nummering Wanneer u een foto maakt, verhoogt de camera het laatst gebruikte bestandsnummer met één en wordt deze naam voor het nieuwe bestand gebruikt. Deze optie bepaalt of de bestandsnummering doorgaat vanaf het laatst gebruikte nummer wanneer een nieuwe map wordt gemaakt, de geheugenkaart wordt geformatteerd of een nieuwe geheugenkaart in de camera wordt geplaatst.
  • Pagina 239 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d9: Informatieweergave Bij de standaardinstelling Automatisch (AUTO), verandert de kleur van de tekens in de informatieweergave (0 10) automatisch van zwart in wit of van wit in zwart om te zorgen voor voldoende contrast met de achtergrond. Om altijd dezelfde kleur letters te gebruiken, selecteer Handmatig en kies Donker op licht (B;...
  • Pagina 240 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d13: MB-D11 batterijen Als u het optionele MB-D11 battery pack gebruikt met AA-batterijen, kunt u de werking van de camera optimaliseren door in dit menu het juiste accutype te selecteren. U hoeft deze optie niet aan te passen als u EN-EL15 batterijen gebruikt. Optie Beschrijving 1 LR6 (AA alkaline)
  • Pagina 241 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu d14: Batterijvolgorde Kies of de batterijen in de camera of de batterijen in het battery pack het eerst worden gebruikt als een optioneel MB-D11 battery pack is bevestigd. Merk op dat de lichtnetadapter wordt gebruikt in geval de MB-D11 wordt gevoed door een optionele EH-5a lichtnetadapter en een EP-5B stroomaansluiting, ongeacht of de optie wel of niet is geselecteerd.
  • Pagina 242 e: Bracketing/flits G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu e1: Flitssynchronisatiesnelheid Deze optie bepaalt de flitssynchronisatiesnelheid. Optie Beschrijving Gebruik automatische FP snelle synchronisatie bij de SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 en SB-R200 flitsers. Als u een andere flitser gebruikt, wordt de sluitertijd ingesteld op sec.
  • Pagina 243 ❚❚ Flitserregelaar bij 1/320 sec. (Automatische FP) Als 1/320 sec. (autom. FP) is geselecteerd voor persoonlijke instelling e1 (Flitssynchronisatiesnelheid, 0 222), kan de ingebouwde flitser worden gebruikt met sluitertijden tot sec., terwijl voor iedere willekeurige sluitertijd (Automatisch FP snelle synchronisatie) de optionele flitsers SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 en SB-R200 kunnen worden gebruikt.
  • Pagina 244 ❚❚ Handmatig Kies een flitssterkte uit Volle flits en 1/128 ( van de volledige sterkte. Bij volledige sterkte heeft de ingebouwde flitser een richtgetal van 12 (m, ISO 100, 20°C). ❚❚ Stroboscopisch flitsen De flitser flitst herhaaldelijk terwijl de sluiter is geopend, waardoor het effect van een stroboscooplamp ontstaat.
  • Pagina 245 ❚❚ Commanderstand Gebruik de ingebouwde flitser als hoofdflitserregelaar die een of meer optionele SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 of SB-R200 flitsers in maximaal twee groepen (A en B) op afstand aanstuurt met behulp van geavanceerde draadloze flitssturing. Als u deze optie selecteert, wordt het menu rechts weergegeven. Druk op 4 of 2 om de onderstaande opties te markeren en op 1 of 3 om de instelling te wijzigen.
  • Pagina 246 Voer de onderstaande stappen uit om foto’s te maken in de commanderstand. Wijzig de instellingen voor de ingebouwde flitser. Kies de flitserregelaarstand en de flitssterkte voor de ingebouwde flitser. De flitssterkte kan niet worden aangepast in de stand – –. Pas de instellingen aan voor groep A.
  • Pagina 247 Kadreer de opname. Breng de opname in beeld en plaats de flitsers, zoals hieronder wordt aangegeven. Houd er rekening mee dat de maximale afstand waarop de externe flitsers kunnen worden geplaatst, afhangt van de opnameomstandigheden. De sensoren voor draadloze 60 ° of minder bediening op de flitsers 5 m of minder 10 m of minder...
  • Pagina 248 De weergave van de flitssynchronisatiestand M wordt niet als flitssynchronisatiestand weergegeven in het bedieningspaneel als – – is geselecteerd voor Ingeb. flitser > Stand. Flitscorrectie De flitscorrectiewaarde die is geselecteerd met de knop Y (M) en de secundaire instelschijf wordt opgeteld bij de flitscorrectiewaarden die zijn geselecteerd voor de ingebouwde flitser, groep A en groep B in het menu Commanderstand.
  • Pagina 249 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu e5: Inst. voor autom. bracketing Kies de instelling of instellingen die worden beïnvloed door bracketing (0 109). Kies AE & flits (j) als u zowel belichtings- als flitsbracketing wilt toepassen, Alleen AE (k) als u alleen belichtingsbracketing wilt toepassen, Alleen flits (l) als u alleen flitsbracketing wilt toepassen, Witbalansbracketing (m) als u witbalansbracketing (0 112) wilt toepassen of ADL-bracketing (y) als u alleen bracketing met Actieve D-Lighting (0 114) wilt...
  • Pagina 250 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu f3: Fn-knop toewijzen Kies de functie van de Fn knop. Optie Beschrijving Druk op de Fn knop om een voorbeeld van de scherptediepte weer te geven Voorbeeld (0 72). Druk op de Fn knop om de flitswaarde te vergrendelen (alleen bij de ingebouwde flitser en de SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 SB-400 en SB-R200 vergrendeling flitsers, 0 149).
