3.5 Wat te doen wanneer er een alarm optreedt
Handel als volgt wanneer een alarm optreedt:
1.
Wanneer er een alarm optreedt, observeert u altijd eerst de patiënt en zorgt u dat voldoende beademing
en zuurstoftoevoer (indien van toepassing) beschikbaar zijn.
2.
Let op de alarmindicatoren en luister of u het hoorbare alarm van de alarmindicator/
geluidonderbrekingsknop hoort; controleer ook of de led constant brandt of knippert (rood of geel).
3.
Let op het scherm om te zien welk alarmbericht op het scherm verschijnt en of het rood of geel
gemarkeerd is.
4.
Druk op de alarmindicator/geluidonderbrekingsknop om het hoorbare alarm tijdelijk te onderdrukken.
Er verschijnt een zichtbare indicator (
Ingeval van stroomuitval gebruikt u de alarmindicator/geluidonderbrekingsknop om het alarm zowel te
onderdrukken als te beëindigen.
5.
Zoek het alarm op in de beschrijving van alarmen verderop in dit hoofdstuk om de oorzaak van het alarm
en de toepasselijke handeling vast te stellen.
3.6 Tabel met overzicht van alarmen
De volgende tabellen bevatten een overzicht van de alarmen met hoge, matige en lage prioriteit, en
informatieberichten.
3.6.1 Alarmen van de patiënt (door de gebruiker in te stellen)
Alarm
Prioriteit
Circuit
Hoog
losgekoppeld
Apneu
Hoog
Hoge
Hoog
ademsnelheid
). Of druk op de linkerknop (Resetten) om het alarm te resetten.
Geluids-
Zichtbare
signaal
indicatoren
Rood knipperende
knop; bericht Circuit
losgekoppeld
Rood knipperende
knop; bericht Apneu
Rood knipperende
knop; bericht Hoge
ademsnelheid
Actie van het
Actie van de gebruiker
apparaat
Werkt
Sluit het patiëntcircuit weer aan of
repareer het lek. Als het probleem
aanhoudt, neemt u contact op met
uw apparatuuraanbieder. Als de
situatie van het apparaat met het
losgekoppelde circuit niet wordt
beëindigd, gaat u over op een
andere beademingsbron.
Werkt
Rapporteer het alarm aan uw
apparatuuraanbieder. Blijf het
apparaat gebruiken.
Werkt
Blijf het apparaat gebruiken.
Als het probleem aanhoudt,
neemt u contact op met uw
apparatuuraanbieder.
Hoofdstuk 3 Alarmen van het beademingsapparaat
25