TEMP-bewaking
Meting behouden of vergrendelen: De
meetwaarde blijft 30 seconden lang op het
LED-display staan nadat de knop is losgelaten.
Bij het meten van de kamertemperatuur blijft de
temperatuur slechts 5 seconden op het LED-
display staan.
Opnieuw starten: Druk op de AAN-knop om
opnieuw te starten. Het is niet nodig te wachten
tot het LED-display leeg is; de thermometer
begint onmiddellijk met een nieuwe scan
telkens wanneer de AAN-knop wordt ingedrukt.
Alternatieve locaties wanneer arteria
temporalis en de plaats achter het oor niet
beschikbaar zijn
Arteria femoralis: schuif de scanner langzaam
over de lies.
Arteria thoracica lateralis: scan langzaam
van de ene naar de andere kant in het gebied -
halverwege de oksel en de tepel.
Meetprocedure
Meet alleen de zijde van het hoofd die aan de
omgeving is blootgesteld. Alles dat het te meten
gebied bedekt (haar, hoed, pruik, verband, enz.)
zou het gebied isoleren, wat leidt tot onjuiste hoge
meetwaarden.
Schuif de thermometer recht over het voorhoofd,
niet langs de zijkant van het gezicht. Op de
middellijn op het voorhoofd bevindt de AT zich
ongeveer een millimeter onder de huid, terwijl de
AT aan de zijkant van het gezicht veel dieper ligt en
het meten daarvan zou leiden tot onjuiste lage
waarden.
Wacht ongeveer 30 seconden voordat u dezelfde
persoon opnieuw meet, om overmatige koeling van
de huid te voorkomen.
128
Een baby wordt vaak gewikkeld in dekens en
kleding die het halsgebied bedekken. Tenzij de
patiënt zichtbaar transpireert is doorgaans slechts
één meting in het AT-gebied nodig. Als de gebruiker
het gevoel heeft dat de temperatuur laag is, moet
hij/zij kleding of dekens die het halsgebied
bedekken ongeveer 30 seconden of langer opzij
schuiven en de meting herhalen op de nek achter
het oor.
Factoren die de meetnauwkeurigheid kunnen
beïnvloeden
Transpiratie
Wanneer koorts verdwijnt, kan transpiratie de
lichaamstemperatuur verlagen. De
temperatuurscanner detecteert deze
temperatuurdaling onmiddellijk. Transpiratie
veroorzaakt echter ook extra koeling van de huid.
Hierdoor kan de door de temperatuurscanner
gemeten waarde laag zijn. De gebruiker moet
daarom wachten tot het transpireren is gestopt (het
afvegen van het voorhoofd wordt niet aanbevolen,
omdat het transpireren daarna onmiddellijk
opnieuw begint), of de volgende methode
gebruiken:
1 Scan de temperatuur zoals gebruikelijk en houd
de knop ingedrukt;
2 Duw de temperatuurscanner voorzichtig op de
nek direct achter de oorlel;
3 Laat de knop los en lees de temperatuur af.
De slagader achter de oorlel geeft onvoldoende
nauwkeurige meetwaarden. Dit gebied wordt
echter minder beïnvloed door transpiratie dan het
voorhoofd. Bovendien zorgt een verhoogde
bloedstroom tijdens het transpireren voor hogere
huidtemperaturen, gelijk aan de AT-temperatuur,
wat resulteert in een correcte weerspiegeling van
de lichaamstemperatuur.
Omgevingseffecten
De temperatuurscanner meet de temperatuur van
de omgeving. Om deze meting nauwkeurig te laten
zijn, moet de scanner acclimatiseren, d.w.z.
gewend raken aan de temperatuur van de ruimte
waarin deze moet worden gebruikt.
Gebruiksaanwijzing Vista 120 SC SW 1.n