  • Pagina 251 Optie Beschrijving Spotmeting is actief zolang de Fn knop wordt ingedrukt. Spotmeting Houd de Fn knop ingedrukt en draai aan de hoofdinstelschijf om de Rasterweergave rasterweergave in de zoeker in of uit te schakelen (0 9). Druk op de Fn knop om de weergave van de virtuele horizon in de zoeker te Virtuele horizon in zoeker bekijken of te verbergen (0 231).
  • Pagina 252 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu f4: Voorbeeldknop toewijzen Kies de functie van de voorbeeldknop scherptediepte. De beschikbare opties zijn hetzelfde als voor Fn-knop toewijzen (0 230). De standaardinstelling is Voorbeeld. G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu f5: AE-L/AF-L-knop toewijzen Kies de functie van de AE-L/AF-L knop.
  • Pagina 253 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu f6: Functie instelschijven inst. Deze optie regelt de werking van de hoofdinstelschijf en de secundaire instelschijf. • Rotatie omkeren: Deze optie bepaalt de richting van de instelschijven. Kies Nee voor een normale werking van de instelschijven of kies Ja als u de draairichting van de instelschijven wilt omkeren.
  • Pagina 254 G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu f7: Knop loslaten voor instelsch. Door Ja te selecteren kunt u aanpassingen maken die normaal gesproken worden gemaakt door het ingedrukt houden van de knop E, M, ISO, QUAL, WB, AF-stand, Z of D en draaien aan de instelschijf wordt uitgevoerd door aan de instelschijf te draaien nadat de knop is losgelaten (dit is ook van toepassing op de knoppen Fn en voorbeeld scherptediepte als deze zijn toegewezen aan Actieve D-Lighting met behulp van...
  • Pagina 255 f10: Knop 4 MB-D11 toewijzen G knop ➜ A Persoonlijke instellingenmenu Kies de functie die u wilt toewijzen aan de knop AE-L/AF-L op het optionele MB-D11 battery pack. Optie Beschrijving De scherpstelling en belichting worden vergrendeld terwijl de MB-D11 B AE/AF-vergrendeling AE-L/AF-L knop wordt ingedrukt.
  • Pagina 256 B Het setup-menu: Basisinstellingen van de camera Druk op G en selecteer het tabblad B (setup-menu) om het setup-menu weer te geven. G knop Het setup-menu bevat de volgende opties: Optie Optie Geheugenkaart formatteren Automatische beeldrotatie Gebruikersinstellingen opslaan Stof referentiefoto Gebruikersinstell.
  • Pagina 257 G knop ➜ B setup-menu LCD-helderheid Druk op 1 of 3 om de helderheid van de monitor in te stellen. Kies een hoge waarde om de helderheid te verhogen of een lage waarde om de helderheid te verlagen. Livebeeld Zie pagina 49 voor informatie over het aanpassen van de helderheid van de monitor in livebeeld of tijdens filmopnames.
  • Pagina 258 G knop ➜ B setup-menu Taal (Language) Kies een taal voor cameramenu’s en berichten. De volgende opties zijn beschikbaar. Optie Beschrijving Optie Beschrijving Optie Beschrijving Tsjechisch Nederlands Arabisch Traditioneel Deens Noors Chinees Duits Pools Vereenvoudi Portugees Engels gd Chinees Russisch Spaans Japans Fins...
  • Pagina 259 G knop ➜ B setup-menu Automatische beeldrotatie Foto's die zijn gemaakt terwijl Aan is geselecteerd, bevatten informatie over de oriëntatie van de camera, waardoor ze automatisch kunnen worden gedraaid tijdens de weergave (0 163) of wanneer ze worden bekeken in ViewNX 2 of Capture NX 2 (los verkrijgbaar; 0 281).
  • Pagina 260 G knop ➜ B setup-menu Stof referentiefoto Verzamel referentiegegevens voor de functie Stofverwijdering in Capture NX 2 (los verkrijgbaar; raadpleeg de handleiding van Capture NX 2 voor meer informatie). Stof referentiefoto is alleen beschikbaar als een CPU-objectief op de camera is bevestigd.
  • Pagina 261 Verzamel referentiegegevens voor stofverwijdering. Druk de ontspanknop helemaal in om referentiegegevens voor stofverwijdering te verzamelen. De monitor wordt uitgeschakeld wanneer de ontspanknop wordt ingedrukt. Merk op dat ruisonderdrukking wordt toegepast als het onderwerp slecht wordt belicht, waardoor de opnametijd toeneemt. Als het referentievoorwerp te licht of te donker is, kan de camera mogelijk geen referentiegegevens voor stofverwijdering binnenhalen en wordt de melding rechts...
  • Pagina 262 G knop ➜ B setup-menu Batterij-informatie Geef informatie weer over de batterij die momenteel in de camera is geplaatst. Item Beschrijving Het huidige batterijniveau wordt weergegeven als een percentage. Batt. lading Het aantal malen dat de sluiter werd ontspannen met de huidige batterij sinds de batterij voor het laatst werd opgeladen.
  • Pagina 263 Copyrightinformatie toevoegen niet is geselecteerd en dat de velden Fotograaf en Copyright leeg zijn alvorens u de camera aan iemand anders geeft. Nikon is niet aansprakelijk voor schadeloosstellingen of geschillen die voortkomen uit het gebruik van de...
  • Pagina 264 G knop ➜ B setup-menu Instellingen opslaan/laden Selecteer Instellingen opslaan om de volgende instellingen op te slaan op de geheugenkaart in sleuf 1 (indien de geheugenkaart vol is, verschijnt een foutmelding; 0 306). Menu Optie Menu Optie Weergavestand Alle persoonlijke instellingen Persoonlijke behalve Herstel pers.
