224
Klimaatregeling
Als er een terugkerende verwar‐
ming/ventilatie wordt geprogram‐
meerd en er twee verwarmings-/
ventilatieprocedures worden uitge‐
voerd zonder dat de auto ingescha‐
keld is, wordt de programmering
uitgeschakeld.
Programmeren via
infotainmentsysteem
De interieurvoorbehandelingsfunctie
temperatuur is te programmeren met
behulp van het infotainmentsysteem.
Er kunnen twee timers worden inge‐
steld. Met een timer stelt u de tijd in
wanneer het interieur van de auto
moet worden verwarmd/geventileerd
tot een af fabriek ingestelde tempera‐
tuur.
Beperkingen:
● Er kan slechts één timer worden
geactiveerd.
● Als er twee timers zijn ingesteld
en de geactiveerde timer buiten
werking wordt gesteld, wordt de
inactieve timer niet automatisch
geactiveerd. De timer moet hand‐
matig worden geactiveerd.
● Als er slechts één timer is inge‐
steld en geactiveerd, wordt de
timer voor de volgende dag
buiten werking gesteld. De timer
moet weer worden geactiveerd.
Radio (Infotainment-systeem)
Druk op MENU om de menupagina te
openen.
Druk op Verwarmen of Ventileren.
Druk op H of I om de gewenste
timer te selecteren. Bevestig met OK.
Stel de gewenste tijd van de timer in:
Druk op 7 of 8 om de gewenste
waarde in te stellen. Bevestig met
OK.
Druk voor het instellen van de timer
op H of I om OK op het display te
selecteren. Bevestig met OK.
Multimedia / Multimedia Navi
Druk op d.
Temperatuur|conditionering indruk‐
ken.
Activeer Temperatuur|conditionering
door op ON te drukken.
Instellingen indrukken.
Selecteer Verwarming of Ventilatie.
Druk op Tijd 1 of Tijd 2 om de gewen‐
ste timer te selecteren.
Definieer de tijd van de gewenste
timer.
Druk op 6 om de instellingen op te
slaan en de timer in te stellen.