Download Print deze pagina

Renault CLIO 2012 Instructieboekje pagina 44

Verberg thumbnails Zie ook voor CLIO 2012:

Advertenties

KINDERVEILIGHEID: installatie van het kinderzitje
Overzicht van de installatie vijfdeursuitvoering en
breakuitvoering
³
Controleer de staat van de airbag
voordat u een passagier laat plaatsnemen of
een kinderzitje installeert.
L E V E N S G E VA A R
GEVAAR
VAN
LETSEL: controleer voordat
u een kinderzitje op de plaats
van de passagier voorin installeert, of de
airbag wel is uitgeschakeld (raadpleeg
de paragraaf "Kinderveiligheid: uitscha-
kelen, inschakelen van de passagier-
sairbagairbag voorin" in hoofdstuk 1).
1.38
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
gordel
¬
Plaats toegelaten voor de bevesti-
ging met de gordel van een als "Universeel"
goedgekeurd zitje;
Plaats toegelaten voor de beves-
O F
tiging met de gordel van uitsluitend een
ERNSTIG
achterstevoren geplaatst kinderzitje dat
goedgekeurd is als "Universeel".
Door het gebruik van een niet bij de auto passend kinderveiligheidssysteem wordt
de baby of het kind niet correct beschermd. Het kan ernstig of zelfs dodelijk letsel
oplopen.
(4/6)
Kinderzitje bevestigd met behulp van de
ISOFIX bevestiging
ü
toegelaten.
±
van een verankering voor de bevestiging
van een universeel ISOFIX kinderzitje voor-
uit. De verankeringen bevinden zich voor de
stoelen achterin in de kofferbak en voor de
stoelen voorin op de rugleuning van de stoel.
De grootte van een ISOFIX kinderzitje wordt
aangegeven door een letter:
– A, B en B1: voor zitjes vooruit van groep 1
(van 9 tot 18 kg);
– C en D: kuipzitjes of zitjes achterstevoren
van groep 0+ (onder 13 kg) of van
groep 1 (van 9 tot 18 kg);
– E: kuipzitjes achterstevoren van groep 0
(onder 10 kg) of 0 + (onder 13 kg);
– F en G: reiswiegen van groep 0 (onder
10 kg).
Plaats waar een ISOFIX kinderzitje is
De zitplaatsen achterin zijn voorzien

Advertenties

loading