  • Pagina 265 G knop ➜ B setup-menu Virtuele horizon Geef een virtuele horizon weer op basis van de informatie van de sensor voor het hellen van de camera. De referentielijn wordt groen weergegeven als de camera horizontaal is. Hellen van de camera De virtuele horizon is niet nauwkeurig als de camera sterk voorwaarts of achterwaarts helt.
  • Pagina 266 G knop ➜ B setup-menu AF-fijnafstelling Fijnafstelling van de scherpstelling voor maximaal 12 objectieftypes. AF-fijnafstelling wordt in de meeste situaties afgeraden en kan hinderen bij normale scherpstelling. Gebruik alleen indien noodzakelijk. Optie Beschrijving • Aan: AF-fijnafstelling inschakelen. fijnafstelling • Uit: AF-fijnafstelling uitschakelen. (Aan/Uit) Scherpstelpunt Stel AF af voor het huidige objectief (enkel CPU-...
  • Pagina 267 G knop ➜ B setup-menu Uploaden via Eye-Fi Deze optie wordt alleen weergegeven wanneer een Eye-Fi-geheugenkaart (van een ander merk, los verkrijgbaar) in de camera is geplaatst. Kies Inschakelen om foto’s te uploaden naar een vooraf geselecteerd doel. De foto’s worden niet geüpload als de signaalsterkte ontoereikend is.
  • Pagina 268 N Het retoucheermenu: Geretoucheerde kopieën maken Druk op G en selecteer het tabblad N (retoucheermenu) om het retoucheermenu weer te geven. G knop De opties van het retoucheermenu worden gebruikt om bijgesneden of geretoucheerde kopieën van bestaande foto’s te maken. Het retoucheermenu wordt alleen weergegeven als een geheugenkaart met foto’s in de camera is geplaatst.
  • Pagina 269 Geretoucheerde kopieën maken Een geretoucheerde kopie maken: Geef de retoucheeropties weer. Markeer het gewenste item in het retoucheermenu en druk op 2. Selecteer een foto. Markeer een foto en druk op J (houd de X knop ingedrukt om de gemarkeerde foto in volledig scherm te bekijken.
  • Pagina 270 Geretoucheerde kopieën maken tijdens weergave U kunt ook tijdens weergave geretoucheerde kopieën maken. Geef een foto schermvullend Markeer een optie en Maak een geretoucheerde weer en druk op J. druk op J. kopie.
  • Pagina 271 G knop ➜ N retoucheermenu D-Lighting D-Lighting maakt schaduwen lichter, waardoor deze functie ideaal is voor donkere foto’s of foto’s die in tegenlicht zijn gemaakt. Voor Druk op 1 of 3 om de sterkte van de correctie te kiezen. U kunt het effect vooraf bekijken in het bewerkingsvenster.
  • Pagina 272 G knop ➜ N retoucheermenu Bitsnijden U kunt een uitgesneden kopie van een geselecteerde foto maken. De geselecteerde foto wordt weergegeven, waarbij de geselecteerde uitsnede in geel wordt aangegeven. Maak een uitgesneden kopie, zoals wordt beschreven in de onderstaande tabel. Functie Knop Beschrijving...
  • Pagina 273 G knop ➜ N retoucheermenu Monochroom Maak een kopie van foto’s in Zwart-wit, Sepia of Koelblauw (blauw-wit monochroom). Als u Sepia of Koelblauw selecteert, wordt een Verzadiging verhogen voorbeeld van de geselecteerde foto weergegeven. Druk op 1 om de kleurverzadiging te verhogen, of op 3 om de kleurverzadiging te verlagen.
  • Pagina 274 G knop ➜ N retoucheermenu Filtereffecten Kies uit de volgende kleurfiltereffecten. Nadat u de filtereffecten hebt ingesteld zoals hieronder wordt beschreven, drukt u op J om de foto te kopiëren. Optie Beschrijving Creëert het effect van een skylightfilter, waarbij de foto Skylight minder blauw wordt.
  • Pagina 275 G knop ➜ N retoucheermenu Kleurbalans Gebruik de multi-selector om een kopie met een gewijzigde kleurbalans te maken (zie hieronder). Het effect wordt weergegeven op de monitor, samen met histogrammen voor rood, groen en blauw (0 167) die de verdeling van toonwaarden in de kopie aangeven.
  • Pagina 276 G knop ➜ N retoucheermenu Beeld-op-beeld Beeld-op-beeld combineert twee bestaande NEF (RAW)-foto’s om een enkele foto te maken die apart wordt opgeslagen. De resultaten, die gebaseerd zijn op RAW-gegevens van de beeldsensor van de camera, zijn aanmerkelijk beter dan over elkaar geplaatste beelden die met een beeldverwerkingsprogramma worden gemaakt.
  • Pagina 277 Sterkte aanpassen. Markeer Beeld 1 of Beeld 2 en optimaliseer de belichting voor beeld-op-beeld door op 1 of 3 te drukken om een waardesterkte tussen 0,1 en 2,0 te selecteren. Herhaal voor het tweede beeld. De standaardwaarde is 1,0. Selecteer 0,5 voor de halve sterkte of 2,0 om het te verdubbelen.
  • Pagina 278 G knop ➜ N retoucheermenu NEF (RAW)-verwerking JPEG-kopieën van NEF (RAW)-foto’s maken. Selecteer NEF (RAW)-verwerking. Markeer NEF (RAW)-verwerking in het retoucheermenu en druk op 2 om een dialoogvenster weer te geven waarin alleen NEF (RAW)-foto’s worden getoond die met deze camera zijn gemaakt.
