4
Koppel de vier slanglijnen los van het aspiratie-/decanteerstation. De lijnen zijn aan de ene
kant aangesloten op een aspiratie-/decanteersonde en aan de andere kant op een
verbindingsknop. Deze lijnen zijn vingervast aangedraaid en kunnen zonder gereedschap
worden losgedraaid.
Afbeelding 6-15 – Slangaansluitingen voor het aspiratie-/decanteerstation
5
Sluit de nieuwe slangen op elk van de aspiratie-/decanteersondes aan. Draai alle slangen
vingervast aan.
1 2 3 4
6 – Onderhoud
169