Inhoudsopgave
Advertenties
Reiniging, onderhoud en reparatie
9.4.3.2
Motorolie bijvullen
Vul de motorolie alleen in kleine hoeveelheden bij.
Het motoroliepeil mag in geen geval boven de bovenste markering liggen. Anders kan de
motorolie via de ontluchting van het carter aangezogen worden en door de
uitlaatgasinstallatie in de atmosfeer terechtkomen.
GEVAAR
Gevaar door bewegende of hete motordelen bij alle werkzaamheden aan de
dieselmotor of in de motorruimte!
1.
Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2.
Lees vóór het openen van de klep van de
motorruimte het hoofdstuk "Werkzaamheden in de
motorruimte", pagina 175 en neem dit in acht.
3.
Open de klep van de motorruimte (zie hoofdst.
"Klep van de motorruimte openen", pagina 176).
4.
Draai het deksel (1) van de vulopening voor de
motorolie eraf:
5.
Vul het peil aan met geschikte motorolie.
6.
Wacht eventjes en controleer daarna het oliepeil.
7.
Zodra het motoroliepeil minstens tussen de
onderste en bovenste markering staat, kan het
deksel van de vulopening zorgvuldig worden
dichtgedraaid.
8.
Sluit de klep van de motorruimte (zie hoofdst. "Klep
van de motorruimte sluiten", pagina 177).
Zelfrijdende voermengwagen
Bij alle werkzaamheden aan de dieselmotor of in de motorruimte dient extra
voorzichtig te werk te worden gegaan.
Lees hoofdstuk "Werkzaamheden in de motorruimte", pagina 175 en neem dit in acht.
Let op dat er tijdens het bijvullen geen motorolie op de hete motordelen terechtkomt.
Motorolie kan gemakkelijk branden!
Let op dat het deksel van de vulopening voor de motorolie altijd stevig gesloten is,
zodat er geen motorolie uit de lopende dieselmotor kan uittreden. Brandgevaar!
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
1
Afb. 9-14: Deksel vulopening motorolie
179
Advertenties
Inhoudsopgave