  • Pagina 279 G knop ➜ N retoucheermenu Formaat wijzigen Maak kleinere kopieën van geselecteerde foto’s. Selecteer Formaat wijzigen. Druk op G om de menu’s weer te geven om het formaat van de geselecteerde beelden te wijzigen en selecteer Formaat wijzigen in het retoucheermenu.
  • Pagina 280 Selecteer de foto’s. Markeer Selecteer foto en druk op 2. Het venster rechts wordt weergegeven. Markeer foto’s met behulp van de multi-selector en druk op de W knop om te selecteren of te deselecteren (houd de X knop ingedrukt om de gemarkeerde foto schermvullend te bekijken;...
  • Pagina 281 G knop ➜ N retoucheermenu Rechtzetten Een rechtgezette kopie van het geselecteerde beeld maken. Druk op 2 om de foto maximaal vijf graden rechtsom te draaien in stappen van ca. 0,25 graden, of op 4 om de foto linksom te draaien (de randen van de foto worden bijgesneden om een rechthoekige kopie te kunnen maken).
  • Pagina 282 G knop ➜ N retoucheermenu Lijntekening Maak een lijntekening van een foto om als basis te dienen voor een schilderij. U kunt het effect vooraf bekijken in het bewerkingsvenster. Druk op J om de foto te kopiëren. Voor G knop ➜ N retoucheermenu Kleurenschets Maak een kopie van een foto, gelijkend op een schets gemaakt met kleurpotloden.
  • Pagina 283 G knop ➜ N retoucheermenu Perspectiefcorrectie Maak kopieën waarin het achteroverhellen van hoge gebouwen bij foto’s die vanaf de grond zijn genomen, wordt gereduceerd. Gebruik de multi-selector om het perspectief te corrigeren (hoe groter de mate van perspectiefcorrectie, hoe meer er van de randen van de foto uitgesneden wordt).
  • Pagina 284 G knop ➜ N retoucheermenu Vergelijken Vergelijk geretoucheerde kopieën met de originele foto’s. Deze optie is alleen beschikbaar wanneer de knop J wordt ingedrukt om het retoucheermenu weer te geven terwijl een foto (origineel of kopie) schermvullend wordt weergegeven. Selecteer een foto. Selecteer een geretoucheerde kopie (aangeduid met het pictogram N) of een originele foto die is geretoucheerd in schermvullende weergave en...
  • Pagina 285 O Mijn Menu/m Recente instellingen Met de optie Mijn menu heeft u snelle toegang tot maximaal 20 opties uit het weergave-, opname-, setup- en retoucheermenu en het menu Persoonlijke instellingen. Druk op G en selecteer het tabblad O (Mijn Menu) om Mijn menu weer te geven. G knop Hieronder wordt beschreven hoe u opties toevoegt, verwijdert en sorteert.
  • Pagina 286 Items toevoegen. De items die momenteel in Mijn menu worden weergegeven, worden aangegeven met een vinkje. Items die worden aangeduid met het pictogram V, kunnen niet worden geselecteerd. Herhaal stap 1–4 als u meer items wilt selecteren. ❚❚ Opties verwijderen uit Mijn menu Selecteer Items verwijderen.
  • Pagina 287 ❚❚ Opties sorteren in Mijn menu Selecteer Items sorteren. Markeer in Mijn menu (O) Items sorteren en druk op 2. Selecteer een item. Markeer het item dat u wilt verplaatsen en druk op J. Verplaats het item. Druk op 1 of 3 om het item omhoog of omlaag te verplaatsen in Mijn menu en druk op J.
  • Pagina 288 Recente instellingen Om de twintig meest recent gebruikte instellingen weer te geven, selecteer m Recente instellingen voor O Mijn menu > Tab kiezen. Selecteer Tab kiezen. Markeer in Mijn menu (O) Tab kiezen en druk op 2. Selecteer m Recente instellingen. Markeer m Recente instellingen en druk op J.
  • Pagina 289 Technische opmerkingen Dit hoofdstuk bevat nuttige informatie over compatibele accessoires, het reinigen en opbergen van de camera en wat u moet doen als er een foutmelding verschijnt of als u tijdens het gebruik van de camera op problemen stuit. Compatibele objectieven Het is raadzaam CPU-objectieven (voornamelijk G- en D-types) te gebruiken.
  • Pagina 290 Automatisch en elektronische onderwerpstan- 3D Kleur Objectief/accessoire afstandsmeter) den P, S A, M ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ AI-, AI-gewijzigd NIKKOR of Nikon-series E — — — ✔ ✔ ✔ Medische NIKKOR 120mm f/4 — — — — — ✔...
  • Pagina 291 Niet-compatibele accessoires en objectieven zonder CPU De volgende accessoires en objectieven zonder CPU kunnen niet worden gebruikt met de D7000: • TC-16AS AF-teleconverter • Niet-AI-objectieven • Objectieven die alleen werken met de AU-1 scherpsteleenheid (400mm f/4.5, 600mm f/5.6, 800mm f/8, 1.200mm f/11) •...
  • Pagina 292 Bij gebruik van de AF-S NIKKOR 14-24mm f/2.8G ED kan de flitser niet op alle afstanden het hele voorwerp verlichten. De ingebouwde flitser kan ook worden gebruikt met de AI-S, AI-, AI-gewijzigd NIKKOR, Nikon E- reeks objectieven en objectieven zonder CPU met een brandpuntsafstand van 16-300 mm. AI 50- 300mm f/4.5, gewijzigde AI 50-300mm f/4.5 en AI-S 50-300mm f/4.5 ED objectieven moeten...
