Ophanging
Smering ophanging
Smeer de voorste A-armen.
Gebruik synthetisch vet voor ophan-
gingen (Stuknr. 293 550 033) of gelijk-
waardig.
Er zitten twee smeerfittingen aan elke
A-arm.
vmo2008-019-041_a
TYPISCH — RECHTS
1. Smeerfittingen
Inspectie ophanging
Voorwielophanging
Inspecteer de voorschokdempers op
olielekkage en andere beschadigin-
gen. Controleer of de bevestigingen
stevig vastzitten. Raadpleeg indien
nodig een erkende Can-Am dealer.
Controleer de A-armen op barsten,
krombuiging of andere schade. Raad-
pleeg indien nodig een erkende
Can-Am dealer.
Achterwielophanging
Inspecteer de schokdempers op olie-
lekkage en andere beschadigingen.
Controleer of de bevestigingen ste-
vig vastzitten. Raadpleeg indien nodig
een erkende Can-Am dealer.
Controleer de wieldraagarmen op
vervorming, barsten of krombuiging.
Raadpleeg een erkende Can-Am dea-
ler als u een probleem vaststelt.
Wielen en banden
Bandenspanning
De bandenspanning heeft een gro-
te invloed op de besturing en sta-
biliteit van het voertuig. Door een
te lage spanning kan de band leeg-
lopen en loskomen van het wiel.
Bij overdruk kan de band sprin-
gen. Houd u altijd aan de aanbe-
volen bandenspanning. Gebruik
altijd een handpomp, aangezien
het banden van het lagedruktype
betreft.
Controleer de druk wanneer de ban-
den koud zijn voordat u het voertuig
gaat gebruiken. De bandendruk ver-
schilt naargelang de temperatuur en
de hoogte. Controleer de bandenspan-
ning opnieuw wanneer een van deze
factoren verandert.
Voor uw comfort zit er een drukmeter
in de gereedschapstas.
MAX.
235 kg
(517 lb)
_____________________
ONDERHOUDSPROCEDURES
WAARSCHUWING
BANDENSPANNING
VOOR-
AAN
34,5 kPa
MAX.
(5 PSI)
31 kPa
MIN.
(4,5 PSI)
ACH-
TER-
AAN
34,5 kPa
(5 PSI)
31 kPa
(4,5 PSI)
119