De volgende gebeurtenissen doen zich voor (zie Afb. 43):
A. De functie belastingsmonitor wordt geactiveerd als de
ingestelde startvertragingstijd (30 seconden) is verstreken.
B. Het maximale vooralarmniveau wordt overschreden en
dat geeft meteen een waarschuwingsmelding: "Mon
MaxVrAl", omdat er geen alarmvertraging is in dit geval.
C. Het maximale alarmniveau is overschreden.
D. Als de ingestelde maximale vertragingstijd voor het
alarm (3 seconden) is verstreken, wordt de ingestelde
maximale alarmactie uitgevoerd, een harde trip, zoals
ingesteld in menu [4111].
P
last
30 s.
Afb. 43 Voorbeeld 2: Functie belastingsmonitor Autoset.
7.3.5 Reset en autoreset
Als de softstarter wordt getript vanwege een storing, moet er
een resetcommando worden gegeven om de softstarter
opnieuw te kunnen starten. Het resetcommando kan komen
van een van de geselecteerde bronnen in menu [216]
"Resetsignaal" of automatisch worden genegeerd via
instellingen in menugroep [250]. "Autoreset"
Voor de volgende uitleg is het belangrijk om onderscheid te
maken tussen "reset" en "herstart". "Reset" betekent dat de
softstarter niet meer in een getripte toestand is, zoals
bevestigd door het verdwijnen van de alarmmelding op het
display en het uitschakelen van de LED. Als de werking is
onderbroken door een getripte conditie, wordt de softstarter
voorbereid op een herstart.
Als er zich een alarm voordoet waarvoor de alarmactie is
geconfigureerd voor "Waarschuwing" (zie beschrijving voor
alarmacties in Tabel 23, pagina 55), dan wordt de indicatie
automatisch verwijderd zodra de waarschuwingsconditie
verdwijnt, dus er is geen resetcommando nodig.
Als de werking is onderbroken door een trip, moeten er
mogelijk een resetsignaal en een nieuw startsignaal worden
gegeven om de motor weer te starten.
60
Belangrijkste kenmerken
Handmatige reset
De besturingsbron voor het resetsignaal wordt gekozen in
[216] "Resetsignaal". De toets RESET op het bedienpaneel
wordt geactiveerd door een van de alternatieven voor het
toetsenbord te kiezen (standaard ingeschakeld).
Bij besturing via een digitale ingang [520] of via virtuele I/O
[560] wordt dit ingesteld door het signaal "Reset" te kiezen.
Er kan een uitgangssignaal worden ingesteld door een relais
in te stellen [550] op "ManRst Trip" wat worden
gedefinieerd als een actieve tripconditie die handmatig moet
worden gereset.
Max
Voor-Max
Autoreset
Normaal
Voor een aantal alarmen kan er automatisch een
resetcommando worden gegenereerd om de storingsconditie
te verhelpen. Als alle andere condities normaal zijn, probeert
de softstarter de werking te herstarten (zie waarschuwing
hierboven). Alleen als een storing blijft terugkomen en zich
herhaalt op vaste tijden en daarom niet kan worden
opgelost, geeft de eenheid een alarm als indicatie voor
Tijd
3 s.
de operator.
De functie Autoreset kan worden ingesteld in
menugroep [250] Autoreset, met submenu's voor Autoreset
Motorbeveiliging [252], Autoreset communicatiefout [253],
Autoreset procesbeveiliging [254], Autoreset softstarter-
beveiliging [255] en Autoreset netspanningsfout [256].
Mogelijkheid 1
U kunt de functie Autoreset inschakelen door "Reset" op
een van de [520] Digitale ingangen te kiezen. De resetingang
moet constant zijn geactiveerd.
Mogelijkheid 2
U kunt de functie Autoreset activeren via Virtueel I/O [560]
door "Reset" te selecteren in het bestemmingsmenu voor de
interne aansluiting. De bron verbinding moet actief zijn
(hoog).
In de menu's voor Relais [550] kan er een uitgangssignaal
van de trip voor Autoreset worden ingesteld, "AutoRst Trip".
Het relais is geactiveerd als het maximaal aantal autoresets is
bereikt.
U vindt meer informatie over externe resetbesturing in
Hoofdstuk 7.5.3, pagina 62.
U kunt de functie Autoreset activeren door Toegestane
pogingen Autoreset in [2511] in te stellen. Als het maximale
aantal autoresets is bereikt, blijft de softstarter in de
storingsconditie, wat betekent dat er externe ondersteuning
nodig is. U vindt meer informatie over de teller voor de
Autoreset in "Pogingen voor automatische reset [251]" op
pagina 82.
WAARSCHUWING!
Als het ingangssignaal Run Rechts/Run
Links actief is (hoog) en de startmodus met
niveausturing is geselecteerd, start de
motor met het resetcommando.
Let wel dat "niveaubesturing" niet voldoet
aan de Machinerichtlijn.
CG Drives & Automation, 01-5980-03r1