  • Pagina 293 De AF-S/AF-I teleconverter De AF-S/AF-I teleconverter kan worden gebruikt met de volgende AF-S- en AF-I-objectieven: • AF-S VR 70-200mm f/2.8G ED • AF-S NIKKOR 400mm f/2.8G ED VR • AF-S NIKKOR 70-200mm f/2.8G ED VR II • AF-S 400mm f/2.8D ED •...
  • Pagina 294 De grootte van het gebied dat bij een kleinbeeldcamera wordt belicht, bedraagt 36 × 24 mm. De grootte van het gebied dat door de D7000 wordt belicht, is echter 23,6 × 15,6 mm, wat betekent dat de beeldhoek van een kleinbeeldcamera circa 1,5 keer zo groot is als deze van de D7000. De brandpuntsafstand van objectieven voor de D7000 in 35 mm formaat kan bij benadering worden berekend door de brandpuntsafstand van het objectief te vermenigvuldigen met 1,5.
  • Pagina 295 250 V, kan dit niet alleen de normale werking verstoren, maar kunnen ook de synchronisatieschakelingen van de camera of de flitser beschadigd raken. Als u een Nikon-flitser wilt gebruiken die niet in dit hoofdstuk wordt vermeld, dient u eerst een door Nikon geautoriseerd servicecenter te raadplegen voor meer informatie.
  • Pagina 296 Nikon Creatief Verlichtingssysteem (CVS) Nikons geavanceerde Creatieve Verlichtingssysteem (CVS) biedt een verbeterde communicatie tussen de camera en compatibele flitsers voor betere flitsfoto’s. ❚❚ CVS-compatibele flitsers De camera kan worden gebruikt met CVS-compatibele flitsers: • SB-900, SB-800, SB-700, SB-600, SB-400 en SB-R200:...
  • Pagina 297 De hierboven genoemde CVS-compatibele flitsers ondersteunen de volgende functies: Flitser Geavanceerde draadloze flitssturing Commander Afstandsbediening SB-900 SB-900 SB-900 SB-700 Flitsstand/-functie SB-800 SB-700 SB-600 SB-400 SB-800 SB-700 SU-800 SB-800 SB-600 SB-R200 i-TTL uitgebalanceerde invulflits voor ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔...
  • Pagina 298 ❚❚ Andere flitsers De volgende flitsers kunnen worden gebruikt in de standen Niet-TTL automatisch en Handmatig. Als ze zijn ingesteld op TTL, wordt de ontspanknop van de camera vergrendeld en kunnen geen foto’s worden gemaakt. Flitser SB-80DX, SB-28DX, SB-28, SB-30, SB-27 , SB-22S, SB-22, SB-23, SB-29 Flitsstand...
  • Pagina 299 Raadpleeg de handleiding van de Speedlight voor meer informatie. Als de flitser CVS ondersteunt, raadpleegt u het hoofdstuk over CVS-compatibele digitale reflexcamera’s. In de handleiding van de SB-80DX, SB-28DX en SB-50DX wordt de D7000 niet vermeld in het overzicht van digitale reflexcamera’s.
  • Pagina 300 Overige accessoires Op het moment dat deze handleiding werd samengesteld, waren voor de D7000 de volgende accessoires beschikbaar. • Oplaadbare Li-ion-batterij EN-EL15 (0 21–24): Extra EN-EL15 zijn in de handel en bij Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordigers verkrijgbaar. • Batterijlader MH-25 (0 21): Opladen van EN-EL15 batterijen.
  • Pagina 301 Software Opmerking: Gebruik altijd de meest recente versie van de Nikon-software. De meeste softwareprogramma’s van Nikon zijn voorzien van een automatische updatefunctie, die zoekt naar de laatste updates wanneer de computer is verbonden met het internet.
  • Pagina 302 Een stroomaansluiting en lichtnetadapter bevestigen Zet de camera uit voordat u de optionele stroomaansluiting en lichtnetadapter aansluit. Maak de camera gereed. Open de deksels van het batterijvak (q) en de stroomaansluiting (w). Plaats de EP-5B stroomaansluiting. Plaats de aansluiting in de aangegeven richting en gebruik de aansluiting om de oranje batterijvergrendeling naar één zijde ingedrukt te houden.
  • Pagina 303 De camera is een precisieapparaat dat regelmatig onderhoud vereist. Nikon beveelt aan de camera eens per jaar of per twee jaar te laten nakijken door de leverancier of een door Nikon geautoriseerde servicevertegenwoordiger en elke drie tot vijf jaar een onderhoudsbeurt te geven (houd er rekening mee dat hieraan kosten zijn verbonden).
  • Pagina 304 Het laagdoorlaatfilter De beeldsensor die dienst doet als beeldelement van de camera, is voorzien van een laagdoorlaatfilter dat moirévorming moet voorkomen. Als u vermoedt dat vuil- of stofdeeltjes die op het filter zitten op de foto’s te zien zijn, kunt u het filter reinigen via de optie Beeldsensor reinigen in het setup-menu.
  • Pagina 305 Beeldsensor reinigen, reinigt u de beeldsensor handmatig (0 286) of neemt u contact op met een door Nikon geautoriseerd servicecenter. Als de beeldsensor enkele keren achter elkaar wordt gereinigd, kan de reinigingsfunctie tijdelijk worden geblokkeerd om de interne schakelingen van de camera te beschermen.
  • Pagina 306 (0 284), kunt u het filter handmatig reinigen, zoals hieronder wordt beschreven. Denk er echter aan dat het laagdoorlaatfilter uitermate kwetsbaar is en gemakkelijk beschadigd kan raken. Nikon beveelt aan het reinigen van het filter over te laten aan door Nikon geautoriseerd servicepersoneel.
