Als een van deze sensoren niet goed is ingesteld, ziet u het scherm Installatie systeem en de betreffende
problematische sensor is rood gemarkeerd (zie afbeelding 4.1 hierboven). Nadat u het probleem hebt
verholpen, gaat de console naar Stand-by.
Opmerking. Aanwezigheid van patiënttemperatuursondes. De console komt in Stand-by zonder dat
er een T1-sonde is aangesloten; de console komt echter niet in de modus Run zonder dat de primaire
patiënttemperatuursonde (T1) is aangesloten op de console.
Stand-by
Afbeelding 4.2. Bedieningsscherm - Stand-by
In Stand-by kunt u de volledige gebruikersinterface van de console gebruiken. U kunt de doeltemperatuur,
de snelheid en de behandelingsmodus selecteren.
De alarmen voor de patiënttemperatuur zijn actief in Stand-by als de primaire patiënttemperatuursonde
(T1) is aangesloten.
De grafiek van de koelvloeistofbadtemperatuur is actief in Stand-by.
Vanuit Stand-by kunt u heen en weer schakelen naar de modus Run. U kunt alleen terugkeren naar
Installatie door de console af te sluiten.
Run - Behandelingsmodi
Wanneer u klaar bent om met de behandeling te beginnen, kunt u vanuit Stand-by naar Run gaan.
De console is volledig operationeel mits alle sensoren aangeven dat ze klaar zijn. U ziet een
waarschuwingsbericht als ze niet klaar zijn.
Er zijn drie behandelingsmodi in Run: Max. vermogen, Gereguleerde snelheid en Koorts.
Max. vermogen (MAX.)
In deze behandelingsoptie probeert de console de patiënttemperatuur hetzelfde te maken als de
geselecteerde doeltemperatuur. De rollerpomp kan tijdelijk stoppen wanneer:
•
de patiënttemperatuur hetzelfde is als de doeltemperatuur; of
•
wanneer u de doeltemperatuur verandert van koelen van de patiënt naar verwarmen van de patiënt
of andersom. De rollerpomp gaat automatisch door met de patiënttemperatuur hetzelfde te maken
als de doeltemperatuur.
27