Bediening
2. Selecteer Ontgrendelen.
Het vergrendelsymbool verdwijnt en de parameter kan weer worden verschoven
zoals eerst.
z
U ontgrendelt alle parameters als volgt:
1. Selecteer een parameter als een parameter op het scherm is vergrendeld.
Het parametermenu wordt weergegeven (Afbeelding 5-36).
2. Selecteer Alle ontgrendelen.
Alle slotpictogrammen verdwijnen. U kunt opnieuw door alle vergrendelde
parameters schuiven.
z
U kunt een parameter als volgt schalen:
1. Selecteer een parameter.
Het parametermenu wordt weergegeven (Afbeelding 5-37).
2. Selecteer Schaal.
De minimum- en maximumgrafiekwaarden worden opnieuw ingesteld.
Afbeelding 5-35
Voorbeeld van het parametermenu
Afbeelding 5-36
Voorbeeld van het parametermenu
Afbeelding 5-37
Voorbeeld van het parametermenu
46
Data grafisch weergeven