  • Pagina 307 Verwijder stof en vuil op het filter met een blaasbalgje. Gebruik geen blaaskwastje, aangezien de haartjes van het kwastje het filter kunnen beschadigen. Alleen door Nikon geautoriseerd servicepersoneel mag vuil verwijderen dat niet kan worden weggeblazen met een blaasbalgje. U mag het filter onder geen beding aanraken of schoonpoetsen.
  • Pagina 308 Verontreinigingen op het laagdoorlaatfilter Nikon stelt al het mogelijke in het werk om te voorkomen dat tijdens productie en vervoer verontreinigingen in contact komen met het laagdoorlaatfilter. De D7000 is echter ontworpen voor gebruik met verwisselbare objectieven en het is mogelijk dat bij het verwisselen van objectieven stof of vuil binnendringt.
  • Pagina 309 Onderhoud van de camera en batterij: waarschuwingen Niet laten vallen: blootstelling aan sterke schokken of trillingen kan tot storingen leiden. Droog houden: dit product is niet waterbestendig, onderdompeling in water of blootstelling aan een hoge luchtvochtigheid kan tot storing leiden. Roest van het interne mechanisme kan tot onherstelbare schade leiden.
  • Pagina 310 Opslag: u voorkomt de vorming van schimmel of meeldauw door de camera in een droge, goed geventileerde ruimte te bewaren. Gebruikt u een lichtnetadapter, trek dan de stekker uit het stopcontact om brand te voorkomen. Wanneer u niet van plan bent de camera binnen afzienbare tijd te gebruiken, verwijder dan de batterij om lekkage te voorkomen en berg de camera op in een plastic zak met een droogmiddel.
  • Pagina 311 • Laad de batterij op voordat u deze gebruikt. Als u foto’s van belangrijke gebeurtenissen maakt, zorg dan dat u een extra, volledig opgeladen EN-EL15 batterij bij de hand hebt. Afhankelijk van de locatie waar u zich bevindt, kan het soms moeilijk zijn om snel een vervangende batterij te kopen.
  • Pagina 312 Beschikbare instellingen Onderstaande tabel bevat de instellingen die in de diverse standen beschikbaar zijn. k, p, l, m, n, o, r, t, x, y, 1, 2, s, 0 u, v S, A, M ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔...
  • Pagina 313 k, p, l, m, n, o, r, t, x, y, 1, 2, s, 0 u, v S, A, M ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ a1:Selectie AF-C-prioriteit ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ a2:Selectie AF-S-prioriteit ✔...
  • Pagina 314 k, p, l, m, n, o, r, t, x, y, 1, 2, s, 0 u, v S, A, M ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ ✔ e1:Flitssynchronisatiesnelheid ✔ ✔ e2:Langste sluitertijd bij flits — — — — — —...
  • Pagina 315 In onderstaande lijst worden de standaardinstellingen voor de opties van de cameramenu’s getoond. Voor informatie over resets met twee knoppen, zie pagina 151. ❚❚ Standaardinstellingen van het weergavemenu Optie Standaard Optie Standaard Weergavemap D7000 Draai portret Beeld terugspelen Diashow Na verwijderen Toon volgende Tussenpauze 2 sec.
  • Pagina 316 ❚❚ Standaardinstellingen van het menu Persoonlijke instellingen Optie Standaard Optie Standaard a1 Selectie AF-C-prioriteit Ontspannen d1 Signaal a2 Selectie AF-S-prioriteit Scherpstelling Volume a3 Focus-tracking met Lock-On 3 (Normaal) Toonhoogte Hoog a4 Verlichting scherpstelpunt Automatisch d2 Rasterweergave in zoeker a5 Doorloop scherpstelpunt Geen doorloop d3 ISO tonen en aanpassen Beeldteller...
  • Pagina 317 ❚❚ Standaardinstellingen van het setup-menu Optie Standaard Optie Standaard Gebruikersinstellingen opslaan Tijdzone en datum Zomertijd Opnamestand standaardinstelling op P Automatische beeldrotatie LCD-helderheid Beeldsensor reinigen Meter automatisch uit Inschakelen Reinigen bij aan- en Cameraklok instellen via GPS Reinigen bij aan-/uitzetten uitzetten Uploaden via Eye-Fi Inschakelen HDMI...
  • Pagina 318 Belichtingsprogramma (Stand P) Het belichtingsprogramma voor stand P wordt weergegeven in de volgende grafiek: ISO 100; objectief met maximaal diafragma van f/1.4 en minimaal diafragma van f/16 (bijv. AF-S NIKKOR 50mm f/1.4G) f/1.4 f/2.8 f/5.6 f/11 f/16 f/22 f/32 30" 15" 8" 4" 2" 1" 8 15 30 60 125 250 500 1000 2000 4000 8000 Sluitertijd (seconden) De maximale en minimale LW-waarden zijn afhankelijk van de ISO-gevoeligheid.
  • Pagina 319 Problemen oplossen Functioneert de camera niet naar verwachting, kijk dan in de onderstaande lijst met veelvoorkomende problemen voordat u uw leverancier of Nikon-vertegenwoordiger raadpleegt. Weergavescherm Zoeker is onscherp: pas de scherpstelling van het zoekerbeeld aan of gebruik een optionele zoekercorrectielens (0 34, 281).
  • Pagina 320 Opname (alle standen) Het aanzetten van de camera duurt lang: wis bestanden of mappen. Ontspanknop uitgeschakeld: • Geheugenkaart is vergrendeld, vol of niet geplaatst (0 29, 32). • De ingebouwde flitser wordt opgeladen (0 39). • De camera is niet scherp gesteld (0 38). •...
