AUTOmATIScHE TRANSmISSIE
Stand automatisch
Zet de hendel 1 in stand D.
U hoeft de selecteurhendel niet meer te ver-
plaatsen. Er wordt automatisch geschakeld
in overeenstemming met de belasting van
de auto, de hoeveelheid gas die u geeft en
de helling van de weg.
Zuinig rijden
Laat de selecteurhendel voor normaal ge-
bruik in stand D staan. Als het gaspedaal
iets wordt ingedrukt, schakelt de transmis-
sie bij een lage snelheid naar de volgende
versnelling.
Accelereren en inhalen
Druk het gaspedaal snel en diep in (voorbij
het zware punt van het pedaal).
Hierdoor wordt, binnen de mogelijkhe-
den van de motor, teruggeschakeld naar
de optimale versnelling.
2.30
(2/3)
Stand handgeschakeld
De selecteurhendel 1 in stand D, beweeg de
hendel naar links. Door de hendel even te
verplaatsen, kunt u handmatig de versnellin-
gen bedienen:
– om naar een lagere versnelling te scha-
kelen, duwt u de hendel even naar voren.
– om naar een hogere versnelling te scha-
kelen, trekt u de hendel even naar achte-
ren.
De ingeschakelde versnelling verschijnt op
het display op het instrumentenpaneel.
Bijzondere gevallen
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoor-
beeld ter bescherming van de motor, bij
werking van het elektronisch stabiliteitspro-
gramma: ESP) kiest de transmissie tijdens
het rijden toch automatisch de juiste versnel-
ling.
Ook kan, om verkeerde manoeuvres te
voorkomen, het schakelen door het systeem
geweigerd worden. In dit geval knippert de
aanduiding van de versnelling enkele secon-
des om u te waarschuwen.
Bijzondere omstandigheden
– Als door de helling van de weg of in
bochten de automatische werking niet
gehandhaafd kan worden (bijv. in de
bergen) is het raadzaam om op hand-
matig schakelen over te gaan. Hiermee
voorkomt u het automatisch achter elkaar
schakelen door de versnellingsbak bij
stijgen en is het mogelijk op de motor te
remmen bij lange afdalingen.
– Om bij erg koud weer te voorkomen dat
de motor afslaat, raden wij u aan na het
starten van de motor even te wachten
voordat u de hendel verplaatst van p of
N naar D of R.
– Bij een auto zonder tractiecontrole is
het beter om, op een glad wegdek of bij
weinig grip, over te gaan op handmatig
schakelen en de tweede versnelling in
te schakelen voordat u gas geeft, om te
voorkomen dat de wielen doorslippen.
Bij zeer koud weer kan het systeem het
handmatig schakelen verbieden zolang
de versnellingsbak de juiste temperatuur
nog niet heeft bereikt.