Ruitenwissers van de voorruit
De ruitenwisser en de automatische ruitensproeier van de voorruit worden via de draaischakelaar van de
combischakelaar aan- of uitgezet.
Interval-wissen
1.
Draai de draaischakelaar (1) in de pijlrichting (2).
Wissen
1.
Draai de draaischakelaar (1) in de pijlrichting (3) tot
tegen de vergrendeling.
Automatische ruitensproeier
1.
Beweeg de draaischakelaar (1) in de pijlrichting (4)
en houd deze daar vast.
De ruitensproeier werkt meteen, terwijl de
ruitenwissers iets later beginnen te wissen.
2.
Laat de draaischakelaar (1) weer los.
De ruitenwissers werken dan nog ca. 5 seconden.
Ruitenwissers uitschakelen
1.
Draai de draaischakelaar (1) in de oorspronkelijke
stand "0".
Ruitenwisser van de zijruit
Ruitenwissers inschakelen
1.
Duw de tuimelschakelaar (1) in stand "I".
Ruitenwissers uitschakelen
1.
Duw de tuimelschakelaar (1) in stand "0".
128
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
3
4
2
Afb. 5-109
1
Afb. 5-110
Opbouw en functie
1
Zelfrijdende voermengwagen