Het gebruik van de ingebouwde flitser
Het gebruik van de ingebouwde flitser in Basisgebruik
In de Basisgebruik-modi (behalve <I> <P> <S>) komt de
ingebouwde flitser automatisch te voorschijn en flitst onder slechte
lichtomstandigheden en bij tegenlicht.
Het gebruik van de ingebouwde flitser in Creatief gebruik
Bij een Creatief gebruik-modus drukt u op de knop <M > in om de
ingebouwde flitser automatisch naar boven te laten komen.
T
Selecteer de modus < T> voor volautomatische flitsopnamen.
De sluitertijd en diafragmawaarde worden net als bij de
(volautomatische) modus <Y > automatisch vastgesteld.
R
Selecteer de modus <R> om handmatig een sluitertijd trager
dan 1/200 seconde in te stellen.
Vervolgens stelt de camera automatisch de waarde voor de
flitseropening in zodat u een bij de sluitertijd passende belichting krijgt.
E
Selecteer de modus <E> om handmatig de
diafragmawaarde in te stellen.
Bij donkere achtergronden zoals een nachthemel, wordt een
trage synchronisatie ingesteld zodat zowel het onderwerp als
de achtergrond juist worden belicht. Het hoofdonderwerp
wordt eerst belicht door de flitser, terwijl de achtergrond wordt
vastgelegd met een langere belichting en een trage sluitertijd.
•
Omdat opnamen met automatische trage synchronisatie een
trage sluitertijd gebruiken, dient u altijd een statief te
gebruiken.
W
Selecteer de modus < W> om handmatig de sluitertijd en
diafragmawaarde in te stellen.
Het hoofdonderwerp wordt op de juiste wijze door de flitser
belicht. De tegenlicht varieert afhankelijk van de instellingen
voor sluitertijd en diafragma.
Q Het effect is hetzelfde als het gebruik van de flitser in de modus <T>.
80