10.7
Bijlaadgewicht bepalen
Let er bij het ladne van de opraapwagen op dat niet alle materiaal dezelfde dichtheid heeft.
Om overbelading van de opraapwagen bij zwaar voer te voorkomen, moet als volgt te werk
worden gegaan:
Afb. 77
Bijlaadgewicht = toegestaan totaal gewicht (2) – aslast (leeg) (1)
•
De gegevens m.b.t. het toeg. totaal gewicht (2) bevinden zich op het typeplaatje (II), zie ook
hoofdstuk Technische gegevens.
•
De gegevens m.b.t. de aslast (leeg) (1) bevinden zich op het ALB-plaatje (I), zie ook
hoofdstuk Technische gegevens.
Soortelijk gewicht van het opraapmateriaal
De tabelwaarden geven richtwaarden voor het soortelijk gewicht van de gebruikelijke
opraapmaterialen.
TS-gehalte
Soortelijk gewicht
van het
opraapmateriaal
TS= droogsubstantie van het opraapmateriaal
Toegestaan laadvolume bepalen
•
Om het maximaal toegestane laadvolume te bepalen, de volgende formule toepassen:
maximaal toegestaan laadvolume = bijlaadgewicht: soortelijk gewicht van het laadgoed
•
De machine tot het berekende laadvolume vullen en daarbij rekening houden met de
overige algemene voorwaarden (technsiche gegevens, trekkergrootte, hellingpositie,
ondergrond etc.), zie hoofdstuk "Technische gegevens".
Grassilage "droog"
ca. 40%
ca. 250 kg/m³
Maschinenfabrik Bernard Krone GmbH
Heinrich-Krone-Str. 10 D-48480 Spelle
Grassilage
"vochtig"
ca. 30%
ca. 400 kg/m³
Bediening
Made in
Germany
ZX400079_2
Maissilage
ca. 30%
ca. 400 kg/m³
109