05 Sloten en alarm
Alarm (optie)
Beperkt alarmniveau
1
2
05
1. Safelock-functie en alarmsensoren
deactiveren.
2. Geen functie.
Om te voorkomen dat het alarm per ongeluk
afgaat, bijvoorbeeld op een veerboot, kunt u
de bewegingsmelder en de niveausensoren
tijdelijk uitschakelen.
– Draai de contactsleutel naar stand II en
vervolgens terug naar stand 0 . Neem de
sleutel uit.
– Druk op de knop (1). Het lampje in de knop
blijft branden, totdat u de auto vergrendelt.
Zolang de sleutel in het contact steekt (of tot
één minuut na het uitnemen van de sleutel),
staat er een melding op het display.
114
Bij auto's met Safelock-functie wordt ook
deze functie gedeactiveerd (zie pagina 110).
De volgende keer dat u de motor start, worden
de sensoren alsmede de Safelock-functie
weer geactiveerd.