FUNcTIE STOp AND START
1
2
Inschakelen, uitschakelen van
de functie
Druk de schakelaar 1 in om de functie uit te
schakelen. De boodschap "Stop & start niet
actief" verschijnt op het instrumentenpaneel
en het controlelampje 2 in de schakelaar
licht op.
Met nog een keer indrukken schakelt het
systeem weer in. De boodschap "Stop &
start actief" verschijnt op het instrumenten-
paneel en het controlelampje 2 in de scha-
kelaar 1 dooft.
2.8
(3/3)
Het systeem wordt automatisch weer in-
geschakeld bij elke vrijwillige start van het
voertuig door het indrukken van de startknop
(raadpleeg de paragraaf "Starten, stoppen
van de motor").
Bijzonderheid: als de motor op stand-by
staat en op de schakelaar 1 wordt gedrukt,
wordt de motor automatisch opnieuw ge-
start.
Voordat u uit de auto stapt,
moet u het contact verbre-
ken door de stopknop van de
motor in te drukken (raadpleeg
de paragraaf "Starten, stoppen van de
motor").
Storingen
Wanneer de boodschap "Stop & start contro-
leren" op het instrumentenpaneel verschijnt
en tegelijkertijd het controlelampje 2 in de
schakelaar 1 oplicht, wordt het systeem uit-
geschakeld.
Raadpleeg een merkdealer.
Als de functie Stop and Start is
geactiveerd, kan in noodgeval-
len de motor opnieuw worden
gestart door het koppelingspe-
daal in te drukken.