  • Pagina 321 AF-hulpverlichting werkt niet: • AF-hulpverlichting brandt niet als AF-C is geselecteerd voor autofocusstand (0 91) of als continu servo-autofocus is geselecteerd wanneer de camera zich in de stand AF-A bevindt. Kies AF-S. Scherpstelvergrendeling geeft het beste resultaat wanneer een andere optie dan H (automatisch veld-AF) is geselecteerd voor AF-veldstand (0 94, 96).
  • Pagina 322 Kan de witbalans niet meten: onderwerp is te donker of te helder (0 125). Beeld kan niet worden geselecteerd als bron voor de vooringestelde witbalans: foto is niet gemaakt met de D7000 (0 126). Witbalansbracketing niet beschikbaar: • De optie NEF (RAW) of NEF+JPEG beeldkwaliteit is geselecteerd voor beeldkwaliteit (0 85).
  • Pagina 323 Weergave Delen van het beeld knipperen of er verschijnen opnamegegevens of grafieken op foto’s: druk op 1 of 3 om de weer te geven foto-informatie te selecteren of wijzig de instellingen voor Weergavestand (0 165, 197). NEF (RAW)-afbeelding wordt niet weergegeven: de foto is genomen met een beeldkwaliteit van NEF (RAW) + JPEG (0 85).
  • Pagina 324 NEF (RAW)-afbeeldingen worden op de computer anders weergegeven dan op de camera: software van derden geeft geen effecten van Picture Controls of actieve D-Lighting weer. Gebruik ViewNX 2 (meegeleverd) of optionele software van Nikon, zoals Capture NX 2 (los verkrijgbaar). Overige Opnamedatum klopt niet: stel de cameraklok in (0 27, 237).
  • Pagina 325 (knippert) (knippert) • De camera of het optionele • Vervang de batterij als deze MB-D11 battery pack bevat niet van Nikon is of laad de een volledig lege oplaadbare oplaadbare Li-ionbatterij op Li-ionbatterij of een batterij als deze bijna leeggelopen van een andere fabrikant.
  • Pagina 326 • Wis foto’s. (knippert) (knippert) instellingen of geen bestands- of • Plaats nieuwe mapnummer beschikbaar. geheugenkaart. Ontspan de sluiter. Als de storing zich blijft voordoen, Camerastoring. neemt u contact op met een — (knippert) door Nikon geautoriseerd servicecenter.
  • Pagina 327 Camera kan geen controleer of de Geen geheugenkaart. geheugenkaart vinden. geheugenkaart correct is geplaatst. • Geen toegang tot • Gebruik een door Nikon geheugenkaart. goedgekeurde kaart. • Controleer of de contacten — Kan deze schoon zijn. Als de kaart geheugenkaart niet beschadigd is, neemt u gebruiken.
  • Pagina 328 Aanduiding Bedienings Monitor paneel Probleem Oplossing Geen beelden op Selecteer een map met Map bevat geen geheugenkaart of in beelden in het menu — 29, 195 geselecteerde Weergavemap of vervang de beelden. weergavemap(pen). geheugenkaart. Selecteer een andere map of Alle beelden zijn Alle foto’s in de huidige gebruik Beeld verbergen om —...
  • Pagina 329 ❚❚ Nikon D7000 digitale camera Type Type Digitale spiegelreflexcamera Objectiefvatting Nikon F-vatting (met AF-koppeling en AF-contacten) Ca. 1,5 × brandpuntsafstand van de lens (Nikon DX-formaat) Effectieve beeldhoek Effectieve pixels 16,2 miljoen Effectieve pixels Beeldsensor CMOS sensor van 23,6 × 15,6 mm...
  • Pagina 330 Objectief Compatibele objectieven • DX AF NIKKOR: alle functies worden ondersteund • G- of D-type AF NIKKOR: alle functies worden ondersteund (bepaalde functies worden niet door PC Micro-NIKKOR ondersteund). IX NIKKOR- objectieven worden niet ondersteund. • Overige AF NIKKOR: alle functies worden ondersteund, behalve 3D- kleurenmatrixmeting II.
  • Pagina 331 ISO-gevoeligheid beschikbaar Automatisch, Extra hoog, Hoog, Normaal, Laag, Uit Actieve D-Lighting Scherpstelling Nikon Multi-CAM 4800DX autofocussensormodule met TTL-fasedetectie, Autofocus fijnafstelling, 39 scherpstelpunten (waaronder 9 kruissensoren) en AF- hulpverlichting (bereik van ca. 0,5–3 m) –1 – +19 LW (ISO 100, 20 °C)
  • Pagina 332 SB-700, SB-600 of SB-400 volledig is opgeladen; knippert 3 sec. nadat de flitser op volle sterkte heeft geflitst Standaard ISO 518 flitsschoencontact met synchronisatie en vergrendeling Accessoireschoentje Nikon Creatief Geavanceerde Draadloze Verlichting wordt ondersteund met ingebouwde Verlichtingssysteem flitser, SB-900, SB-800, SB-700 of SU-800 als commander en SB-900, SB-800, SB-700, SB-600 of SB-R200 op afstand;...
  • Pagina 333 Livebeeld Objectiefscherpstelling • Autofocus (AF): Enkelvoudige servo-AF (AF-S); fulltime servo-AF (AF-F) • Handmatige scherpstelling (M) Gezichtsprioriteit-AF, breedveld-AF, normaal veld-AF, AF met meevolgende AF-veldstand scherpstelling Autofocus Contrastdetectie-AF over het volledige beeld (camera selecteert automatisch het scherpstelpunt wanneer gezichtsprioriteit-AF of AF met meevolgende scherpstelling is gekozen) Film Lichtmeting...
