Welke testen wanneer en hoe uitvoeren
Tabel 4
M1350A/B/C - Testblokken
Testblok
Visueel
Inschakelen
Veiligheidstesten
(1) tot (4)
Functionaliteit
Systeem
Hoofdstuk 3 - Gebruiksklaar maken
De volgende tabel geeft een overzicht van welke testen en inspecties er
nodig zijn en wanneer deze uitgevoerd moeten worden.
Test of uit te voeren inspectie
Inspecter het apparaat, de transducers en
kabels op tekenen van beschadiging.
Zijn ze onbeschadigd?
Schakel het apparaat aan.
Wordt de zelftest succesvol voltooid? (zie
"Zelftesten" op pagina 163 voor details)
Voer de veiligheidstesten (1) tot (4) uit, zoals
beschreven in de Service Guide, voor het
instrument op zich, volgens de lokaal geldende
richtlijnen en telkens wanneer u apparaten
combineert om een systeem te vormen, of als
u systeem onderdelen uitwisselt.
Voer de parameter testen bij alle parameters
uit (zie "Parametertest" op pagina 165).
Verlopen deze testen zonder fouten?
Voer de systeemtest volgens IEC 60601-1-1
uit, indien van toepassing, na het combineren
van apparatuur om een systeem te vormen
(zie "Systeemtest" op pagina 40).
Voor test en inspectie informatie met betrekking tot reparaties, upgrades
en alle overige service handelingen kunt u de Service Guide raadplegen.
Welke testen wanneer en hoe uitvoeren
In welk geval?
Bij installatie en bij
preventief onderhoud
Bij installatie en bij
preventief onderhoud
Bij installatie
Bij installatie en bij
preventief onderhoud
Bij combineren van
systeem componenten
29