❒ De sensor signaleert een niet bestaand object ("echo-
storing"); dit wordt veroorzaakt door mechanische
storingen, bijvoorbeeld: wassen van de auto, regen (met
veel wind) en hagel.
❒ De metingen van de sensor kunnen beïnvloed worden/
zijn door ultrasone systemen (bijv. luchtdrukremmen van
vrachtwagens of pneumatische hamers) die zich in de
nabijheid bevinden.
❒ De prestaties van het parkeerhulpsysteem kunnen ook
beïnvloed worden door de positie van de sensoren.
Bijvoorbeeld als de stand van de auto wordt gewijzigd
(door slijtage van schokdempers, wielophanging) of door
de banden te verwisselen, de auto te zwaar te beladen of
door speciale aanpassingen waardoor de auto verlaagd
wordt.
❒ Obstakels aan de bovenzijde van de auto (in het
bijzonder bij bestel- of chassis/cabine-uitvoeringen)
kunnen niet gesignaleerd worden omdat het systeem
obstakels signaleert die de auto aan de onderzijde
kunnen raken.
AUTORADIO
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Raadpleeg voor de werking van de autoradio het supplement
dat bij dit Instructieboek is geleverd.
INBOUWVOORBEREIDING autoradio
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
Het pakket bestaat uit:
❒ kabels voor voeding van de autoradio;
❒ kabels voor aansluiting van de luidsprekers voor;
❒ kabel voor voeding van de antenne;
❒ 2 tweeter luidsprekers A in de voorstijlen met elk een
piekvermogen van 30W fig. 137;
❒ 2 mid-woofer luidsprekers B in de voorportieren, met
een diameter van 165 mm en met elk een piekvermogen
van 40W fig. 138;
❒ antennekabel voor radio.
fig. 137
WEGWIJS
IN UW AUTO
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
LAMPJES
EN MELDINGEN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
F0N0157m
123