  • Pagina 334 • Tenzij anders vermeld, hebben alle getallen betrekking op een camera met een volledig opgeladen batterij bij een omgevingstemperatuur van 20 °C. • Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en software die in deze handleiding worden beschreven op enig moment zonder voorafgaande aankondiging te wijzigen. Nikon kan niet aansprakelijk...
  • Pagina 335 Ca. 420 g Gewicht Nikon behoudt zich het recht voor de specificaties van de hardware en software die in deze handleiding worden beschreven op enig moment zonder voorafgaande aankondiging te wijzigen. Nikon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor schade die kan voortvloeien uit eventuele fouten in deze handleiding.
  • Pagina 336 ❚❚ De AF-S DX NIKKOR 18-105mm f/3.5-5.6G ED VR De AF-S DX NIKKOR 18-105mm f/3.5-5.6G ED VR is uitsluitend voor gebruik met Nikon DX- formaat digitale camera's. U bent verzekerd van superieure optische prestaties en beeldweergave door het gebruik van asferische objectiefelementen en elementen gemaakt voor het gebruik van extra lage dispersie (ED) glas om chromatisch aberratie te corrigeren.
  • Pagina 337 Meegeleverde accessoires • 67 mm opklikbare voorste objectiefdop LC-67 • Achterste objectiefdop • CL-1018 zacht objectiefetui • HB-32 bajonetkap (wordt bevestigd zoals rechts weergegeven) Optionele accessoires • Schroeffilters 67 mm • Achterste objectiefdop LF-1 of achterste objectiefdop LF-4 Opmerking over groothoekobjectieven Het kan in de volgende gevallen voorkomen dat autofocus met groothoek- en super groothoekobjectieven niet de gewenste resultaten geeft: 1 Het onderwerp is kleiner dan het scherpstelpunt.
  • Pagina 338 • Exif versie 2.3: de D7000 ondersteunt Exif (Exchangeable Image File Format for Digital Still Cameras) (Uitwisselbaar beeldbestandsformaat voor digitale fotocamera's) versie 2,3, een norm voor informatie die bij foto’s wordt opgeslagen.
  • Pagina 339 Goedgekeurde geheugenkaarten De volgende SD-geheugenkaarten werden getest en goedgekeurd voor gebruik met de D7000. Voor het opnemen van films worden kaarten met een klasse 6 schrijfsnelheid aanbevolen. Wanneer een kaart met een lagere schrijfsnelheid wordt gebruikt, kan de opname onverwacht worden beëindigd.
  • Pagina 340 Capaciteit geheugenkaart De volgende tabel toont het aantal foto’s bij benadering dat kan worden opgeslagen op een 8 GB SanDisk Extreme SDHC-kaart bij verschillende instellingen voor beeldkwaliteit en beeldformaat. Beeldkwaliteit Beeldformaat Bestandsgrootte Aantal beelden Buffercapaciteit NEF (RAW), Compressie zonder — 15,5 MB verlies, 12-bits NEF (RAW), Compressie zonder...
  • Pagina 341 • Door gebruik van een GP-1 GPS-eenheid • Vibratiereductie (VR) wordt toegepast bij VR-objectieven Let op het volgende als u de gebruiksduur van Nikon EN-EL15 oplaadbare batterijen optimaal wilt benutten: • Houd de batterijcontacten schoon. Bij vuile contacten kunnen de prestaties van de batterij afnemen.
  • Pagina 342 Index Symbolen 14-bits ............. 87 Autofocus ........ 50, 91–98 2.016-pixel RGB-sensor ....310 Autofocusstand (AF voor livebeeld/ S (Enkel beeld)........7, 77 3D-tracking........94, 95 film)............50 (Continu lage snelheid)..7, 77, 78, Autofocusstand (Livebeeld/fim-AF) .. (Continu hoge snelheid) .. 7, 77, 78 Automatisch (Witbalans) ....
  • Pagina 343 CEC ............194 Fisheye ..........261 Histogram......166, 167, 197 Centrumgericht .........105 Flexibel programma......68 Hoge ISO-ruisonderdrukking ..205 Centrumgerichte meting ....213 Flikkerreductie......53, 59, 237 Hoge lichten ......166, 197 Commanderstand......225 Flitsbereik..........147 Hoofdinstelschijf........13 Compatibel objectief.......269 Flitsbracketing......109, 228 Hoofdschakelaar ........2 Compressie zonder verlies (Type). 87 Flitscorrectie........148 Hoog (Gevoeligheid) .......
  • Pagina 344 Scherpstelring objectief ..25, 55, 99 USB..........180, 182 Scherpstelscherm ......309 Niet-CPU-objectief ......159 USB-kabel ........180, 182 Scherpstelstand ........50 Nikon Transfer 2 .......179, 180 UTC ........27, 162, 169 Scherpstelvergrendeling....97 Scherptediepte ........72 SD-geheugenkaart ..29, 32, 89, 319, Objectief....25, 26, 159, 246, 269 Vaste grootte (JPEG-compressie) ..87...
  • Pagina 345 Wanneer..........89 Warmfilter (Filtereffecten) .....254 Weergave........46, 163 Weergave-informatie .... 165, 197 Weergavemap........195 Weergavemenu .........195 Weergavestand........197 Wis alle beelden ........176 Wis geselecteerde beelden ...176 Wis huidig beeld ......47, 175 Wissen..........47, 175 Witbalans ........112, 117 Witbalans bracketing (Inst. voor auto bracketing) ......
  • Pagina 348 Deze handleiding mag op geen enkele manier volledig of gedeeltelijk (behalve voor korte citaten in kritische artikelen of besprekingen) worden gereproduceerd zonder de schriftelijke toestemming van NIKON CORPORATION. AMA13827 Gedrukt in Europa SB3A07(1F) 6MB1011F-07...