9. Als het formaat op het bedieningspaneel AANGEPAST is, is het ladeformaat ingesteld
Opmerking
U kunt worden gevraagd de papiergeleiders te verschuiven. Volg de instructies op het
bedieningspaneel.
10. Raak MILLIMETER of INCH aan.
11. Gebruik het numerieke toetsenbord om de X-afmeting (korte zijde) te selecteren.
12. Raak OK aan.
13. Gebruik het numerieke toetsenbord om de Y-afmeting (lange zijde) te selecteren.
14. Raak OK aan. INSTELLING OPGESL. verschijnt een ogenblik op het bedieningspaneel.
15. Raak AFSLUITEN aan om de instellingen te accepteren. De lade is klaar voor gebruik.
De laden configureren via het menu Papierverwerking
U kunt de soort en het formaat van het afdrukmateriaal instellen voor de invoerladen zonder
prompt op het bedieningspaneel van de MFP. Gebruik de volgende procedure voor toegang
tot het menu PAPIERVERWERKING en om de laden te configureren.
Het papierformaat voor een lade configureren
1. Raak Menu aan.
2. Raak PAPIERVERWERKING aan.
3. Raak LADE <N> FORMAAT aan.
4. Raak het geplaatste papierformaat aan.
5. Raak AFSLUITEN aan om de menu's te verlaten.
Afhankelijk van het formaat dat u hebt geselecteerd, wordt u mogelijk gevraagd de
Opmerking
papiergeleiders te verplaatsen. Volg de instructies op het bedieningspaneel en sluit
vervolgens de lade.
De papiersoort voor een lade configureren
1. Raak Menu aan.
2. Raak PAPIERVERWERKING aan.
3. Raak LADE <N> TYPE aan.
4. Raak de geplaatste papiersoort aan.
5. Raak AFSLUITEN aan om de menu's te verlaten.
NLWW
op ELK AANGEPAST. De lade kan voldoen aan elke afdruktaak voor aangepast
formaat, ook als de afmetingen van de afdruktaak verschillen van de afmetingen van het
afdrukmateriaal dat in de lade ligt. Als u wilt, kunt u de exacte afmetingen opgeven van
het afdrukmateriaal van aangepast formaat dat in de lade ligt. Als u de exacte
afmetingen opgeeft, worden deze weergegeven volgens het formaat in plaats van
AANGEPAST.
Raak AANGEPAST aan. Het menu MAATEENHEID verschijnt.
Het ladeformaat wordt weergegeven.
Invoerladen vullen
29