Het begin van het opladen wordt
aangegeven door het groen knip‐
peren van het statuslampje op de
oplaadaansluiting en op de regel‐
eenheid van de oplaadkabel mits
aanwezig.
Zodra er wordt opgeladen, wordt de
autostekker in de oplaadaansluiting
vergrendeld en kan tijdens het opla‐
den niet worden ontkoppeld. Het
lampje - brandt.
Oplaadmethoden 3 297.
De oplaadprocedure buiten
werking stellen
Let op
Bij openbare oplaadpalen kan het
buiten werking stellen en vervolgens
hervatten van de oplaadprocedure
extra kosten met zich meebrengen.
Zodra het opladen is gestart, kan
alleen het bestuurdersportier
worden ontgrendeld zonder het
opladen buiten werking te stellen.
Activeer daarom de functie Alleen
bestuurdersportier in Persoonlijke
instellingen.
Druk op < op de afstandsbediening
om de oplaadprocedure te allen tijde
buiten werking te stellen.
Druk twee keer op < om de oplaad‐
procedure te allen tijde buiten
werking te stellen als de functie
Alleen bestuurdersportier in Persoon‐
lijke instellingen geactiveerd is.
Centrale vergrendeling 3 10.
Persoonlijke instellingen 3 111.
Rijden en bediening
Opladen stoppen
De hoogspanningsaccu is volledig
opgeladen als het statuslampje op de
oplaadaansluiting ononderbroken
groen brandt.
1. Ontgrendel de auto voordat u de
autostekker uit de oplaadaanslui‐
ting ontgrendelt.
Als de auto al is ontgrendeld,
vergrendelt u de auto en ontgren‐
delt u deze weer.
2. Ontkoppel de autostekker van de
oplaadkabel binnen 30 seconden
na het ontgrendelen van de oplaa‐
daansluiting.
303