Benzine en olie
Voeg de juiste hoeveelheid stabilizer/conditioner aan
de benzine toe.
NB.:
Stabilizer/conditioner werkt het best
wanneer gemengd met verse benzine.
Om het risico van harsachtige
afzettingen in het brandstofsysteem tot
een minimum te beperken, voegt u
altijd stabilizer/conditioner aan de
benzine toe.
14
Brandstoftank met benzine
vullen
1.
Motor afzetten en parkeerrem in werking stellen.
2.
Omgeving van beide brandstoftankdoppen
reinigen en doppen afnemen. Beide
brandstoftanks vullen met loodvrije normaal-
benzine tot 6–13 mm (1/4–1/2") onder de
onderkant van de vulbuis. Deze ruimte is nodig
voor het uitzetten van de benzine. De
brandstoftanks nooit helemaal vullen.
3.
Tankdoppen terugplaatsen en goed vastzetten.
Gemorste benzine opvegen.
Motoroliepeil controleren
Voordat u de motor start en de machine gebruikt,
moet u het peil van de motorolie in het carter
controleren, zie: Motoroliepeil controleren,
pagina 46.