Als autofocus niet werkt (handmatige focus)
Met autofocus lukt het niet altijd om het onderwerp scherp te stellen
(het focusbevestigingslampje <n> knippert) wanneer het
onderwerpen uit de volgende categorie betreft:
(a) Onderwerpen met weinig contrast (strakblauwe lucht, muren met
een effen kleur, enz.).
(b) Onderwerpen in slecht licht.
(c) Reflecterende onderwerpen met extreem tegenlicht (auto met
reflecterende carrosserie, enz.).
(d) Nabije en verre objecten die elkaar overlappen (dier in een kooi,
enz.).
In zulke gevallen handelt u als volgt:
1. Stel scherp op een object dat op dezelfde afstand staat als het
onderwerp, en vergrendel de focus vóórdat u de opname opnieuw
samenstelt.
2. Stel op de lensknop voor de focusinstelling in op <MF> en stel
handmatig scherp.
Handmatige focus
Focusring
•
Als u bij handmatige focus de ontspanknop half indrukt, lichten het
actieve AF-punt en het focusbevestigingslampje <n> in de zoeker op
wanneer scherpstelling is bereikt.
•
Als geen scherpstelling kan worden bereikt met het AF-hulplicht van
Speedlite, selecteert u het middelste AF-punt. Met een niet-gecentreerd
AF-punt is het wellicht niet mogelijk om scherpstelling te bereiken.
•
< AF> betekent autofocus.
•
< MF > betekent handmatige focus.
64
1
Stel op de lensknop voor de
focusinstelling in op <MF>.
2
Stel het onderwerp scherp.
•
Stel het beeld scherp door de focusring
op de lens te draaien totdat u het
onderwerp scherp in de zoeker ziet.