9.. Parkeer de auto op een veilige weg, zet de gevarendriehoek op een geschikte
plek en controleer de bandenspanningsgegevens op het centrale display. U
kunt voortrijden als de bandenspanning ≥2,2 bar is. Pomp de band op tot ≥2,2
bar als de bandenspanning te laag is, en rijd 3 tot 10 km (of ongeveer 5 tot 10
minuten) met de auto, langzamer dan 80 km/u. Controleer de
bandenspanning opnieuw. Als de bandenspanning nog steeds lager is dan 2,2
bar, dan betekent dit dat de band ernstig beschadigd is en dat het
afdichtmiddel het lek niet kan dichten. Parkeer de auto op een veilige plaats
en neem onmiddellijk contact op met NIO.
VOORZORG
•
Als de bandenspanning niet binnen 12 minuten op het aangegeven bereik
komt wanneer de band wordt gerepareerd, is de band ernstig beschadigd.
Parkeer de auto op een veilige plek en roep hulp in.
•
Een reparatie met bandafdichtmiddel is slechts een tijdelijke oplossing in
noodgevallen. Na het repareren van de band kun je tot 200 km of maximaal 3
dagen blijven rijden. Ga zo snel mogelijk naar de dichtstbijzijnde werkplaats
om de band te laten repareren en het bandafdichtmiddel te laten verwijderen.
•
Als de band met bandafdichtmiddel is gerepareerd, neem contact op met het
NIO Service Center om de slang van de opblaaspomp te laten vervangen.
Informatie over banden
441