STARTEN, STOppEN VAN DE mOTOR
1
2
RENAULT card
afstandsbediening
Als u bent ingestapt, steekt u de RENAULT
card met de geïntegreerde sleutel naar u toe
gericht, zo diep mogelijk in de kaartlezer 2.
Om te starten, drukt u op de knop 1. Als een
versnelling ingeschakeld is, is het indrukken
van het koppelingspedaal voldoende om te
kunnen starten.
(1/3)
3
"Handsfree" RENAULT card
De RENAULT card moet zich in de kaartle-
zer 2 of binnen de detectiezone 3 bevinden.
Om te starten drukt u op het rempedaal
of het koppelingspedaal en drukt u op de
knop 1. Als een versnelling ingeschakeld is,
is het indrukken van het koppelingspedaal
voldoende om te kunnen starten.
Wegrijden
Auto's met automatische transmissie
De hendel moet in stand p staan.
Voor alle auto's:
– als aan een van de startvoorwaarden niet
voldaan wordt, verschijnt de boodschap
"Druk op rem + START" of "Ontkoppel +
START" of "Selecteer stand P" op het in-
strumentenpaneel.
– In sommige gevallen moet het stuurwiel
worden bewogen bij het indrukken van de
startknop 1 om het ontgrendelen van de
stuurkolom mogelijk te maken, de bood-
schap "Draai stuurwiel + START" waar-
schuwt u.
Bijzonderheid: Indien u de motor start bij
erg lage buitentemperatuur (kouder dan
-10 °C): houd het koppelingspedaal inge-
drukt tot de motor start.
Starten met geopende
achterklep (in handsfree stand)
In dat geval mag de RENAULT card zich niet
in bagageruimte bevinden.
2.3