Veiligheidsondersteuning van de auto
Geavanceerd bestuurderbewakingssysteem (ADMS)
Het geavanceerd bestuurderbewakingssysteem (ADMS) kan de rijstatus van de
bestuurder in de gaten houden.
Als deze functie is ingeschakeld en aan de voorwaarden voor activering wordt
voldaan, zal wanneer wordt gedetecteerd dat de bestuurder vermoeid of afgeleid
is, NOMI verschillende niveaus van waarschuwingen geven door middel van
expressies en geluiden. Het digitale instrumentenpaneel herinnert de bestuurder
tevens eraan zich te concentreren op het autorijden, en beschermt de veiligheid
van de bestuurder.
VOORZORG
Het geavanceerde bewakingssysteem voor de bestuurder kan niet onder alle
omstandigheden werken en is alleen ontworpen om het rijden te ondersteunen.
De bestuurder heeft altijd de eindverantwoordelijkheid bij het veilig rijden.
Daarom is het van groot belang dat u oplet tijdens het rijden en regelmatig
pauzes neemt. Wanneer een bestuurder wordt gewaarschuwd of zich vermoeid
voelt, moet hij/zij zijn/haar gedrag aanpassen of zo snel mogelijk veilig stoppen
om een pauze te nemen.
Als het geavanceerd bestuurderbewakingssysteem (ADMS) is uitgeschakeld,
kunnen de functies die vallen onder de geavanceerd rijhulpsystemen, zoals de
rijstrookcentrering (LCC) en de adaptieve cruisecontrol (ACC), niet worden gebruikt
of worden uitgeschakeld.
Nadat de bestuurder het stuurwiel heeft versteld, moet de functie kort opnieuw
worden gekalibreerd, waarbij het functiestoringslampje van het geavanceerd
bestuurderbewakingssysteem (ADMS) gaat branden.
283