19
Onderhoud - transmissie
19.1
Ingangsaandrijvingen
1
2
Afb. 140
1)
Regelschroef / controleboring
3)
Vulschroef / vulboring
Interval voor oliecontrole en oliewissel: zie hoofdstuk Onderhoud "Onderhoudstabel"
Oliekwaliteit / Oliehoeveelheid: zie hoofdstuk technische gegevens "Smeerstoffen"
Oliepeilcontrole:
•
De controleschroef demonteren.
Het oliepeil moet tot aan het controleboring reiken.
Wanneer de olie tot de controleboring reikt:
•
De controleschroef met het aangegeven aandraaimoment monteren, zie hoofdstuk
Onderhoud, "Aandraaimomenten voor afsluitschroeven en ontluchtingsventielen op
aandrijvingen".
Wanneer de olie niet tot de controleboring reikt:
•
De vulschroef demonteren.
•
Tot de controleboring olie bijvullen via de controleboring.
•
De controleschroef en de vulschroef met het aangegeven aandraaimoment monteren, zie
hoofdstuk Onderhoud, "Aandraaimomenten voor afsluitschroeven en ontluchtingsventielen
op aandrijvingen".
Olie verversen:
Gelekte olie in een geschikte bak opvangen.
•
De olieaftapschroef uitdraaien en olie aflaten.
•
De controleschroef en de vulschroef eruit draaien.
•
De olieaftapschroef indraaien en stevig afdichtend aanhalen.
•
Nieuwe olie via de olievulboring tot aan de controleboring bijvullen.
•
De controleschroef en de vulschroef indraaien en stevig afdichtend aanhalen.
Onderhoud - transmissie
3
2)
Aftapschroef
TX000044_1
205