De patiënt op de console aansluiten
WAARSCHUWING. Controleer eerst of de console werkt. Zorg dat de console naar behoren werkt
en begin met voorkoelen of voorverwarmen (indien van toepassing) voordat u de katheter in de
patiënt plaatst.
Wanneer de console volgens de aanwijzingen in de vorige hoofdstukken is voorbereid, kunt u deze
naar het bed van de patiënt verplaatsen en aansluiten op de patiënt. Voer de volgende stappen in de
aangegeven volgorde uit.
1. Plaats de console bij het bed van de patiënt. Het moet dichtbij genoeg zijn, zodat de kabels van de
temperatuursonde en de slangen de patiënt gemakkelijk kunnen bereiken. Leid de kabels en slangen
veilig om de patiënt en het systeem.
2. Als de primaire en secundaire patiënttemperatuursondes nog niet in de patiënt zijn ingebracht, moet
dat nu gebeuren. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing bij de temperatuursondes voor informatie over
de sondes.
3. Sluit de blauwe temperatuurkabel van de patiënt aan op de primaire YSI-400-temperatuursonde
(bijv. Foley-katheter, rectaal of oesofageaal). Sluit de stekker aan het eind van de blauwe
temperatuurkabel van de patiënt aan op de connector die gemarkeerd is als T1 aan de voorzijde
van de console.
Afbeelding 4.48. Aansluitingen temperatuursonde
4. Als u een tweede patiënttemperatuursonde gebruikt, sluit u de blauwe temperatuurkabel van de
patiënt aan op de secundaire YSI-400-temperatuursonde. Sluit de stekker aan het eind van de blauwe
temperatuurkabel van de patiënt aan op de connector die gemarkeerd is als T2 aan de voorzijde van
de console. Als u geen secundaire temperatuursonde gebruikt, MOET de temperatuur van de patiënt
worden bewaakt met een afzonderlijke patiënttemperatuurmonitor van het ziekenhuis.
5. Breng de ZOLL-katheter nu in bij de patiënt. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing voor informatie over
de katheter.
6. De slang naar de katheter wordt geleverd met de aan- en afvoerconnector die met elkaar zijn
verbonden. Gebruik een aseptische techniek om de twee connectors los te koppelen.
58