Selecteer Extern apparaat zoeken via
Bluetooth en druk op OK. Zodra het
apparaat wordt gedetecteerd,
verschijnt de lijst Gedecteerde
externe apparatuur.
● Als SSP (secure simple pairing)
wordt ondersteund: Bevestig de
berichten op het Infotainment‐
systeem en het Bluetooth-appa‐
raat.
● Als SSP (secure simple pairing)
niet wordt ondersteund: Op het
Infotainmentsysteem: er
verschijnt een bericht waarin u
wordt gevraagd om een pincode
op uw Bluetooth-apparaat in te
voeren. Op het Bluetooth-appa‐
raat: voer de pincode in en
bevestig de ingevoerde gege‐
vens.
Het apparaat wordt automatisch
verbonden. Boven aan het scherm
verandert het Bluetooth-symbool: De
X van het symbool wordt onderdrukt
en N verschijnt.
Let op
Het telefoonboek van uw mobiele
telefoon wordt automatisch gedown‐
load. De presentatie en volgorde
van de telefoonboekvermeldingen
kunnen op het display van het Info‐
tainmentsysteem en op het display
van de mobiele telefoon verschillend
zijn.
Na het tot stand komen van de Blue‐
tooth-verbinding: als er een ander
Bluetooth-apparaat was verbonden
met het Infotainmentsysteem, wordt
dat apparaat nu losgekoppeld van het
systeem.
Als de Bluetooth-verbinding mislukt:
start de bovenstaande procedure
nogmaals of raadpleeg de gebruiks‐
aanwijzing van het Bluetooth-appa‐
raat.
Een ander gekoppeld apparaat
verbinden
Activeer de Bluetooth-functie van het
Bluetooth-apparaat. Voor nadere
informatie verwijzen we u naar de
gebruiksaanwijzing van het Blue‐
tooth-apparaat.
Druk op MENU, selecteer
Verbindingen en druk op OK.
Infotainmentsysteem
Selecteer Beheer Bluetooth-
verbindingen en druk op OK. Er
verschijnt een lijst met alle Bluetooth-
apparaten die op dat moment aan het
Infotainmentsysteem gekoppeld zijn.
Let op
Het op dat moment met het Infotain‐
mentsysteem verbonden Bluetooth-
apparaat wordt aangeduid met ¥.
Selecteer het gewenste apparaat en
druk op OK om een verbinding te
maken.
Een apparaat loskoppelen
Druk op MENU, selecteer
Verbindingen en druk op OK.
Selecteer Beheer Bluetooth-
verbindingen en druk op OK. Er
verschijnt een lijst met alle Bluetooth-
apparaten die op dat moment aan het
Infotainmentsysteem gekoppeld zijn.
Let op
Het op dat moment met het Infotain‐
mentsysteem verbonden Bluetooth-
apparaat wordt aangeduid met ¥.
Selecteer het apparaat dat op dat
moment verbonden is met het Info‐
tainmentsysteem.
209